Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Herhaling: Quantifiers + Adjectives & Adverbs
Do you remember?
1 / 50
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
In deze les zitten
50 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Do you remember?
Slide 1 - Tekstslide
Quantifiers
a lot of, lots of
much
many
some , any
a little , a few
Slide 2 - Tekstslide
An opening question!
Slide 3 - Tekstslide
Welke woorden kun je gebruiken om VEEL te zeggen in het Engels?
A
a lot of
B
much
C
many
D
alle bovenstaande antwoorden
Slide 4 - Quizvraag
VEEL
much
= enkelvoud of ontelbaar
much
sugar
much
time
much
homework
much
coffee
Je gebruikt MUCH in vragende of ontkennende zinnen.
Slide 5 - Tekstslide
VEEL
many
= meervoud of telbaar
many
children
many
birds
many
subjects
many
stories
Je gebruikt MANY in vragende en ontkennende zinnen.
Slide 6 - Tekstslide
VEEL
In
bevestigende
zinnen:
a lot of
I have
a lot of
friends
.
We paid
a lot of
money
for this.
Na
so
,
as
,
too
NIET!
I sleep
as
many
hours
as I can.
We ate
too
much
food
today.
A
Slide 7 - Tekstslide
Veel =
Bevestigende zinnen: a lot of / lots of
Ontkennende en vraagzinnen:
Niet te tellen: MUCH (much money/time/luck)
Wel te tellen: MANY(many shirts/ books/ chairs)
Slide 8 - Tekstslide
Aantekeningen:
lots of / a lot of = veel (in bevestigende zinnen)
much / many = veel
little / few = weinig
Slide 9 - Tekstslide
We have ... time.
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 10 - Quizvraag
Choose many / much:
Did he have __________ eggs?
A
many
B
much
C
a lot of
D
lots of
Slide 11 - Quizvraag
There wasn't ...... traffic
A
much
B
many
C
a lot of
D
lots of
Slide 12 - Quizvraag
SOME & ANY
Betekenis:
een paar, een beetje, wat, enkele
Maar wanneer gebruik je
some
en wanneer gebruik je
any
?
Slide 13 - Tekstslide
SOME : wanneer gebruik je het
?
1. In bevestigende / positieve zinnen
We bought
some
flowers
2. In een vraag als je verwacht dat het
antwoord "ja" is
Can I have
some
water please?
3. Bij een aanbod of verzoek
Would you like
some
tea?
Slide 14 - Tekstslide
ANY
• wanneer gebruik je het?
1. In ontkennende / negatieve zinnen
2. In vraagzinnen - waarvan het antwoord
nog niet zeker is
Do you have
any
luggage?
We
didn't
buy
any
flowers.
They arrived
without any
delay.
negative
Slide 15 - Tekstslide
Aantekeningen:
een paar/beetje, wat, enkele = some / any
Bevestigende zinnen (Yes, ): SOME
Ontkennende (No, ) en vraagzinnen (?): ANY
Slide 16 - Tekstslide
I've got ... good ideas.
A
some
B
any
Slide 17 - Quizvraag
He hasn't got ___ time.
A
any
B
some
Slide 18 - Quizvraag
SOME/ANY
I need ... apples, but I don't need ... pears.
A
any... any
B
some... some
C
any... some
D
some... any
Slide 19 - Quizvraag
A LITTLE
= een beetje (
enkelvoud
)
A FEW
= een paar (
meervoud
)
I need
a little
more
time
.
Ik heb
een beetje
meer tijd nodig.
Jack eats
a few
fries
.
Jack eet
een paar
frietjes.
LITTLE
= weinig (
enkelvoud
)
FEW
= weinig (
meervoud
)
My teacher has
little
patience
.
Mijn lerares heeft
weinig
geduld.
We bought
few
books
yesterday.
Wij kochten
weinig
boeken gisteren.
Slide 20 - Tekstslide
weinig =
Niet te tellen: LITTLE (little money/time/luck)
Wel te tellen: FEW (few friends/stars/cars)
een beetje = a little
een paar = a few
Slide 21 - Tekstslide
(weinig):
..... water
A
few
B
little
Slide 22 - Quizvraag
(weinig):
..... customers
A
few
B
little
Slide 23 - Quizvraag
(een paar):
I'm cutting ... onions.
A
a little
B
Few
C
a few
D
Little
Slide 24 - Quizvraag
(een beetje):
I only want ... tomato sauce.
A
few
B
a few
C
little
D
a little
Slide 25 - Quizvraag
Kies uit: A little/little/A few/few.
- Are you coming? Yes, I'm just going to take ........................... more pictures.
A
a little
B
little
C
a few
D
few
Slide 26 - Quizvraag
That store hasn't got ... notebooks.
A
much
B
a lot of
C
many
D
lots of
Slide 27 - Quizvraag
___ (weinig) people tell the truth!
A
little
B
few
C
a little
D
a few
Slide 28 - Quizvraag
___ (veel) girls watched Frozen
in the cinema.
A
much
B
few
C
a lot of
D
little
Slide 29 - Quizvraag
Forrest didn't have ___ (veel) chocolates in his box.
A
a few
B
many
C
much
D
a little
Slide 30 - Quizvraag
He sang ___ (een beetje) better than last time.
A
little
B
few
C
a little
D
a few
Slide 31 - Quizvraag
So what about you?
I understood ... of these quantifiers.
A
a lot
B
little
C
a little
D
a few
Slide 32 - Quizvraag
Slide 33 - Tekstslide
Last part: Do you remember?
Bijvoeglijke naamwoorden & Bijwoorden
(Adjectives & Adverbs)
Slide 34 - Tekstslide
Bijv.n.w --> hoe iets/iemand
is.
(It is a
slow
car.)
Bijwoord --> hoe iets/iemand
doet.
(He drives
slowly
.)
Bijwoord = Bijv.n.w. + ly
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
AANTEKENINGEN:
Bijvoeglijke naamwoord
slow
terribl
e
eas
y
fantast
ic
fast, hard, long
good
Na:
'to be' + ww. vd zintuigen
(look/feel/smell/sound/taste..)
Bijwoord
--> slow
ly
--> terrib
ly
--> eas
ily
--> fantastic
ally
--> fast, hard, long
-->
well
Bijwoord = Bijv.n.w.
It was wonderful.
It smells awful.
Slide 37 - Tekstslide
Wat is juist?
She is a ..... girl.
A
beautiful
B
beautifully
Slide 38 - Quizvraag
Wat is juist?
She sings .....
A
beautiful
B
beautifully
Slide 39 - Quizvraag
Wat is juist?
I can ..... find an exit.
A
easy
B
easily
C
easyly
D
easili
Slide 40 - Quizvraag
Wat is juist?
Let's have a ..... lunch.
A
quick
B
quickly
Slide 41 - Quizvraag
Wat is juist?
This is an ..... exercise.
A
easy
B
easily
C
easyly
D
easili
Slide 42 - Quizvraag
Wat is juist?
Some people like to eat very .....
A
quick
B
quickly
Slide 43 - Quizvraag
Wat is juist?
'The haunting of Hill House' is a ..... series.
A
scary
B
scarily
C
scare
D
scarely
Slide 44 - Quizvraag
Wat is juist?
The effects of war are .....
A
horriblely
B
horribly
C
horribally
D
horrible
Slide 45 - Quizvraag
Wat is juist?
He spoke ..... to her parents.
A
nice
B
nicely
Slide 46 - Quizvraag
Wat is juist?
I hope you all made the exercise very .....
A
good
B
well
Slide 47 - Quizvraag
Ik weet het verschil tussen een bijvoeglijk naamwoord en het bijwoord en kan deze toepassen.
A
ja
B
nee
C
een beetje
D
met hulp
Slide 48 - Quizvraag
Let's practise!
Homework:
H. 24 + 25
Slide 49 - Tekstslide
Slide 50 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Some/any, many/much, few/little
Oktober 2021
- Les met
48 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Online lesson week 16: Quantifiers
April 2020
- Les met
35 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Quantifiers
Mei 2020
- Les met
39 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Quantifiers
Mei 2020
- Les met
32 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Quantifiers
Mei 2024
- Les met
25 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
Grammatica - Much/Many/Lots of/Little/Few goede versie
Oktober 2019
- Les met
25 slides
Engels
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 3
Theme 4 lesson 3, Quantifiers (2HV)
Mei 2023
- Les met
28 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
quantifiers H2
Februari 2023
- Les met
27 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2