Je kunt bepalen welk doel een maker met zijn tekst heeft en wat hij het belangrijkst vindt, zodat je kunt inschatten hoe waardevol de informatie voor jou is.
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Wat is
de hoofdgedachte
van deze tekst?
Wat is
het belangrijkste
wat de maker over
het onderwerp wil
vertellen?
Antwoord
Een Nederlandsbedrijf brengt Spaanse rietjes met een smaakje op de Nederlandse markt.
SAMEN
Slide 9 - Tekstslide
Bekijk en lees tekst 1, 2 en 3
Ze gaan alle drie over de techniek sector, maar hebben allemaal een ander doel en een andere hoofdgedachte.
Je krijgt per groepje/ tweetal een tekst. Schrijf samen per tekst het tekstdoel en de hoofdgedachte op.
Bespreek nu met een ander groepje (die dezelfde tekst heeft) je antwoorden. Bepaal samen een definitief antwoord (doel en hoofdgedachte) voor deze tekst.
Als je klaar bent pak je een andere tekst.
(--> antwoorden op de volgende dia)
Slide 10 - Tekstslide
Tekstdoel
tekst 1: informeren
tekst 2: Instrueren
tekst 3: Informeren
Hoofdgedachte
tekst 1: Informatie over CAO. Lonen in de bouw stijgen met 5,35%
tekst 2: Instructie over hoe je je droomhuis kunt bouwen.
