5.1: Licht, schaduw en spiegels

H5: Licht
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

H5: Licht

Slide 1 - Tekstslide

5.1: Licht, schaduw en spiegels
Herhaling leerstof leerjaar M2

Slide 2 - Tekstslide

Lichtbronnen
Een lichtbron is een voorwerp dat licht geeft. 


Natuurlijke lichtbronnen                          Kunstmatige lichtbronnen  

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Wanneer zien wij iets?
Als licht op een voorwerp komt, kunnen er drie dingen gebeuren. Het voorwerp kan licht absorberen, doorlaten en terugkaatsen.

Als een voorwerp licht absorbeert, dan wordt het licht omgezet in warmte. Hoe donkerder een voorwerp, hoe meer licht het absorbeert.

Als het voorwerp het licht terugkaatst en dit licht valt in ons oog, dan kunnen wij het zien!

Slide 5 - Tekstslide

Terugkaatsen
       




          Spiegelende terugkaatsing          Diffuse terugkaatsing       

Slide 6 - Tekstslide

Voorwerpen zien
Voorwerpen kunnen licht weerkaatsen. Als er zonlicht op een boom valt, dan weerkaatst de boom licht in alle kanten. Dit noemen we: diffuse terugkaatsing.

Als dat teruggekaatste licht in je oog valt,
dan kan je de boom zien.

Slide 7 - Tekstslide

De spiegelwet
Als licht op een spiegel valt, dan kaatst deze altijd terug met dezelfde hoek als waarmee deze in de spiegel straalde

Slide 8 - Tekstslide

De spiegelwet
De hoek van inval = de hoek van terugkaatsing

Slide 9 - Tekstslide

Wat is schaduw
De meeste voorwerpen weerkaatsen licht, dat betekend dat ze geen (of weinig) licht doorlaten. Als een voorwerp geen licht door laat, bijvoorbeeld een mens, dan krijg je een schaduw!

Slide 10 - Tekstslide

Schaduw tekenen
Als we een schaduw van een voorwerp willen tekenen dan hebben we 2 stralen nodig: de randstralen
Vervolgens arceer je de schaduwplek met een potlood.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Kern- en halfschaduw
Als je 2 lampen hebt dan teken je dus 4 randstralen: 2 per lamp!

Dat betekent ook dat je 2 soorten
schaduw krijgt: kernschaduw en
halfschaduw. Kernschaduw is de 
schaduw die je van 2 lampen hebt.
Halfschaduw is minder donker en dit 
is de schaduw van 1 lamp.

Slide 13 - Tekstslide

Samen inoefenen/huiswerk
We maken samen opdracht 7

Zelfstandig werken: opdracht 1 t/m 8
Dit is ook het huiswerk

Slide 14 - Tekstslide