reading after holidays

Getting ready for your reading test
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Getting ready for your reading test

Slide 1 - Tekstslide

Are you ready for your SE reading test?
A
yes
B
almost
C
no
D
I was born ready!

Slide 2 - Quizvraag

What can you do to prepare for your reading test?

Slide 3 - Woordweb

What tips do you have for your classmates?

Slide 4 - Open vraag

Wanneer ga je scannen?
A
als je weten wat een woord betekent.
B
als je het antwoord op een vraag wil weten.
C
als je wilt weten wat er in de eerste en laatste alinea van een tekst staat.
D
als je wilt kijken naar de titel, kopjes en tussenkopjes.

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een citaat?

Slide 6 - Open vraag

Strategies for "Reading test"
  1. TIP: Keep track of the time.
  2. SKIMMEN: look at the title(s), pictures and lay-out. What do you already know about the subject? 
  3. Difficult words: Try to understand difficult words by looking at the context. Read the sentences around the word. Does the word look like a word you already know? 
  4. SCANNEN: Scan the text looking for a specific word, number or name. Look for capital letters if applicable. 
  5. ELZA: Read the first and last line of the paragraph.
  6. Close reading: read word by word, line by line, to find the answer to the question. 
  7. Remember!! The answer is always in the text!

Slide 7 - Tekstslide

Which language do you answer open questions in?
A
Dutch
B
English
C
Either Dutch or English

Slide 8 - Quizvraag

How long will your reading test be ?
A
45 minutes
B
60 minutes
C
90 minutes
D
120 minutes

Slide 9 - Quizvraag

Are you allowed to use a dictionary?
A
yes
B
no
C
I don't know

Slide 10 - Quizvraag

Any idea how many questions you could expect?
A
15-20
B
30-40
C
25 - 30
D
35-45

Slide 11 - Quizvraag

Words
Do you know the following words?

Slide 12 - Tekstslide

likewise

Slide 13 - Open vraag

in the mean time

Slide 14 - Open vraag

besides

Slide 15 - Open vraag

therefore

Slide 16 - Open vraag

describe

Slide 17 - Open vraag

rather than

Slide 18 - Open vraag

Questions
Do you know these questions?

Slide 19 - Tekstslide

How does the writer introduce the topic?
A
Hoe stelt de schrijver zich voor?
B
Hoe introduceert de schrijver zichzelf?
C
Hoe introduceert de schrijver het onderwerp?
D
Hoe schrijf je een introductie?

Slide 20 - Quizvraag

What does the word refer to?
A
Waar wijs je naar?
B
Waar verwijst het woord naar?
C
Wat betekent het woord wijzen?
D
Wat doet het woord verwijzen daar?

Slide 21 - Quizvraag

What is the main point of paragraph 5?
A
Wat is het belangrijkste punt in alinea 5?
B
Wat is het punt van alinea 5?
C
Welk punt wordt niet gemaakt in alinea 5?
D
Is dat het punt van alinea 5?

Slide 22 - Quizvraag

What is mentioned about dogs?
A
Wat is er met honden?
B
Hoe worden honden vaak genoemd?
C
Hoe noem je een hond?
D
Wat wordt er gezegd over honden?

Slide 23 - Quizvraag

What becomes clear in line 17?
A
Dat is duidelijk regel 17.
B
Wie schreef regel 17?
C
Wat wordt er duidelijk in regel 17?
D
Regel 17 lijkt mij duidelijk.

Slide 24 - Quizvraag

What can be concluded in paragraph 3 and 4?
A
Welke conclusie wordt er gemaakt?
B
Welke conclusie wordt er duidelijk in alinea 3 en 4?
C
Is dat de conclusie van de tekst in alinea 3 en 4?
D
Wat is de conclusie?

Slide 25 - Quizvraag

Which of the following words mean ...
A
Wat betekenen deze woorden?
B
Wat betekent het volgende?
C
Welke van de volgende woorden betekent...
D
Wie is bekend met de volgende woorden?

Slide 26 - Quizvraag

Time to practise!

Slide 27 - Tekstslide

Tekst 1. Klik op de teksten om te vergroten

Slide 28 - Tekstslide


Waarom heeft Mike het geld dat in een doos van Domino’s zat niet direct na ontvangst teruggegeven?
A
Hij had daar geen zin in omdat hij moest werken
B
Hij had toen nog niet gezien wat er in de doos zat.
C
Hij twijfelde nog of hij het zelf zou houden
D
Hij wachtte af of er een beloning werd uitgeloofd

Slide 29 - Quizvraag

Tekst 2

Slide 30 - Tekstslide


Wat wordt duidelijk uit dit artikel?
A
Door een recept van SuperValu te volgen, heeft iemand zijn vingerkootje afgesneden.
B
Meerdere mensen hebben geklaagd over een onbegrijpelijk recept van SuperValu.
C
SuperValu geeft aan dat het een schrijffout heeft gemaakt in een recept
D
SuperValu wilde een grap uithalen met een Thais recept.

Slide 31 - Quizvraag

Bij _3_ is een woord weggevallen uit de tekst.
Kies het juiste antwoord uit de gegeven mogelijkheden.
A
advise against
B
anticipate
C
complain about
D
encourage

Slide 32 - Quizvraag

Tekst 3

Slide 33 - Tekstslide

What is the main purpose of paragraphs 1 and 2?

A
to discuss the weaknesses of Australia’s biosecurity system
B
to explain the reasons behind Australia’s declaration policy
C
to warn people against Australia’s current serious diseases

Slide 34 - Quizvraag

Geef van elke bewering aan of deze juist of onjuist is volgens alinea 3
en/of 4. 
JUIST
ONJUIST
Je moet alle dierlijke producten die je in Australië wilt invoeren, laten
controleren door de DAFF.
Je moet op een formulier invullen of je iets aan te geven hebt bij de
douane. 
Iedereen die Australië binnenkomt, wordt door de douane
ondervraagd.
Als je alles bij de DAFF aangeeft, krijg je geen boete.

Slide 35 - Sleepvraag


When should you call the DAFF Redline according to paragraph 6?

A
If you believe someone is violating the rules.
B
If you have questions about what to declare.
C
If you need to declare something before travelling.
D
If you want to transport special food products abroad.

Slide 36 - Quizvraag

What will happen to a lot of the items that are declared according to paragraph 5?

These will be ...

A
charged the prescribed import duty.
B
disposed off by the DAFF officer.
C
given back to the person declaring.
D
sent back to the country of origin.

Slide 37 - Quizvraag

Tekst 4

Slide 38 - Tekstslide

Wat wordt in dit artikel duidelijk over Felix?
A
Er wordt geld ingezameld voor haar verzorging.
B
Mensen vinden het leuk dat ze zo actief is.
C
Verschillende mensen willen haar adopteren.
D
Ze wordt ingezet voor een goed doel.

Slide 39 - Quizvraag

“I’d be surprised if she covers 5 kilometres by Christmas” (alinea 1)Wat bedoelt Andrew McClements hiermee?
Geef antwoord in het Nederlands.

Slide 40 - Open vraag

Slide 41 - Link

Slide 42 - Link

What would you like to learn/practise during the last lessons before the pta week?

Slide 43 - Open vraag

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Video

Extra havo practise on the next slides -> 

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Link

Slide 48 - Link

Slide 49 - Link