Thema 3 De Bloedsomloop: basisstof 4 Uitscheiding, basisstof 5 Afweer en basisstof 6

Lesplanning
Instructie basisstof 4 - 5 - 6 
(40 minuten)
Hou je schrift erbij en schrijf de aantekening over die op het bord geschreven worden.









1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lesplanning
Instructie basisstof 4 - 5 - 6 
(40 minuten)
Hou je schrift erbij en schrijf de aantekening over die op het bord geschreven worden.









Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel kamers heeft het hart?
A
1
B
3
C
2
D
4

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Hiernaast zie je een afbeelding van het hart.
Met welk nummer wordt de rechterkamer aangegeven?
A
1
B
3
C
4
D
5

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stroomt het bloed in aderen van het hart af of naar het hart toe?
A
Van het hart af
B
Naar het hart toe

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De wand van de linkerkamer van het hart is dikker dan de wand van de rechterkamer van het hart.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quizvraag

De wand van de linkerkamer is niet dikker omdat er meer bloed doorstroomt of weggepompt wordt, maar het bloed wordt door de grote bloedsomloop gepompt. Het heeft niets met de hoeveelheid bloed te maken die weggepompt wordt, maar dat het bloed door het hele lichaam gepompt moeten worden en niet alleen door de kleine bloedsomloop.
timer
3:00
nierader
leverslagader
halsader
leverader
halsslagader
nierslagader
Poortader
Aorta
Lognslagader

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hart --> longen --> hart
Welke bloedsomloop wordt hier beschreven?
A
De kleine bloedsomloop
B
De grote bloedsomloop

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke bloedsomloop wordt beschreven? Hart - Slagaders - Alle organen - Aders - Hart
A
Kleine bloedsomloop
B
Grote bloedsomloop

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het hart zit in de ...
A
Borstholte
B
Buikholte

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uitscheiding
Je kunt de delen van de nieren en urinewegen noemen met hun kenmerken en functies.

Nieuwe begrippen:
Uitscheiding
Nieren - Nierschors - Niermerg - Nierbekken
Urine - Urineleiders - Urineblaas - Urinebuis




Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:44
Benoem drie functies van de nieren.
timer
0:30

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Onderdelen en functies
De nieren filteren het bloed. Het verwijderen van afvalstoffen noemen we uitscheiden.
Nierschors en niermerg:
- verwijderen afvalstoffen 
- verwijderen overtollig water
- verwijderen overtollige zouten 
- verwijderen van schadelijke stoffen 
Nierbekken:
Verzamelen van de urine en het afvoeren naar de blaas via de urineleider.  


Slide 13 - Tekstslide

Benadrukken aan de leerlingen dat ze niet urinebuis met urineleiders moeten verwisselen. 

Je hebt twee urineleiders die vanuit het nierbekken richting de blaas lopen. 

Vanuit de blaas gaat het door de urinebuis (enkelvoudig) die door de penis loopt richting de buitenkant van het lichaam. 

Er dient een uitleg gegeven te worden over: osmotische waarde. Deze wordt bepaald door de hoeveelheid opgeloste stoffen in cellen en weefsels.
Bevat de nierslagader of de nierader veel afvalstoffen?
A
Nierslagader
B
Nierader

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Van buiten naar binnen

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
0:30
Nierschors
Niermerg
Nierbekken
Nierader
Nierslagader

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen vandaag
  • Je kunt beschrijven hoe antistoffen bescherming bieden tegen infecties.
  • Je kunt omschrijven wat er aan de hand is bij een allergie.

Lichaamsvreemde stoffen
Infectie
Afweersysteem
Antistoffen
Immuun

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lichaamsvreemde stoffen...
...zijn stoffen die niet in het lichaam thuishoren. 

Deze worden tegengehouden door:
  • Huid
  • Slijmvliezen
  • Zoutzuur in maagsap


Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Infectie
Wanneer een lichaamsvreemde stof het lichaam binnendringt...
...wordt het afweersysteem geactiveerd om de ziekte-verwekker te bestrijden. Een van de manieren waarop witte bloedcellen dat doen is fagocytose. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een andere manier waarop witte bloedcellen ziekteverwekkers bestrijden is door middel van...
Antistoffen
 
Voor iedere soort ziekteverwekker moet er een nieuwe antistof gemaakt worden.

Immuniteit heb je verkregen wanneer je niet meer ziek kunt worden door dezelfde ziekteverwekker. 




Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Allergie
Een overgevoeligheid voor andere lichaamsvreemde stoffen:
  • pinda's
  • chocolade
  • huismijt
  • pollen 
Vaak voorkomende symptomen zijn:
  • Roodheid, branderig gevoel, huiduitslag, jeuk en ontstekingen

Filmpje: Wat is een allergie

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken
Maak opdrachten 1 tot en met 8 van basisstof 4
Maak de opdrachten 1 tot en met 8 van basisstof 5.

Je kunt jezelf controleren, want de uitwerkingen staan in Classroom. 

 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Houd je hart en bloedvaten gezond!

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je uitleggen hoe je hart en bloedvaten gezond kunt houden.

Slide 25 - Tekstslide

Vertel de leerlingen wat ze aan het einde van deze les zullen kunnen.
Hart en bloedvaten
Je hart en bloedvaten zorgen ervoor dat voedingsstoffen en zuurstof door je lichaam worden vervoerd.

Slide 26 - Tekstslide

Vertel de leerlingen wat het doel is van het hart en de bloedvaten.
Bloeddruk
Bloeddruk is de druk die het bloed uitoefent op de wanden van de bloedvaten. Een hoge bloeddruk kan ernstige gezondheidsproblemen veroorzaken.

Slide 27 - Tekstslide

Leg kort uit wat bloeddruk is en waarom een hoge bloeddruk gevaarlijk kan zijn.
Slagaderverkalking
Slagaderverkalking is het dichtslibben van de bloedvaten door vetten en cholesterol. Het kan leiden tot hart- en vaatziekten.
Duur: 1 minuut en 40 seconden.

Slide 28 - Tekstslide

Leg uit wat slagaderverkalking is en welke gevolgen het kan hebben.
Hartinfarct
Een hartinfarct ontstaat wanneer een bloedvat dat het hart van bloed voorziet, afgesloten raakt. Dit kan ernstige schade veroorzaken.
Duur: 2 minuten

Slide 29 - Tekstslide

Leg uit wat een hartinfarct is en wat de gevolgen kunnen zijn.
Gezonde voeding
Gezonde voeding bevat voldoende groenten, fruit, volkoren producten en magere eiwitten. Probeer verzadigde vetten en zout zoveel mogelijk te vermijden.
Duur: 1:00 minuten)

Slide 30 - Tekstslide

Benadruk het belang van gezonde voeding en geef praktische tips.
Wat moet je vermijden voor een gezonde voeding?
A
Volkoren producten en magere eiwitten
B
Voldoende groenten en fruit
C
Verzadigde vetten en zout
D
Suikers en koolhydraten

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet er voldoende gegeten worden voor een gezonde voeding?
A
Alcohol, koffie, frisdrank
B
Groenten, fruit, volkoren producten en magere eiwitten
C
Vette producten, snoep, frisdrank
D
Fastfood, chips, koekjes

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Beweging
Beweging is goed voor je hart en bloedvaten. Probeer elke dag minstens 30 minuten matig intensief te bewegen.

Slide 33 - Tekstslide

Leg uit waarom beweging belangrijk is en geef praktische tips.
Niet roken
Roken beschadigt de bloedvaten en verhoogt de kans op hart- en vaatziekten. Het is daarom belangrijk om niet te roken.

Slide 34 - Tekstslide

Leg uit waarom roken slecht is voor het hart en de bloedvaten en geef praktische tips.
Wat is een hartinfarct?
A
Openen van een bloedvat dat het hart van bloed voorziet
B
Afsluiting van een bloedvat dat het hart van bloed voorziet
C
Vernauwing van een bloedvat dat het hart van bloed voorziet
D
Slijtage van een bloedvat dat het hart van bloed voorziet

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kan een gezonde leefstijl helpen bij het voorkomen van hart- en vaatziekten?
A
Door veel te slapen en weinig te bewegen
B
Door veel fastfood te eten
C
Door gezond eten, genoeg bewegen en niet roken
D
Door veel alcohol te drinken

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van het hart en de bloedvaten?
A
Opslaan van voedingsstoffen en zuurstof
B
Vervoeren van voedingsstoffen en zuurstof
C
Produceren van voedingsstoffen en zuurstof
D
Vernietigen van voedingsstoffen en zuurstof

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel minuten matig intensieve beweging per dag wordt aanbevolen?
A
60 minuten
B
30 minuten
C
10 minuten
D
120 minuten

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is slagaderverkalking?
A
Het openen van bloedvaten door vetten
B
Het dichtslibben van bloedvaten door vetten
C
Het ontstaan van extra bloedvaten
D
Het slijten van bloedvaten door vetten

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies