Hartfalen BF

Het hart
Vandaag les 3: bloed en hartfalen
Planning: 
les 4: 10 oefenvragen over het hart? start nieren
Les 5: Pinksteren
Les 6: vervolg nieren
les 7: oefentoets/vragen
les 8: toets

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Het hart
Vandaag les 3: bloed en hartfalen
Planning: 
les 4: 10 oefenvragen over het hart? start nieren
Les 5: Pinksteren
Les 6: vervolg nieren
les 7: oefentoets/vragen
les 8: toets

Slide 1 - Tekstslide

De linkerkamer pompt het bloed door naar de longader
A
Eens
B
Oneens

Slide 2 - Quizvraag

De linkerkamer pompt het bloed door naar de aorta
A
Eens
B
Oneens

Slide 3 - Quizvraag

2 kenmerken van aders zijn;
A
Hebben kleppen en zijn zuurstof rijk
B
Hebben geen kleppen en zijn zuurstof arm
C
Hebben kleppen en vervoeren bloed naar het hart toe
D
Hebben geen kleppen en vervoeren bloed van het hart af

Slide 4 - Quizvraag

Tijdens welke fase pompt het hart bloed in de slagaders?
A
Tijdens de systolische fase
B
Tijdens de diastolische fase
C
Zowel tijdens de systole als diastole
D
Dat verschilt per hart helft

Slide 5 - Quizvraag

Bloedcellen
Welke bloedcellen kennen we?

Slide 6 - Tekstslide

Witte bloedcellen > leukocyten
Rode bloedcellen > erytrocyten
Bloedplaatjes > trombocyten

Slide 7 - Tekstslide

Bloed
 bloedplasma (ongeveer 55%); het is een heldere, lichtgele vloeistof
met de volgende samenstelling:■ water (91%)
• ■ plasma-eiwitten (7%)
• ■ zouten (0,9%)
• ■ voedingsstoffen zoals glucose, aminozuren, vetzuren, glycerol en
vitaminen
• ■ hormonen
• ■ afvalstoffen (o.a. ureum, urinezuur, koolstofdioxide, bilirubine)
• bloedcellen (ongeveer 45%), namelijk:■ rode bloedcellen: erytrocyten
(ongeveer 95% van de bloedcellen)
• ■ witte bloedcellen: leukocyten (slechts 0,1% van de bloedcellen)
• ■ bloedplaatjes: trombocyten (ongeveer 5% van de bloedcellen)
Bloed
• bloedplasma (ongeveer 55%); het is een heldere, lichtgele vloeistof
met de volgende samenstelling:■ water (91%)
• ■ plasma-eiwitten (7%)
• ■ zouten (0,9%)
• ■ voedingsstoffen zoals glucose, aminozuren, vetzuren, glycerol en
vitaminen
• ■ hormonen
• ■ afvalstoffen (o.a. ureum, urinezuur, koolstofdioxide, bilirubine)

 bloedcellen (ongeveer 45%), namelijk:■ rode bloedcellen: erytrocyten
(ongeveer 95% van de bloedcellen)
• ■ witte bloedcellen: leukocyten (slechts 0,1% van de bloedcellen)
• ■ bloedplaatjes: trombocyten (ongeveer 5% van de bloedcellen)

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wat is hartfalen?
  • Is een ernstige aandoening aan het hart waardoor de pompfunctie van het hart verslechterd.

  • Hartfalen links
  • Hartfalen rechts

Slide 10 - Tekstslide

Hoe ontstaat het?

Slide 11 - Tekstslide

Hartfalen
  • Hartinfarct                         
  • hartritmestoornissen                    
  • Hartspieraandoeningen 
  • Hartklepaandoeningen
  • Hoge bloeddruk (hypertensie)
  • Aangeboren afwijkingen
  • COPD

Slide 12 - Tekstslide

Hartfalen links
  • Bloed wordt minder goed aangezogen uit de longen
  •  Er wordt minder goed bloed uitgepompt naar de rest van het lichaam
  • De linker hart helft werkt dus niet meer goed, terwijl de rechter kant van het hart gewoon door blijft pompen met bloed

Slide 13 - Tekstslide

Hartfalen rechts
  • bloed wordt minder goed aangezogen vanuit het lichaam
  • bloed wordt minder goed uitgepompt naar de longen
  • stuwing/ophoping in het lichaam


ophoping in de aders > oedeem. 

Slide 14 - Tekstslide

Klachten
Vermoeidheid
Benauwdheid
Oedeem (vochtophoping) in de onderbenen
Onrustig slapen ('s nachts vaak uit bed moeten urineren).

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Waar bestaat de behandeling uit?
Gezondere leefstijl
Medische behandeling
  • Vervangen van een hartklep           
  • Plaatsen een stent                            
  • Dotterbehandeling                            
  • Opereren van een aneurysma  (plaatselijke verwijdering bloedvat of uitstulping bloedvat)        
  • Interne Cardio Defibrillator of een pace maker

Slide 17 - Tekstslide

Medicatie
  • Vaatverwijders : om de vaten te verwijden en daardoor het hart te ontlasten
  • Bètablokkers: om de bloeddruk en hartslag te verlagen en het hart te ontlasten
  • Plas tabletten: om overtollig vocht af te voeren
  • Antistolling : om stolselvorming te voorkomen

Slide 18 - Tekstslide

Aan welke leefregels moet een client met hartfalen zich houden ?

  • Medicatie
  • Dragen van steunkousen
  • gezond leven-> minder vet,zout  meer bewegen
  • Natriumbeperkt dieet
  • balans tussen inspanning en ontspanning
  • oservatie oedeem ->regelmatig wegen
  • Vochtbeperking

Slide 19 - Tekstslide

Wat gebeurt er bij rechts hartfalen
A
stuwing/ophoping in de lichaamsaderen
B
stuwing/ophoping in de longen
C
stuwing/ophoping in de aorta
D
stuwing/ophoping in de longaders

Slide 20 - Quizvraag

oedeem in de enkels hoort in eerste instantie bij?
A
links hartfalen
B
rechts hartfalen

Slide 21 - Quizvraag

hoe komt het dat cliënten met hartfalen zo moe zijn?
A
stuwing/ophoping in de longen
B
minder zuurstof en voeding de spieren bereiken
C
het hart niet voldoende bloed kan rondpompen
D
alle genoemde oorzaken

Slide 22 - Quizvraag

Hoe komt het dat cliënten snachts vaker moeten plassen?

Slide 23 - Open vraag