Opsomming= Auch - ook; Und - en; Außerdem - bovendien ; Sowie - alsook, alsmede; Nicht nur…sondern auch - niet alleen…maar ook; Daneben - daarnaast; Oder - of (opsomming van mogenlijkheden)
Tegenstelling= Aber - maar, echter; Doch - toch; Dagegen/hingegen - daarentegen; Dennoch/trotzdem - desondanks; trotz - ondanks; Obwohl - hoewel; Nicht…sondern… - niet…maar; Statt - in plaats van
Reden/argument=
Weil/da - omdat
Denn - want
Nämlich - namelijk
Deswegen/deshalb/darum/daher - daarom
Wegen - vanwegen
Aus diesem Grund - om deze reden
Oorzaak en/of gevolg=
Indem/dadurch dass - doordat, door te
Dadurch - daardoor
Es ist…zu verdanken - het is aan…te danken
Die Ursache hierfür ist - de oorzaak hiervoor is
Sodass/so dass – zodat
Doel/middel=
Damit - opdat
Um - om
Dazu - daartoe, met het doel
Womit - waarmee
Mittels/durch - door middel van
Mithilfe - met behulp van
Voorbeeld=
Zum beispiel - bijvoorbeeld
So - zo
Wie – zoals
Besonders/vor allem - vooral, in het bijzonder
Sogar – zelfs
Tijds(vervolg)=
Schon/bereits - al, reeds
Bevor - voordat
Bisher - tot nu toe
Damals - destijds
Erst - pas, niet eerder dan
Gerade - (zo)juist, net
Vorher - voeger, ervoor
Während - tijdens, gedurende
Heute - tegenwoordig, vandaag
Hoeveelheid/mate waarin=
Täglich – dagelijks Je…desto - hoe… des te
Regelmäßig - regelmatig
Ot/häufig - vaak
Nie - nooit
Meistens - meestal
Manchmal - soms
Kaum - nauwelijks
Gar(+ontkenning)/ganz - helemaal
BIJLAGEN
1459493672_Signaalwoorden_Duits.docx