Taalverzorging H4: Lijdend voorwerp

Welkom terug mavo 1
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Doe je telefoon in de telefoontas.
Stap 2: Pak je boek, leesboek, schrift en je Chromebook.
Stap 3: Log in bij LessonUp met je eigen naam. De code staat onderin + op het whiteboard.
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom terug mavo 1
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Doe je telefoon in de telefoontas.
Stap 2: Pak je boek, leesboek, schrift en je Chromebook.
Stap 3: Log in bij LessonUp met je eigen naam. De code staat onderin + op het whiteboard.

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Leerdoel: Ik kan het lijdend voorwerp benoemen in een zin.
Hoe bereiken we dit doel?
1. Lezen + check inleveren schrijfdossier
2. Herhaling grammatica: Persoonsvorm, zinsdeelstreepjes, onderwerp en werkwoordelijk gezegde.
3. Lijdend voorwerp
4. Oefenen lijdend voorwerp
5. Huiswerk voor de volgende les: blz. 106+107 opdr. 2, 3 en 4
6. Controle leerdoel

Slide 2 - Tekstslide

Lezen + check inleveren dossier
1. Je gaat lezen in je leesboek. 
2. Ik ga bij elke leerling langs of het schrijfdossier volledig is ingeleverd en of het op de juiste manier is ingeleverd (Word-bestand via SOM).
3. Is dit niet zo? Vrijdagmiddag maak je het af en je blijft net zo lang zitten totdat het is ingeleverd.
timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Hoe vind je de persoonsvorm? Noem de drie manieren.

Slide 4 - Open vraag

Herhaling zinsontleding: pv, zd, ow, wg
Ontleed onderstaande zin helemaal. Noteer de persoonsvorm, zet zinsdeelstreepjes, benoem het onderwerp en het werkwoordelijk gezegde.

Mijn vriend en ik wilden vanmorgen een bos bloemen aan mijn vader gaan geven.

Slide 5 - Tekstslide

Antwoorden
Mijn vriend en ik/wilden/ vanmorgen/ een bos bloemen/ aan mijn vader /gaan geven.

Persoonsvorm: Mijn vriend en ik
Onderwerp: wilden
werkwoordelijk gezegde: wilden gaan geven

Slide 6 - Tekstslide

Uit de vorige zin: Wat wilden mijn vriend en ik aan mijn vader gaan geven?

Slide 7 - Open vraag

Lijdend voorwerp
Een zin bevat niet alleen een onderwerp en werkwoordelijk gezegde. Een zin heeft meerdere zinsdelen
Lijdend voorwerp: Het lijdend voorwerp komt voor in zinnen waarin iets/iemand wat overkomt of iets/iemand wat meemaakt.

Hoe vind je het lijdend voorwerp?
Geef antwoord op de vraag: Wat of wie + werkwoordelijk gezegde + onderwerp.

Slide 8 - Tekstslide

Voorbeeld
Hij heeft hen zonet ontslagen.

Persoonsvorm: heeft
Zinsdeelstreepjes: Hij/ heeft/ hen/ zonet/ ontslagen.
Onderwerp: Hij
Werkwoordelijk gezegde: heeft ontslagen.
Lijdend voorwerp: Wat heeft hij ontslagen? Dat kan niet. Kies dan wie.
Wie heeft hij ontslagen? hen. Hen is het lijdend voorwerp

Slide 9 - Tekstslide

Nu jij. Benoem het lijdend voorwerp van de zin: Zondag hebben we nieuwe skates bij de skatebaan gevonden

Slide 10 - Open vraag

Ontleed nu deze zin helemaal (pv, zd, ow, wg, lv) De grootouders van Max vieren morgen hun 50-jarig huwelijksfeest.

Slide 11 - Open vraag

Aan de slag
Wat ga je doen? Maken in je schrift: opdr 2, 3 en 4 op blz. 106+107.
Hoe ga je te werk? Je werkt alleen en in stilte.
Hulp: Vragen? Steek je vinger op.
Tijd: tot het einde van de les krijg je hier de tijd voor.
Uitkomst: Je kunt een zin volledig ontleden: zinsdeelstreepjes, persoonsvorm, onderwerp, werkwoordelijk gezegde + lijdend voorwerp.
Klaar: Lezen (1mb+1mc) of voorbereiding pitch(1mb)

Slide 12 - Tekstslide