Paragraaf 3 Eenmaal, andermaal, verkocht!

programma
herhaling paragraaf 2
huiswerk paragraaf 2
uitleg en maken paragraaf 3
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

programma
herhaling paragraaf 2
huiswerk paragraaf 2
uitleg en maken paragraaf 3

Slide 1 - Tekstslide

Omzet=...
Afzet=...
A
Omzet=aantal stuks Afzet=aantal x de prijs
B
Omzet=aantal stuks x de prijs Afzet = aantal stuks

Slide 2 - Quizvraag

Zijn onderstaande kosten variabele kosten of vaste kosten?

huur gebouw
A
variabele kosten
B
vaste kosten

Slide 3 - Quizvraag

Loonkosten zijn:
A
variabele kosten
B
vaste kosten

Slide 4 - Quizvraag

Een ondernemer heeft 800 euro aan vaste kosten. De variabele kosten bedragen 5 euro per stuk. Hij produceert 20 stuks. Wat is de kostprijs per product?
A
5 euro
B
45 euro
C
100 euro
D
900 euro

Slide 5 - Quizvraag

Om uiteindelijk toch een flinke winst te maken, is het nodig dat Action een grote afzet heeft. Wat wordt er bedoeld met afzet?
A
Het aantal producten dat ingekocht wordt
B
het aantal producten dat verkocht wordt
C
het aantal verkochte producten x de kostprijs
D
het aantal verkochte producten x de verkoopprijs

Slide 6 - Quizvraag

Hoe komt het dat de kostprijs van
een product daalt, als de totale productie toeneemt?
A
omdat de variabele kosten verdeeld worden over meer producten
B
omdat de vaste kosten verdeeld worden over meer producten
C
omdat de arbeidsproductiviteit dan ook toeneemt
D
omdat de productiecapaciteit dan ook toeneemt

Slide 7 - Quizvraag

Tot de vaste kosten/ constante van een bakkerij rekenen we...
A
de huur van het bedrijfspand.
B
de grondstofkosten.
C
de loonkosten.
D
geen van de voorbeelden.

Slide 8 - Quizvraag

huiswerk paragraaf 2

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

leerdoelen paragraaf 3
wat is concrete en abstracte markt
wat is evenwichtsprijs/hoeveelheid


Slide 11 - Tekstslide

welke markt zag je?
abstract of concreet?

Slide 12 - Tekstslide

abstracte markt
concrete markt

Slide 13 - Tekstslide

abstracte markt
abstracte markt

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

  • Evenwichtsprijs
  • -> De prijs waarbij vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn

    • Evenwichtshoeveelheid
    • -> Het aantal producten dat gevraagd en aangeboden wordt bij de evenwichtsprijs

    Slide 21 - Tekstslide

    Overschot
    Vraagoverschot
    De vraag is groter dan het aanbod
    De prijs gaat stijgen

    Aanbodoverschot
    Het aanbod is groter dan de vraag
    De prijs gaat dalen

    Slide 22 - Tekstslide

    Evenwicht berekenen
    Reken de evenwichtsprijs en hoeveelheid uit:
    Qa = 400P - 1.600
    Qv = -200P + 2.000

    Slide 23 - Tekstslide

    huiswerk
    paragraaf 3 1 t/m 12

    Slide 24 - Tekstslide

    leerdoelen paragraaf 3
    wat is concrete en abstracte markt
    wat is evenwichtsprijs/hoeveelheid


    Slide 25 - Tekstslide