3.1 Hoe kom je aan werk?

3.1 Hoe kom je aan werk?
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3.1 Hoe kom je aan werk?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Aan het einde van de les weet je waarom scholing nodig is
  • Aan het einde van de les begrijp je wat de arbeidsmarkt is en hoe je op een vacature kunt solliciteren
  • Aan het einde van de les kun je gegevens aflezen uit een cirkeldiagram en staafdiagram
  • Aan het einde van de les begrijp je het nut van arbeidsverdeling
  • Aan het einde van de les ken je het verschil tussen een deeltijdbaan en een voltijdbaan

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Definities
  • Scholing: Het proces van leren van vaardigheden en kennis, noodzakelijk voor bepaalde banen
  • Arbeidsmarkt: De plek waar vraag en aanbod van arbeid elkaar ontmoeten
  • Cirkeldiagram: Een grafische weergave van gegevens in de vorm van een cirkel
  • Staafdiagram: Een grafische weergave van gegevens met behulp van balken
  • Arbeidsverdeling: Het proces waarbij taken worden verdeeld onder individuen of groepen om efficiëntie te verhogen
  • Deeltijdbaan: Een baan waarbij je minder dan de normale werkuren werkt
  • Voltijdbaan: Een baan waarbij je de normale werkuren werkt

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arbeidsmarkt
Werknemer
Werkgever
Aanbod
Vraag

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar zie je een cirkeldiagram?
A
B
C
D

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk cirkeldiagram
past bij de tabel?
A
B
C
D

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk staafdiagram hoort bij
de tabel?

timer
0:30
A
staafdiagram A
B
staafdiagram B
C
staafdiagram C
D
staafdiagram D

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een cirkeldiagram is altijd
A
360%
B
100%
C
in gelijke stukken verdeeld
D
vierkant

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een staafdiagram?
A
B
C

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke
staafgrafiek
hoort de cirkeldiagram?
A
grafiek 1
B
grafiek 2
C
grafiek 3

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vragers op de arbeidsmarkt
aanbieders op de arbeidsmarkt
mensen die op zoek zijn naar een koop- of huurwoning
woningen die te huur of te koop worden aangeboden

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Arbeidsverdeling
Deeltijdbaan
voltijdbaan
Vaste baan
Tijdelijke baan
Je werkt 36 tot 40 uur per week.
Een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. 
Werk voor bepaalde tijd, tot een afgesproken einddatum. 
Je werkt minder dan 36 uur per week.
het werk bij bedrijven is verdeeld in verschillende banen.

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe technieken
Arbeidsverdeling
Scholing
Arbeidsomstandigheden
Een goede stoel, de juiste temperatuur
Iedereen doet waar hij/zij goed in is
Met een diploma weet je mee en gaat het werk sneller
Een robot of machine neemt jouw werk over

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een deeltijdbaan?
A
Je werkt meer dan 36 uur per week
B
Je werkt minder dan 36 uur per week
C
Je werkt minder dan 60 uur per week
D
Je werkt meer dan 60 uur per week

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

deeltijdbaan 
Fulltimebaan
fulltimebaan
je moeder werkt 24 uur in een apotheek
jos werkt 36 uur in het ziekenhuis
de buurman werkt 36 uur als vrachtwagenchauffeur 

Slide 23 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 24 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 25 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 26 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.