12. schrijfdossier opdracht 1 en 2

PLANNING VAN DEZE LES
1.  De nulmeting staat klaar voor Yasmin, Jaimy-Lee, Danique en Justin. Starttijd: 09:50 uur. Je hebt oortjes nodig. Het is belangrijk om het helemaal af te krijgen. De meesten zijn met 45 a 60 minuten klaar met de 40 vragen. 

► StartUp
2.  Ophalen
3.  Quiz via LessonUp (één zin; drie vragen)
4.  Informatie over de nulmeting
5.  Overzicht Nederlands
6.  Het Schrijfdossier, opdracht 1: het cv en opdracht 2: de sollicitatiebrief


1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

PLANNING VAN DEZE LES
1.  De nulmeting staat klaar voor Yasmin, Jaimy-Lee, Danique en Justin. Starttijd: 09:50 uur. Je hebt oortjes nodig. Het is belangrijk om het helemaal af te krijgen. De meesten zijn met 45 a 60 minuten klaar met de 40 vragen. 

► StartUp
2.  Ophalen
3.  Quiz via LessonUp (één zin; drie vragen)
4.  Informatie over de nulmeting
5.  Overzicht Nederlands
6.  Het Schrijfdossier, opdracht 1: het cv en opdracht 2: de sollicitatiebrief


Slide 1 - Tekstslide

►STARTUP
► Wie: Jennifer, Marije, Jaimy-Lee en Justin

Maak die en lever die in via CumLaude. De twee bestanden moeten gelijktijdig worden geüpload: een in Word en een PowerPoint. 


Slide 2 - Tekstslide

2. OPHALEN
De zinsdelen van een zin vind je als volgt:  
   
1. Zet de zin in een andere tijd. Dat wat verandert, is een werkwoord/de pv.
2. Zet streepjes (in je hoofd) meteen voor en na de persoonsvorm (pv). 
3. Je laat nu de persoonsvorm op dezelfde plek staan. 
    a) Dat wat ervóór staat, is al een zinsdeel. Dat krijg je gratis.  
    b) Wat kan er nog meer vóór? Dat is dan ook een zinsdeel. 

Het moeten nog wel goede Nederlandse zinnen zijn! 
    

Slide 3 - Tekstslide

ONDERWERP
De persoonsvorm is een werkwoord dat het onderwerp 'laat werken'.  

Kijk maar: 'Emy | heeft | een feestje.' 
►Wat is de persoonsvorm? 


Stel nu de vraag 'wie of wat' aan de persoonsvorm
Het antwoord is het onderwerp. 


Slide 4 - Tekstslide

3. QUIZ
Eén zin, drie vragen

Slide 5 - Tekstslide

Wat zijn de juiste zinsdelen ook alweer?

'Morgen ga ik naar mijn grootmoeder'
A
Morgen | ga| ik | naar mijn grootmoeder
B
Morgen | ga ik | naar mijn grootmoeder
C
Morgen | ga| ik naar mijn grootmoeder

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de persoonsvorm?

'Morgen | ga | ik | naar mijn grootmoeder'
A
Morgen
B
ga
C
ik
D
naar mijn grootmoeder

Slide 7 - Quizvraag

En wat is het onderwerp?

'Morgen | ga | ik | naar mijn grootmoeder'
A
Morgen
B
ga
C
ik
D
naar mijn grootmoeder

Slide 8 - Quizvraag

4. INFORMATIE OVER DE NULMETING
Kijk in je Taalblokken, niveau van je opleiding en dan de bouwstenen. Sommige zijn grijs, de meeste zijn blauw. Hypothese: Bouwsteen 5 is grijs. 

Dan kan je twee dingen doen: 
1. zelfstandig in het voren werken aan een blauwe Bouwsteen. NB na het Schrijfdossier. 
2. aan Nederlands werken tijdens de lesuren Nederlands
 


Slide 9 - Tekstslide

5. OVERZICHT NEDERLANDS
De komende weken gaan we bezig met de opdrachten uit het Schrijfdossier (zie de volgende slide voor een overzicht).

Daarna gaan we klassikaal verder met Bouwsteen 04, daarna Bouwsteen 05, enz. 
We doen anderhalf lesuur over één Bouwsteen. Het laatste half uur heb je de Bouwsteentoets over die Bouwsteen. 

Eén Bouwsteen duurt dus één lesweek, i.e. twee lesuren. 

Slide 10 - Tekstslide

Schrijfdossier
maandag 12 februari: het cv en de sollicitatiebrief via e-mail
maandag 26 februari: het persbericht
maandag 11 maart: het onderzoeksartikel
maandag 25 maart: het formulier, de begeleidende e-mail en info over het betoog. Afronden cv, persbericht en onderzoeksartikel.
maandag 8 april: het betoog
maandag 22 april: de reflectie. Je controleert jouw verslag met behulp van opdracht 8, daarna kan je jouw Schrijfdossier via CumLaude inleveren.
Deadline maandag 22 april 22:00 uur.


Slide 11 - Tekstslide

6. HET SCHRIJFDOSSIER
Maak een Word-bestand aan met een voorblad 'Schrijfdossier'. Noem het bestand: Schrijfdossier 2023-2024 [jouw Voor- en Achternaam]

Volg de richtlijnen in het Schrijfdossier (zie e-mail) en maak de opdrachten. Kopieer en plak ze vervolgens in jouw Schrijfdossier. 

Je maakt het Schrijfdossier naar voorbeeld van de StartUp, dus met voorblad, automatische inhoudsopgave, inleiding, kern (de opdrachten) en slot (de reflectie). Vergeet ook niet de Pagina-eindes en de paginanummering. 

 


Slide 12 - Tekstslide

OPDRACHT 1: het cv
Volg de richtlijnen in het Schrijfdossier (zie e-mail) met betrekking tot opdracht 1. 

NB: maak je Schrijfdossier 'from scratch', naar voorbeeld van de StartUp.
NB: maak je cv niet via het web. Via Word of een sjabloon van Word. 

Heb je het niet af, maak het dan thuis af. 

Neem jouw cv op in jouw Schrijfdossier onder opdracht 1, zodra je het afhebt.  

Slide 13 - Tekstslide

Lees alvast de tweede opdracht door. Je krijgt van mij via e-mail een vacaturetekst waar je op reageert. 



Slide 14 - Tekstslide

OPDRACHT 2: de sollicitatiebrief (digitaal)
Volg de richtlijnen in het Schrijfdossier en gebruik de vacature die ik jou ge-e-maild heb.  Je mag ook een eigen vacaturetekst gebruiken. Neem de vacaturetekst en jouw sollicitatiebrief op in jouw Schrijfdossier.


LESDOELEN
- Je bent op de hoogte van de taalconventies, de regels die bij een sollicitatiebrief horen
- Je kent de indeling van de sollicitatiebrief
- Je begrijpt waarom er taalconventies zijn

Slide 15 - Tekstslide

de vacature
Je krijgt de vacature op de volgende pagina te zien.

Schrijf hier een antwoord (jouw sollicitatiebrief) op. 
Dit kan meteen in jouw Schrijfdossier of je kunt het er later in kopiëren-plakken. 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

SOLLICITATIEBRIEF
Pas de theorie van Bouwsteen 3 toe: 

In de inleiding stel je jezelf voor en schrijf je waar je de vacature hebt gezien.
In de kern schrijf je waarom jij voor de functie in aanmerking komt. Maak gebruik van alinea's. 
In het slot maak je gebruik van een passende afsluiting naar de taalconventies van de sollicitatiebrief. 









Slide 18 - Tekstslide

THEORIE SOLLICITATIEBRIEF
In jouw sollicitatiebrief overtuig je de lezer dat je geschikt bent voor de baan. 
Tekstdoel: je wilt uitgenodigd worden voor een gesprek. 

  • formeel taalgebruik
  • je volgt de indeling van een zakelijke brief 
  • maximaal 3/4 A4

Belangrijk:
- de taalconventies van een sollicitatiebrief
- de volgorde, in alinea's

Slide 19 - Tekstslide

voorbereiding
  • welke informatie kan je vinden over het bedrijf? 

  • staat er een contactpersoon in de vacaturetekst? Die naam gebruik je in je aanhef. 

  • kan je bellen voor meer informatie? Alleen bellen als je een vraag hebt. 


Slide 20 - Tekstslide

DE START
► in een e-mail gebruik je de onderwerpsregel: 
Sollicitatie naar de functie van .... → géén punt of komma

►In een brief: 
NAW-gegevens afzender (jij)

NAW-gegevens doelgroep (die ander)

Zwolle, 9 februari 2024 → géén punt of komma, wel de datum uitschrijven

Betreft: sollicitatie naar de functie van .... → géén punt of komma







Slide 21 - Tekstslide

DE AANHEF
Geachte heer/mevrouw,    → hierachter moet een komma

Allemaal prima (maar check de vacature): 

Beste mevrouw Deutz,
Beste meneer Van Pijkeren, 
Geachte heer Van der Molen, 
Geachte heer, mevrouw,
Geachte mevrouw De Bruyckere, 





Slide 22 - Tekstslide

DE INLEIDING
  • Stel jezelf voor:

Mijn naam is X X en ik ben X jaar. Ik volg de opleiding Paardensport aan het Zone.college in Zwolle. 


► je schrijft de functie met kleine letter: ruiter
► je volgt een opleiding met de titel Paardensport
► hoe schrijft de organisatie haar eigen naam? Kopiëren!

Slide 23 - Tekstslide

NOG MEER INLEIDING
  • Je schrijft waar je de vacature hebt gezien:
Ik zag uw vacature in [naam blad]. 
Ik werd geattendeerd op jullie vacature door [Voornaam, Achternaam]
Via Indeed zag ik uw vacature.  

  • Je schrijft waarom jij solliciteert:
Deze vacature sprak mij meteen aan, omdat ...
Ik werd meteen enthousiast van de vacature, want ... 

►Houd de zinnen kort. Maximaal één komma en één keer het voegwoord [en]. 

Slide 24 - Tekstslide

TWEEDE ALINEA: de kern
►Lees de vacaturetekst nog een keer door. Welke karaktereigenschappen moet je hebben? Laat die woorden terugkomen. Je zet dit in een nieuwe alinea. 

Ik kan zowel goed zelfstandig werken, als in een team.
Ik kan goed zelfstandig werken en ook in teamverband.
  
Vragen ze nog meer karaktereigenschappen/werkeigenschappen? Die kunnen allemaal bij elkaar in deze alinea.

Slide 25 - Tekstslide

DERDE ALINEA: de kern
►Lees de vacaturetekst nog een keer door. Wat zijn 'harde' eisen? Die moeten apart in een alinea. 

Hoeveel uren willen ze dat je gaat werken?
De gevraagde X uren per week zijn voor mij goed haalbaar en eventueel kan ik in het weekend werken. 
  
Welke dagen willen ze dat je werkt? Moet je in het bezit zijn van rijbewijs B? Moet je een auto hebben? Welke diploma's vragen ze?


Slide 26 - Tekstslide

SLOTALINEA en SLOTZIN
  • Je breit er een eind aan: je geeft de laatste informatie en sluit af met jouw naam. 

Tot slot heb ik ook mijn cv toegevoegd. Bij vragen of interesse kunt u mij zowel telefonisch als via e-mail bereiken. 

  • De slotzin is ook weer een alinea: je stuurt aan op een uitnodiging voor gesprek. 

Mijn motivatie licht ik met plezier toe in een gesprek. 
  




Slide 27 - Tekstslide

AFSLUITING
Met vriendelijke groet,  → hier een komma aan het eind

Voornaam Achternaam  → hierachter niets



Bijlage: cv       → hierachter geen interpunctie


  




Slide 28 - Tekstslide

spellingtips e.d.
  • curriculum vitae of levensloop: afkorten met kleine letter: cv.

  • geen hobby's of irrelevante opleidingen in jouw motivatie.

  • schrijf je [u] in de brief, switch dan niet naar [jullie]. Kies één van de twee.

  • hun is NOOIT onderwerp. Je begint een zin dus nooit met [hun].

Slide 29 - Tekstslide

spellingtips e.d.
  • schrijf actief, dus in de tegenwoordige tijd, met één werkwoord/persoonsvorm. 

  • interpunctie. Waar komt een komma? Lees je tekst altijd na. Heb je alle hoofdletters? Punten?  

  • schrijf in de alinea de zinnen achter elkaar door! 

  • gebruik geen afko's, maar schrijf ze in het middenstuk volledig (uit).

Slide 30 - Tekstslide

EINDE VAN DE LES

Volgende week: het persbericht





Slide 31 - Tekstslide