De werking van de Transistor

De werking van de Transistor
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De werking van de Transistor

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je uitleggen wat een transistor is en de korte geschiedenis ervan beschrijven. Aan het einde van de les begrijp je de basiswerking van de transistor en het principe van de p-n overgang. Aan het einde van de les ken je de verschillende soorten transistors identificeren en hun werking beschrijven. Aan het einde van de les kun je de opbouw en werking van de Bipolaire Junction Transistor (BJT) en Field Effect Transistor (FET) uitleggen. Aan het einde van de les weet je hoe je een transistor als schakelaar en als versterker kunt gebruiken in schakelingen. Aan het einde van de les kun je verschillende toepassingen van transistors in digitale en analoge circuits en vermogensregelingen benoemen. Aan het einde van de les begrijp je het belang van transistors in moderne elektronica.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over transistors?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een transistor en de korte geschiedenis
Transistor is een halfgeleiderapparaat voor signaalversterking of schakeling. Korte geschiedenis van transistors.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Basiswerking van de transistor en het principe van de p-n overgang
Halfgeleider die elektriciteit kan geleiden. P-N overgang essentieel voor werking van transistors.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten transistors: Bipolaire Junction Transistor (BJT) en Field Effect Transistor (FET)
BJT biedt stroomregeling via p-type en n-type materialen. FET regelt elektrische geleidbaarheid met elektrisch veld.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw en werking van de Bipolaire Junction Transistor (BJT)
Uitleg over de opbouw en werking van BJT.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw en werking van de Field Effect Transistor (FET)
Uitleg over de opbouw en werking van FET.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toepassing van de transistor als schakelaar
Hoe een transistor als schakelaar kan worden gebruikt.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toepassing van de transistor als versterker
Hoe een transistor als versterker kan worden gebruikt in schakelingen.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toepassingen van transistors in diverse circuits
Verschillende toepassingen van transistors in digitale en analoge circuits en vermogensregelingen.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het belang van transistors in moderne elektronica
De impact van transistors op hedendaagse technologie.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Definitielijst
Transistor: Een halfgeleiderapparaat dat wordt gebruikt om signalen te versterken of te schakelen. Halfgeleider: Een materiaal dat onder bepaalde omstandigheden elektriciteit kan geleiden. P-N overgang: De grens tussen p-type en n-type materialen in een halfgeleider, essentieel voor de werking van transistors. Bipolaire Junction Transistor (BJT): Een type transistor dat stroomregeling biedt door middel van p-type en n-type materialen. Field Effect Transistor (FET): Een type transistor dat de elektrische geleidbaarheid van een kanaal in een halfgeleider regelt met behulp van een elektrisch veld. JFET: Junction Field Effect Transistor, een type FET met een p-n overgang. MOSFET: Metal-Oxide-Semiconductor Field Effect Transistor, een type FET met een geïsoleerde gate.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 14 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 15 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 16 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.