Doel: aan het einde van de les weet je het verschil tussen formeel en informeel schrijven. Je weet waar je op wordt beoordeeld bij een schrijftoets/examen. Je past je kennis toe in een schrijfopdracht.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 1
In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Engels schrijven
Doel: aan het einde van de les weet je het verschil tussen formeel en informeel schrijven. Je weet waar je op wordt beoordeeld bij een schrijftoets/examen. Je past je kennis toe in een schrijfopdracht.
Slide 1 - Tekstslide
Waar herken je een formele brief aan?
Slide 2 - Open vraag
Slide 3 - Tekstslide
Tekst
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Wat de juiste aanhef?
A
Dear sir or madam,
B
Dear mister / mrs,
C
Dear Sir / Madam,
D
Hello Sir / Madam,
Slide 7 - Quizvraag
Hoe vermeld je Nederland in de adressering?
A
holland
B
nederland
C
The netherland
D
The Netherlands
Slide 8 - Quizvraag
Als je in de aanhef een persoonsnaam hebt wat is dan de ondertekening?