Schrijven 4 .6
Vak: Nederlands
- Uitleg:
- Schrijven 4.6
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2
In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Vak: Nederlands
- Uitleg:
- Schrijven 4.6
Slide 1 - Tekstslide
Schrijven 4.6 lesdoelen
- Kan een eenvoudige zakelijke e-mails en brieven schrijven
- Kan alinea's maken (inleiding-kern-slot)
- Schrijft één kernzin
- Kan werken met een schrijfplan
Slide 2 - Tekstslide
Leertekst: Zakelijke brief of e-mail
Een zakelijke brief of zakelijke e-mail heeft een vaste indeling:
1 Inleiding: vermeld waarom je de brief of e-mail schrijft. Het zijn de aanleiding en het doel van je brief of e-mail.
- Wij hebben uw e-mail ontvangen en geven u graag meer informatie.
- Hierbij stuur ik u een aanmeldingsformulier. Dit ontvang ik graag volledig ingevuld terug.
2 Kern: geef de informatie die nodig is of leg uit wat je precies wilt weten.
Hiervoor kun je de 5W1H-vragen gebruiken.
De kern kan meer alinea's hebben. Maak voor elk deelonderwerp één alinea.
3 Slot: herhaal kort wat je van de lezer verwacht. Je kunt ook bedanken voor de moeite of de aandacht.
- Ik zou de informatie graag binnen twee weken ontvangen. Alvast bedankt voor de moeite.
- Wij gaan ervan uit dat u zo genoeg informatie hebt. Als u nog vragen hebt, dan kunt u ons bellen.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Leertekst: Zakelijk brief
Een zakelijke brief schrijf je volgens een vaste indeling.
inleiding - Je vertelt waarom je de brief schrijft: de aanleiding.
- Je vertelt ook wat je wilt: het doel van je brief.
kern - Je legt uit wat je precies wilt weten of je geeft zelf informatie. Hierbij kun je de 5W1H-vragen gebruiken.
- De kern kan meer alinea's hebben: voor elk deelonderwerp gebruik je één alinea.
slot - Je schrijft in de laatste alinea wat je van de lezer wilt.
- Je kunt de lezer ook bedanken voor de moeite of de aandacht.
Slide 5 - Tekstslide
5W1H-vragen(stap 2)
Bij stap 2 van het schrijfplan ga je informatie verzamelen over het onderwerp van de tekst.
Dat doe je met de 5W1H-vragen. Dat zijn vragen die beginnen met: wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe.
De antwoorden schrijf je op. Als je je tekst gaat schrijven, gebruik je de antwoorden.
Slide 6 - Tekstslide
Schrijfplan
Het schrijfplan kan je helpen om een tekst te schrijven. Het schrijfplan heeft vijf stappen.
Stap 1 – Denken
Je denkt na over wat je precies moet doen.
Stap 2 – Informatie verzamelen
Je verzamelt informatie over het onderwerp van de tekst.
Stap 3 – Schrijven
Je schrijft de eerste versie van je tekst.
Stap 4 – Nakijken
Je kijkt de tekst na en verbetert de fouten.
Stap 5 – Herschrijven
Je schrijft de tweede versie.
Slide 7 - Tekstslide
Uitleg via filmpje
Bekijk het filmpje en leer hoe je een zakelijke brief schrijft.
Slide 8 - Tekstslide
0
Slide 9 - Video
Leertekst: één deelonderwerp per alinea
Een zakelijke tekst is ingedeeld in alinea's. Dat geldt ook voor een zakelijke brief (of zakelijke e-mail). Door goede alinea's wordt de opbouw van je tekst duidelijk. Daarmee help je de lezer, zodat die de tekst beter kan begrijpen.
- Bespreek in elke alinea één deelonderwerp.
- Begin de alinea met de belangrijkste zin: de kernzin. de belangrijkste mededeling van die alinea. Zo vind je de kernzin: stel een vraag over het deelonderwerp en schrijf het antwoord op die vraag op. Dat is de kernzin.
- Geef in de volgende zinnen een toelichting op de kernzin. Je kunt een voorbeeld geven of je geeft meer uitleg over het deelonderwerp.
- Een nieuw deelonderwerp? Dan een nieuwe alinea!
