Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
cursus 7 spelling, hoofdletters, komma's en aanhalingstekens
Wanneer gebruik je hoofdletters?
1 / 21
volgende
Slide 1:
Woordweb
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
In deze les zitten
21 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Wanneer gebruik je hoofdletters?
Slide 1 - Woordweb
Hoofdletters
-Elke zin begint met een hoofdletter.
I
k ga met Sophie naar Parijs.
Slide 2 - Tekstslide
Aardrijkskundige namen
Bij aardrijkskundige namen van landen, steden, rivieren enzovoort gebruik je een hoofdletter.
Eindhoven
Amerikaanse president
Ook bij volken, talen of dialecten gebruik je een hoofdletter.
De Franse Fransman spreekt Frans
Limburgs dialect
Slide 3 - Tekstslide
Hoofdletters - feestdagen
Namen van
feestdagen, (religieuze) feesten en gedenkdagen
krijgen ook een hoofdletter.
Kerstmis,
Hemelvaartsdag, Vaderdag, Suikerfeest
máár
kerstcadeau, kerstkoekje, kerstboom, sinterklaascadeau, sinterklaasfeest.
Tekst
Slide 4 - Tekstslide
namen van personen
Voorbeeld: Jan de Vries
Is er
geen
voornaam of voorletter, dan krijgt het tussenvoegsel
wel
een hoofdletter.
meneer De Vries
Bij een tweede achternaam krijgt het tussenvoegsel geen hoofdletter.
mevrouw Van de Ven - de Vries
Slide 5 - Tekstslide
Met of zonder hoofdletter?
A
aardrijkskunde
B
Aardrijkskunde
Slide 6 - Quizvraag
Met of zonder hoofdletter?
A
zomer
B
Zomer
Slide 7 - Quizvraag
Hoofdletter of geen hoofdletter?
A
Ameland
B
ameland
Slide 8 - Quizvraag
Met of zonder hoofdletter?
A
Eiffeltoren
B
eiffeltoren
Slide 9 - Quizvraag
Met of zonder hoofdletter?
A
December
B
december
Slide 10 - Quizvraag
Hoofdletters
Waar staan de hoofdletters goed?
A
stef Van leeuwen
B
Stef van Leeuwen
C
stef van Leeuwen
D
Stef Van leeuwen
Slide 11 - Quizvraag
Wat heeft geen hoofdletter?
A
Engels
B
Amsterdamse
C
Noorden
D
Peugeot
Slide 12 - Quizvraag
Hoofdletter of geen hoofdletter?
A
titanic
B
Titanic
Slide 13 - Quizvraag
Wat is goed?
A
Mevrouw van den Heuvel
B
Mevrouw Van den Heuvel
C
Mevrouw Van Den Heuvel
D
Mevrouw van den Heuvel
Slide 14 - Quizvraag
Welke is goed?
A
kerstkoekjes
B
Kerstkoekjes
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Maak van de indirecte rede een directe rede.
Mijn moeder vroeg of ik wilde koken.
Slide 20 - Open vraag
Maak van de indirecte rede een citaat:
De jongen riep dat hij er niets van snapte.
Slide 21 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
cursus 7 spelling, hoofdletters
November 2024
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
K2 Ne week 43
Oktober 2023
- Les met
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
hoofdletters 1kgt spelling paragraaf 1
Juni 2024
- Les met
32 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, havo
Leerjaar 2
brugklasplan herhaling hoofdletters
Oktober 2024
- Les met
33 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, havo
Leerjaar 2
Hoofdletters (2B)
September 2024
- Les met
31 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, havo
Leerjaar 2
Periode 2 Spelling, grammatica en thema Mysterie
Oktober 2023
- Les met
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, havo
Leerjaar 2
Leestekens: Hoofdletters en aanhalingstekens
Februari 2023
- Les met
23 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Les 1: hoofdletters
Oktober 2023
- Les met
40 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1