Bron 1 Louis de Rouvroy, hertog De Saint-Simon (1675-1755), is een hoge edelman aan het hof (van de absolute vorst) koning Lodewijk XIV van Frankrijk. Hij houdt dagboeken bij van zijn belevenissen aan het hof in Versailles. Op grond van zijn dagboeken schrijft hij later zijn Memoires. Over het jaar 1692 schrijft hij:
Voordat de koning aan tafel ging, tussen zeven en tien uur, was er een toeloop van het hele hof in de staatsievertrekken van een van de salons aan het eind van de spiegelzaal. Eerst was er muziek en daarna stonden er in alle vertrekken tafels klaar voor alle soorten spelletjes. Een tafel voor lanskenet (een kaartspel), een biljart, kortom, iedereen kon vrijelijk een partijtje spelen met wie hij maar wilde en kon meer tafels laten komen als ze allemaal bezet waren. Achter de biljartzaal was een vertrek waar verfrissingen stonden opgediend, overal was volop licht. Toen deze gewoonte nog nieuw was, verscheen de koning zelf ook nog aan de speeltafels. Maar hij liet zichzelf allang niet meer zien, hoewel hij wenste dat de rest van het hof trouw verscheen. Iedereen stroomde toe om hem te behagen. Hijzelf liet zich 's avonds bij Madame de Maintenon (zijn tweede vrouw) door de verschillende ministers, de een na de ander, verslag van zaken uitbrengen.