5.2 Indampen en destilleren

Elke scheidingsmethode berust op een verschil in stofeigenschap. Sleep de eigenschappen naar je juiste scheidingsmethode.
Filtreren
Extraheren
Indampen
Bezinken en afgieten
Deeltjesgrootte
Dichtheid
Kookpunt
Oplossingsvermogen
1 / 14
volgende
Slide 1: Sleepvraag
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Elke scheidingsmethode berust op een verschil in stofeigenschap. Sleep de eigenschappen naar je juiste scheidingsmethode.
Filtreren
Extraheren
Indampen
Bezinken en afgieten
Deeltjesgrootte
Dichtheid
Kookpunt
Oplossingsvermogen

Slide 1 - Sleepvraag

5.2 Indampen en destilleren

Slide 2 - Tekstslide

Indampen

Slide 3 - Tekstslide

Indampen

Slide 4 - Tekstslide

Indampen

Slide 5 - Tekstslide

Destilleren

Slide 6 - Tekstslide

Destilleren

Slide 7 - Tekstslide

Scheidingsmethoden

Slide 8 - Tekstslide

Indampen is een ...
A
...scheidingsmethode gebaseerd op kookpunt
B
...ontledingsreactie gebaseerd op kookpunt
C
...scheidingsmethode gebaseerd op dichtheid
D
...ontledingsreactie gebaseerd op dichtheid

Slide 9 - Quizvraag

Hoe noem je dat wat achterblijft in het indampschaaltje na het indampen?
A
neerslag
B
residu
C
filtraat
D
destilaat

Slide 10 - Quizvraag

Je kunt een oplossing scheiden met indampen. Wat is het residu bij indampen?
A
Oplosmiddel
B
Opgeloste stof

Slide 11 - Quizvraag

Destilleren heeft veel overeenkomsten met indampen, maar er is ook een belangrijk verschil.
Wat is het verschil tussen destilleren en indampen?
A
Bij destilleren vang je de vloeistof die verdampt is weer op.
B
Bij indampen vang je de vloeistof die verdampt is weer op.
C
Destilleren gebeurt bij een hogere temperatuur.
D
Bij indampen kookt de vloeistof bij een lagere temperatuur.

Slide 12 - Quizvraag

Destilleren berust op ...
A
verschil in deeltjesgrootte
B
verschil in dichtheid
C
verschil in kookpunt
D
verschil in aanhechtingsvermogen

Slide 13 - Quizvraag

Destilleren is
A
Het condenseren van damp
B
Het indampen van een mengsel
C
Het opvangen van de damp na verwarmen
D
Het gebruik maken van een filter

Slide 14 - Quizvraag