8.1 Waarom de grens over?

Vragen 7.4?
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vragen 7.4?

Slide 1 - Tekstslide

H8 Over de grens
8.1 Waarom de grens over?

Slide 2 - Tekstslide

8.1 Waarom de grens over?
  • Ik kan uitleggen waarom Nederland importeert.
  • Ik kan uitleggen waarom Nederland exporteert.
  • Ik kan met de invoerwaarde en uitvoerwaarde berekenen wat het saldo op de betalingsbalans is.
  • Ik kan berekenen hoe groot de import en export zijn in verhouding tot het nationaal inkomen.



Slide 3 - Tekstslide

8.1 Waarom de grens over?
Internationale handel
Nederlandse bedrijven kopen van of verkopen aan bedrijven in het buitenland:
  • invoer (import) van goederen en diensten
  • uitvoer (export) van goederen en diensten

Soms importeren bedrijven producten die ze vervolgens (eventueel na een korte bewerking) exporteren. Dit is wederuitvoer.


Slide 4 - Tekstslide

Waarom zijn Chineese webshop als Alibaba en Shein zo populair?

Slide 5 - Open vraag

Waarom voeren we mango's in?

Slide 6 - Open vraag

8.1 Waarom de grens over?
Import



We voeren goederen in, omdat:
  • Sommige landen goedkoper produceren.
  • Ze in ons land niet of weinig voorkomen.
  • Niet alle landbouwgewassen in ons klimaat groeien.
  • Consumenten meer keuze uit producten willen.



Slide 7 - Tekstslide

8.1 Waarom de grens over?
Export
Export: Het buitenland betaald ons geld
  • Een Nederlands baggerbedrijf baggert in Dubai
  • Ed Sheeran drinkt Jenevertjes en fiets door Oost
  • We verkopen Beemsterkaas aan Duitsland

Dankzij export kunnen bedrijven meer producten verkopen en stijgt de werkgelegenheid.

Slide 8 - Tekstslide

8.1 Waarom de grens over?
Import



Import: er gaat geld naar het buitenland      
  • We voeren bananen in
  • Ed Sheeran geeft een concert in de Ziggo Dome
  • Een schoolreis naar Frankrijk

Slide 9 - Tekstslide

Het voordeel van import voor de Nederlandse consument is ...
A
meer keuze in goederen en diensten.
B
minder keuze in goederen en diensten.

Slide 10 - Quizvraag

Een voordeel van meer export is ...
A
dat de werkgelegenheid daalt.
B
dat de werkgelegenheid stijgt.

Slide 11 - Quizvraag

Nederlanders houden graag vakantie in het buitenland.
Als je met de Ierse maatschappij Ryan Air vliegt dan is er sprake van:
A
import
B
export

Slide 12 - Quizvraag

Als je in Barcelona een souvenir koopt, dan is er sprake van:
A
Import
B
Export

Slide 13 - Quizvraag

Ik werk als grensarbeider in Nederland. Voor de Nederlandse economie is er sprake van...
A
Import
B
Export

Slide 14 - Quizvraag

8.1 Waarom de grens over?
Betalingsbalans
De betalingsbalans (of goederenbalans) geeft een overzicht van de exportwaarde en de importwaarde van goederen:
  • importwaarde = ingevoerde hoeveelheid x prijs per eenheid
  • exportwaarde = uitgevoerde hoeveelheid x prijs per eenheid  

Het verschil tussen de export- en importwaarde noem je het saldo van de betalingsbalans.

Slide 15 - Tekstslide

oefenen
maken oefening 3 tot en met 9

Slide 16 - Tekstslide

8.1 Waarom de grens over?
Nationaal inkomen
Alle inkomens in een land vormen samen het nationaal inkomen
  • Een groot deel van ons nationaal inkomen verdienen we met export. 
  • Een groot deel van ons nationaal inkomen geven we uit aan import. 


Nederland heeft daarom een open economie.
Landen die naar verhouding weinig in-en uitvoeren hebben een gesloten economie.





Slide 17 - Tekstslide

8.1 Waarom de grens over?
Nationaal inkomen
Hoeveel procent van ons nationaal inkomen verdienen we met export?

  • Uitvoerpercentage = totale uitvoerwaarde ÷ nationaal inkomen × 100%

Hoeveel procent van ons nationaal inkomen geven we uit aan import?

  • Importpercentage = totale invoerwaarde ÷ nationaal inkomen × 100%

Slide 18 - Tekstslide

8.1 Waarom de grens over?
  • Ik kan uitleggen waarom Nederland importeert.
  • Ik kan uitleggen waarom Nederland exporteert.
  • Ik kan met de invoerwaarde en uitvoerwaarde berekenen wat het saldo op de betalingsbalans is.
  • Ik kan berekenen hoe groot de import en export zijn in verhouding tot het nationaal inkomen.



Slide 19 - Tekstslide