M&G werken in een zorghotel deel B

Mens & Gezondheid

werken in een zorghotel
deel B
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Mens & Gezondheid

werken in een zorghotel
deel B

Slide 1 - Tekstslide

Schijf van Vijf

Slide 2 - Woordweb

eet gevarieerd
eet veel
eet niet te weinig
eet minder onverzadigd vet
eet veilig voedsel
gebruik weinig zout
eet veel groente en fruit
eet niet teveel en beweeg

Slide 3 - Sleepvraag

Wat is de schijf van 5?
A
Alles wat je iedere dag eet
B
De top 5 gezondste producten
C
Een schijf met gezonde voedingsmiddelen
D
Vijf producten met veel vitamines

Slide 4 - Quizvraag

Uit welk vak van de schijf van vijf haal je de meeste koolhydraten?
A
groente en fruit
B
aardappelen, brood, rijst en pasta
C
zuivel, vlees, vis en vleesvervangers
D
halvarine, magarine en oliën

Slide 5 - Quizvraag

Uit welk vak van de schijf van vijf haal je het meeste vitamine D?
A
groente en fruit
B
aardappelen, brood, rijst en pasta
C
zuivel, vlees, vis en vleesvervangers
D
halvarine, margarine en oliën

Slide 6 - Quizvraag

Uit welk vak van de schijf van vijf haal je de meeste vitamine C?
A
groente en fruit
B
aardappelen, brood, rijst en pasta
C
zuivel, vlees, vis en vleesvervangers
D
halvarine, margarine en oliën

Slide 7 - Quizvraag

Wat hoort waar in de schijf van vijf?

Slide 8 - Sleepvraag

Als je volgens de schijf van vijf eet, dan eet je gezond.

A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Dit hoort er NIET in de schijf van vijf
A
Appels
B
Ongezouten noten
C
Aardappelen
D
Cola light

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de beste keus?
A
magere melk
B
volle melk

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de beste keus?
A
kopje thee
B
glas appelsap

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de beste keus?
A
wit bolletje
B
bruin brood

Slide 13 - Quizvraag

diabetes

Slide 14 - Woordweb

Slide 15 - Video

Hoe wordt diabetes ook wel genoemd?
A
Epilepsie
B
Suikerziekte
C
Melitus
D
Copd

Slide 16 - Quizvraag

Iemand met diabetes heeft dit teveel in het bloed
A
insuline
B
adrenaline
C
glucose
D
zout

Slide 17 - Quizvraag

iemand met diabetes maakt te weinig of niets van dit hormoon aan
A
insuline
B
adrenaline
C
dopamine
D
oestrogeen

Slide 18 - Quizvraag

Vetten
                          2 soorten vet

Verzadigd vet = Verkeerd vet. 
Het zit in veel dierlijke producten, 
in koek, gebak en snacks.

Onverzadigd vet = Oké vet = goed vet. Het zit in bijv.  margarine, olijfolie, vis en noten.





Brandstof
Reservestof
Bouwstof

Slide 19 - Tekstslide

Waar heb je gezonde vetten voor nodig?
A
Het zorgt voor transport van voedingsstoffen
B
Het zorgt voor de aanmaak van nieuwe cellen
C
Je hebt ze helemaal niet nodig
D
Het is een brandstof voor je lichaam

Slide 20 - Quizvraag

begrippen restaurant ( boek 2.13)
* mastiek maken
* mice-en-place
* poleren
* transportbord
* couvert
* opdekken
* indekken
* inzetten
* debrasseren

Slide 21 - Tekstslide

Wat betekent letterlijk mice-en-place?
A
Op zijn plaats zetten
B
Voorbereidende werkzaamheden
C
Snel werken
D
Mastiek maken

Slide 22 - Quizvraag

Wat wordt er bedoeld met debrasseren?
A
afruimen van de tafel
B
tafel dekken
C
de ruimte schoonmaken
D
afwassen

Slide 23 - Quizvraag

Poleren, waar zie je dat?
A
B
C

Slide 24 - Quizvraag

Wat is een couvert?
A
alleen glazen en servetten
B
alleen borden en bestek
C
tafellaken
D
borden, bestek, glazen en servetten

Slide 25 - Quizvraag

voordat je tafels kunt dekken, moet je ervoor zorgen dat het restaurant opgeruimd en schoon is. Hoe heet dit?
A
poleren
B
mis-en -place
C
debrasseren
D
mastiek maken

Slide 26 - Quizvraag

herhalen deel A
verschillende bereidingstechnieken
snijplanken
snijtechnieken
keukenmateriaal
rekenen met gewichten

Slide 27 - Tekstslide

Hoe heet deze snijtechniek?
A
en brunoise
B
en julienne
C
en chinoise
D
snipperen

Slide 28 - Quizvraag

Hoe heet deze snijtechniek?
A
en brunoise
B
en julienne
C
en chinoise
D
fruiten

Slide 29 - Quizvraag

500 gram heet ook wel
A
1 ons
B
1 pond
C
1 kilo
D
1 liter

Slide 30 - Quizvraag

Welke kleur snijplank gebruik je voor gevogelte?
A
Geel
B
Wit
C
Blauw
D
Groen

Slide 31 - Quizvraag

Welke bereidingstechniek zie je hier?
A
braden
B
bakken
C
koken
D
gratineren

Slide 32 - Quizvraag

Vragen?

Slide 33 - Tekstslide