Jannie heeft een brutowinst van €20.000 Haar bedrijfskosten zijn €9.500 Bereken haar Nettowinst.
Slide 12 - Open vraag
De inkoopwaarde is het totale bedrag dat een winkel betaalt voor de inkoop van de producten.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 13 - Quizvraag
Jelle verkoopt schoenen voor €120 per paar. Hij verkoopt 20 paar schoenen. Bereken de omzet.
A
€100
B
€140
C
€6
D
€2400
Slide 14 - Quizvraag
Jelle heeft een omzet van €2400. De inkoopwaarde van de omzet was €400. Bereken de brutowinst.
A
€2800
B
€2000
C
€6
D
€2400
Slide 15 - Quizvraag
Loonkosten, huurkosten, verzekeringen, stroom en reclamekosten zijn geen voorbeelden van huurkosten.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 16 - Quizvraag
Jelle heeft een brutowinst van €2000. Ook heeft hij €850 aan bedrijfskosten. Bereken de nettowinst.
A
€2850
B
€1500
C
€1150
D
€1050
Slide 17 - Quizvraag
Gabi heeft een omzet van €10.000. De inkoopwaarde van de omzet is €1500. De bedrijfskosten zijn €3500. Bereken de nettowinst.
A
€5000
B
€15000
C
€12000
D
€8000
Slide 18 - Quizvraag
Sjoerd verkoopt telefoon hoesjes voor €20 per stuk. Hij heeft er 100 ingekocht voor een prijs van €2 per stuk en verkoopt ze allemaal. De bedrijfskosten zijn €500. Bereken de nettowinst.