Les 2.6 3 nov

 Today
  • Check reading text
  • Study irregular verbs?

  • Short recap grammar:
       -  Present simple vs. present continuous
       -  Past simple vs. past continuous
  • Work on homework exercise

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

 Today
  • Check reading text
  • Study irregular verbs?

  • Short recap grammar:
       -  Present simple vs. present continuous
       -  Past simple vs. past continuous
  • Work on homework exercise

Slide 1 - Tekstslide

Check homework 
Oefentekst 4
GB page 46

Slide 2 - Tekstslide

Present simple
vs.
Present continuous

Slide 3 - Tekstslide

Present simple 
Vorm:

1. Hele werkwoord
2. SHIT-rule (+s bij he/she/it)

Gebruik:
1.  feiten
2. gewoonten, regelmatige gebeurtenissen

I always go to school by bike.
My friend speaks four languages.

Slide 4 - Tekstslide

Present simple 
Signaalwoorden:

always
often
ever
sometimes
every day
never
usually
every week

Slide 5 - Tekstslide

Present continuos
Vorm:

am/are/is + werkwoord + -ing
(He is walking)
Gebruik:
Iets is nu aan de gang

She is playing the piano at the moment.

Look! Someone is trying to break into your car.

Slide 6 - Tekstslide

Present continuous
Signaalwoorden:

now
at the moment
as we speak
look!/listen!
right now
currently
at present
shut up!

Slide 7 - Tekstslide

Past simple 
vs.
Past continuous

Slide 8 - Tekstslide

Past simple 
Vorm:

1. Werkwoord + -ed
2. Onregelmatig werkwoord (2e uit het rijtje)

Gebruik:
Iets is in het verleden gebeurd en is nu afgelopen
Columbus discovered America in 1492.
They went to the park yesterday.

Slide 9 - Tekstslide

Past simple 
Signaalwoorden:

yesterday
in .... (jaartal)
the other day/week
this morning
on .... (dag)
ago
last
earlier

Slide 10 - Tekstslide

Past continuos
Vorm:

was/were + werkwoord + -ing
(She was talking)
Gebruik:
Iets was in het veleden een tijdje aan de gang en is nu afgelopen

Julia was doing her homework yesterday morning.

They were talking to the teacher.

Slide 11 - Tekstslide

Past continuous
Gebruik samen in de zin:
om aan te geven dat iets gebeurde (onderbreking: past simple) terwijl er al iets anders aan de gang was (past continuous)

She saw him when she was running laps.
You called me while I was having a bath.
I was waiting for my friends when it started to snow.

Slide 12 - Tekstslide

Past continuous
Signaalwoorden:

when
while
as long as

Slide 13 - Tekstslide

Do the exercises
Work on exercises
Finished?
Study: Irregular verbs 1 t/m 90

Do: Exercise 3 (GB page 10)

Slide 14 - Tekstslide