§1.4 Afrika

§1.4 Afrika
De tijd van pruiken en revoluties
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

§1.4 Afrika
De tijd van pruiken en revoluties

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen

Klassikale uitleg

Zelfstandig opdrachten maken

Planning

Slide 2 - Tekstslide

...uitleggen dat de slavernij veranderde in de 17e eeuw.

...uitleggen hoe tot slaaf gemaakte mensen werden behandeld.

...uitleggen hoe er een einde kwam aan de slavernij.
Aan het einde van de les kan je...

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

§1.4
Afrika
A
Slavernij
Leerdoel:
Ik kan uitleggen dat de slavernij veranderde in de 17e eeuw.
Begrippen:
Tot slaaf gemaakt
B
Op de plantage
Leerdoel:
Ik kan uitleggen hoe tot slaaf gemaakte mensen werden behandeld.
Begrippen:
Plantages
Racisme 
C
Vrijheid, ook voor slaafgemaakten?
Leerdoel:
Ik kan uitleggen hoe er een einde kwam aan de slavernij.
Begrippen:
Afschaffing van de slavernij

Slide 7 - Tekstslide

§1.4
A
Slavernij
Leerdoel:
Ik kan uitleggen dat de slavernij veranderde in de 17e eeuw.
Begrippen:
Tot slaaf gemaakt
Al vanaf de Grieken en Romeinen (Oudheid) werden er mensen tot slaaf gemaakt. Tot slaaf gemaakt: mensen werden eigendom van iemand anders. Een slaaf is onvrij en heeft geen rechten, zoals een gladiator.

In de middeleeuwen was de slavernij verboden binnen het christendom en de islam. Slavernij bestond nog wel, maar nam in deze tijd af.

Vanaf de 17e eeuw nam de slavernij weer toe. Dit komt door de ontdekkingsreizen. In Zuid-Amerika stierven vele 'indianen' aan het zware werk, in de plaats daarvan kwamen Afrikanen dit zware werk doen.
Afrika

Slide 8 - Tekstslide

Transatlantische Driehoekshandel

Slide 9 - Tekstslide

§1.4
B
Op de plantage
Leerdoel:
Ik kan uitleggen hoe tot slaaf gemaakte mensen werden behandeld.
Begrippen:
Plantage
Racisme
Europese landen hadden grote gebieden in Azië en Amerika veroverd. In bijv. Suriname werkten slaven op plantages: Dit zijn grote landbouwbedrijven die katoen, tabak of suiker verbouwden.

Slaven hadden geen rechten > zij kwamen in opstand, door bijv. de oogst te vernielen of weg te lopen > slaven werden met geweld onderdrukt.

Veel Europeanen geloofden dat witte mensen een beter ‘ras’ waren dan mensen met een andere huidskleur. Die manier van denken heet racisme: het idee dat het ras waar je zelf bij hoort, beter is dan een ander ras.
Afrika

Slide 10 - Tekstslide

Wat is racisme?
A
Het ene hondenras beter is dan de andere.
B
Dat de mensen in de politiek beter zijn dan het volk.
C
Dat het ene mensen ras beter is dan de andere.
D
Dat de leraar beter is dan de leerling.

Slide 11 - Quizvraag


'Ik wil vrij zijn.'

'Slavernij moet blijven. Wie moet anders het werk doen?'

'Slaven zijn handelswaren.'

Slide 12 - Sleepvraag

§1.4
C
Vrijheid, ook voor slaafgemaakten?
Leerdoel:
Ik kan uitleggen hoe er een einde kwam aan de slavernij.
Begrippen:
Afschaffing van de slavernij

Vanaf de 18e eeuw kregen mensen in Europa grondrechten en vrijheden, bijv. door de Franse Revolutie. Dit gold niet voor slaven. (oorzaak van de afschaffing slavernij)

Al deze mensen waren daarom vóór afschaffing van de slavernij: dat betekent dat slavenhandel en het bezitten van tot slaaf gemaakten werden verboden. (gevolg)

Vanaf 1863 werd in Nederland de slavernij afgeschaft. Desondanks moesten slaven in Suriname nog tot 1873 op de plantages blijven werken.
Afrika

Slide 13 - Tekstslide


Keti koti
A
Word wakker
B
Welterusten
C
Eet smakelijk
D
ketenen gebroken

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Oosterpark, Amsterdam

Slide 16 - Tekstslide

Maken:
bladzijde 34 t/m 37

Slide 17 - Tekstslide