In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Les 2: Problemen analyseren
Slide 1 - Tekstslide
Wat hebben we de vorige les behandeld?
Slide 2 - Open vraag
Wat hebben we de vorige les behandeld?
Toevoegen Jo-anne: Wat is er de vorige les behandeld?
Slide 3 - Tekstslide
Wat gaan we deze les behandelen?
Verder met 'Leren analyseren' & antwoord op de vragen "Wat is analyseren" en "Hoe analyseer je in je dagelijkse leven"?
Je krijgt uitleg over de verschillende fases waaruit een bedrijfsanalyse bestaat.
Gastles Saskia Wolbers
Voorbereiding op de kennismaking met het bedrijf waar de IO opdracht wordt uitgevoerd.
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Geef een voorbeeld: Wat analyseer jij in je dagelijkse leven?
Slide 7 - Woordweb
Het maken van een bedrijfsanalyse
Jullie gaan in tweetallen een bedrijf analyseren en daarbij een probleemanalyse vaststellen.
Hoe pak je dit aan?
Slide 8 - Tekstslide
Een bedrijfsanalyse bestaat uit 7 fases:
1. Kennismaking/ 1e interview ondernemer
2. Het omschrijven van een probleemanalyse
3. Informatie verzamelen
4. Waarnemen & interpreteren
5. Terugkoppeling ondernemer/ 2e interview
6. Het vormen van een oordeel
7. Het trekken van een conclusie
Slide 9 - Tekstslide
1. Kennismaking ondernemer
Je maakt een afspraak en stelt je netjes voor.
Je verteld wat je komt doen: Leg uit waar de afspraak over gaat en hoelang de afspraak gaat duren.
Bereidt je voor! Een goede kennismaking of interview valt of staat met een goede voorbereiding.
Wat heb je nodig van de ondernemer? Met welke informatie wil je naar huis?
Slide 10 - Tekstslide
Hoelang duurt het voordat je een eerste indruk hebt?
Slide 11 - Open vraag
Een bedrijfsanalyse bestaat uit 7 fases:
1. Kennismaking/ 1e interview ondernemer
2. Het omschrijven van een probleemanalyse
3. Informatie verzamelen
4. Waarnemen & interpreteren
5. Terugkoppeling ondernemer/ 2e interview
5. Het vormen van een oordeel
6. Het trekken van een conclusie
Slide 12 - Tekstslide
2. Omschrijven probleemanalyse
Je kunt gebruik maken van de 5W en 1H vraag methode:
WAT is het probleem?
WIE zijn er bij het probleem betrokken/ wie veroorzaakt het probleem?
WAAR doet het probleem zich voor?
WANNEER doet het probleem zich voor?
WAAROM is het een probleem?
HOE is het probleem ontstaan? HOE vaak doet het probleem zich voor?
Slide 13 - Tekstslide
Valkuil: Direct in oplossingen denken! Zorg ervoor dat je het probleem helder hebt en stem dit af met de ondernemer!
Slide 14 - Tekstslide
Een goede probleemanalyse ...
Leidt tot een duidelijk beeld van het probleem/ vraagstuk
Zorgt ervoor dat je gaat werken aan de kern van het probleem.
Is gebaseerd op feiten. NIET op meningen en gevoelens
Kost veel tijd ...
Slide 15 - Tekstslide
Een bedrijfsanalyse bestaat uit 7 fases:
1. Kennismaking/ 1e interview ondernemer
2. Het omschrijven van een probleemanalyse
3. Informatie verzamelen
4. Waarnemen & interpreteren
5. Terugkoppeling ondernemer/ 2e interview
6. Het vormen van een oordeel
7. Het trekken van een conclusie
Slide 16 - Tekstslide
3. Informatie verzamelen
Jullie gaan je in tweetallen voorbereiden op het bedrijfsbezoek.
Maak een planning: Hoeveel bezoeken heb je nodig?
Maak een vragenlijst van het eerste bezoek. Wat wil je weten? Met welke informatie wil je naar huis?
Maak een begin met de interview vragen.
Achtergrondinformatie of inspiratie nodig? Kijk in de eenheid 'Leren analyseren' onder 'Problemen analyseren'. Hier vind je o.a. voorbeeldvragen. Schrijf de vragen op in een word bestand.
Tijd: 25 minuten
Slide 17 - Tekstslide
Wat wil jij van de ondernemer weten? (Nee, niet 'hoeveel koeien/ ha heb je')
Slide 18 - Open vraag
Een bedrijfsanalyse bestaat uit 7 fases:
1. Kennismaking/ 1e interview ondernemer
2. Het omschrijven van een probleemanalyse
3. Informatie verzamelen
4. Waarnemen & interpreteren
5. Terugkoppeling ondernemer/ 2e interview
6. Het vormen van een oordeel
7. Het trekken van een conclusie
Slide 19 - Tekstslide
4. Waarnemen & interpreteren
Waarnemen is het ontvangen van signalen uit de omgeving.
Dit doe je met je zintuigen (ogen, oren, neus).
Je hersenen maken gebruik van een referentiekader. Alles wat hier binnen valt, neem je waar. Alles wat er niet binnen valt, neem je wel waar, maar onthoud je minder goed. Voorbeeld: Welk trekker merk?
Je rijdt het erf op. Wat zie je? Wat valt je op ?
Slide 20 - Tekstslide
4. Waarnemen & interpreteren
Waarnemen is een vak apart. We zijn er niet altijd zo goed in, als dat we zelf denken ...
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
4. Waarnemen & interpreteren
Een referentiekader wordt gevormd door jou persoonlijke normen en waarden, standpunten, kennis en eerdere ervaringen.
Willen jullie thuis bijvoorbeeld een nieuwe trekker kopen, dan zie je opeens vaak trekkers van dat merk rijden.
Andere factoren die van invloed zijn op je waarnemen zijn jouw overtuiging en focus.
Vindt jij biologisch boeren niets? Dan is je waarneming vaak minder scherp, omdat je niet openstaat voor deze manier van ondernemen.
Dat je is je persoonlijke overtuiging, niet een onafhankelijke waarneming.
Slide 23 - Tekstslide
Waar let jij op, als je voor het eerst bij een agrarisch bedrijf komt?
Slide 24 - Open vraag
Wat hebben we deze les behandeld?
We hebben uitgelegd hoe en wanneer je in je dagelijks leven analyseert. We analyseren de hele dag door!
Je kent de eerste 4 fases van het maken van een bedrijfsanalyse.
Je bent voorbereid op het bedrijfsbezoek en kunt een afspraak met de ondernemer maken.