Pluriforme samenleving 4.6 + 4.7

Pluriforme samenleving
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Pluriforme samenleving

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel paragraaf 6

Aan het eind van deze paragraaf kun je...

- de drie fasen van integratie uitleggen
- de drie oorzaken van conflicten in integratie noemen.
- het verschil in integratie tussen generaties noemen

Slide 2 - Tekstslide

Drie fasen in integratieproces
  1. De eerste generatie (oorspronkelijke immigranten) leeft nog sterk met tradities uit het land van herkomst.
  2. De tweede generatie vormt een tussengeneratie en leeft vaak in twee werelden.
  3. De derde generatie (kinderen en kleinkinderen van de tweede generatie) hebben vaak hun plek in de Nederlandse samenleving gevonden.


MAAR: deze fasen volgen elkaar in werkelijkheid nooit op op precies dezelfde manier. Grote verschillen tussen groepen en de periode/situatie waar een land in verkeert.

Slide 3 - Tekstslide

1. Vermijding
Zowel autochtonen als nieuwkomers ervaren in het begin een gevoel van verlies. In het begin daarom aansluiting bij hun eigen groep. 

Slide 4 - Tekstslide

2. Conflicten
Drie verschillende oorzaken
  1. sociaaleconomisch
  2. cultureel-religieus
  3. politiek

Slide 5 - Tekstslide

2.1 Sociaaleconomische oorzaken
Weerstand tegen aanwezigheid van immigraten veel aan de onderkant van de arbeidsmarkt.
Vooral daar veel concurrentie tussen autochtone werknemers versus immigranten.
Ook veel vooroordelen en stereotypen kunnen leiden totdiscriminatie of uitsluiting (sollicitatie met Arabische achternaam)

Slide 6 - Tekstslide

2.2 Cultureel-religieus
Gewoonten/opvattingen van migranten worden soms door autochtone NL'ers niet begrepen of afgewezen. Migranten houden soms vast aan tradities/leefgewoonten die stroken met een vrije manier van denken/leven. 
Bijvoorbeeld
Vrouwenbesnijdenis is strafbaar hier, maar voor immigranten uit Sudan/Ethiopië/Somalië is het een culturele en religieuze traditie.
Moslims/sommige christenen vanuit interpretatie van religieus boek is de man boven de vrouw en homoseksualiteit moet verboden worden.
Familie-eer boven alles in veel hindoestaanse/islamitische families. Familie bemoeit zich veel met kinderen.

Slide 7 - Tekstslide

2.3 Politiek
Conflicten in het land van herkomst van migranten werken door in de samenleving. 
Oorlogtrauma's, burgeroorlogen. 
Maar ook Zwarte Piet conflict

Slide 8 - Tekstslide

Drie generaties
  1. De eerste generatie (oorspronkelijke immigranten) leeft nog sterk met tradities uit het land van herkomst.
  2. De tweede generatie vormt een tussengeneratie en leeft vaak in twee werelden.
  3. De derde generatie (kinderen en kleinkinderen van de tweede generatie) hebben vaak hun plek in de Nederlandse samenleving gevonden.


Slide 9 - Tekstslide

Leerdoel paragraaf 7

Aan het eind van deze paragraaf kun je...

- uitleggen hoe mensen in de samenleving met elkaar verbonden zijn
- vier soroten binden uitleggen
- de verhoudingen tussen de binden en globalisatie uitleggen


Slide 10 - Tekstslide

timer
2:00
Wat is verbondenheid?

Slide 11 - Woordweb

Wat staat centraal?
Sociale cohesie: onderlingen verbondenheid tussen (groepen) mensen. Belangrijk voor samenlevingen, maar ook binnen een wijk, school of bedrijf!
Sociale cohesie wordt ook wel de "kleefkracht van de samenleving" genoemd

Slide 12 - Tekstslide

Verschillende soorten bindingen 

  1. Affectieve bindingen
  2. Economische bindingen
  3. Cognitieve bindingen
  4. Poltiieke bindingen

Slide 13 - Tekstslide

Affectieve bindingen
Mensen hebben elkaar nodig voor vriendschap, steun en liefde. Ook willen ze graag ergens bij horen. Belangrijk voor affectieve bindingen zijn bijvoorbeeld:
  • Familie en vrienden.
  • Verenigingen.
  • Buurtgenoten.
  • Religie en spiritualiteit.

Slide 14 - Tekstslide

Economische bindingen
Economische bindingen zijn sterk verbonden met het hebben van werk. Als je werkloos raakt, raak je meer dan je inkomen kwijt. Daarom is werk ook van groot belang bij de integratie.


Slide 15 - Tekstslide

Cognitieve bindingen
Voor het verwerven van kennis ben je afhankelijk van anderen.  Deze bindingen heb je bijvoorbeeld met:
  • je ouders.
  • je docenten.
  • de media.

Slide 16 - Tekstslide

Politieke bindingen
Het gaat bij deze binding niet alleen om wetten, ook het uitgangspunt van wederkerigheid is belangrijk.

Wederkerigheid: wie van anderen iets vraagt , moet daar ook zelf toe bereid zijn 

Slide 17 - Tekstslide

Globalisering zorgt ervoor dat we steeds meer internationale bindingen hebben.
 
Doordat je overal in de EU kunt studeren, heb je sneller internationale cognitieve bindingen.

Door nieuwe communicatiemogelijkheden heb je gemakkelijker internationale affectieve bindingen.


Doordat steeds meer producten in het buitenland worden gemaakt, heb je meer internationale economische bindingen.

Door internationale samenwerkingsverbanden als de EU en de VN heb je steeds meer internationale politieke bindingen.

Slide 18 - Tekstslide