woordenschat blok 3

woordenschatles 
Wie heeft de meeste antwoorden goed???? 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

woordenschatles 
Wie heeft de meeste antwoorden goed???? 

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de impressie?
A
iets wat bijzonder is, de moeite waard
B
een indruk van iets hebben
C
een afbeelding van een situatie
D
de manier waarop je denkt

Slide 2 - Quizvraag

Wat betekent afdruipen?

Slide 3 - Open vraag

de pook
het dashboard
de 
contactsleutel

Slide 4 - Sleepvraag

Wat betekent exclusief?

Slide 5 - Open vraag

Maak een verhaal met de woorden primitief, comfortabel en luxueus.

Slide 6 - Open vraag

de tijdspanne
A
voorbijgaan
B
een tijd doorbrengen of een afstand afleggen
C
hoe laat het is
D
de tijdsduur

Slide 7 - Quizvraag

Zoek een foto van een bezienswaardigheid

Slide 8 - Open vraag

Geef in je eigen woorden aan wat een obsessie is.

Slide 9 - Open vraag

manoeuvreren
A
een andere auto inhalen op de snelweg
B
de auto in een parkeervak parkeren
C
een voertuig van richting veranderen
D
heel snel kunnen rennen

Slide 10 - Quizvraag

euforisch
A
net als in een legende
B
oplossen, ontcijferen
C
heel blij
D
glijdend ontsnappen

Slide 11 - Quizvraag

overschatten
A
beter denken over jezelf dan daadwerkelijk is
B
heel erg goed kunnen zingen
C
net doen of iemand er niet is
D
minder over jezelf denken dan daadwerkelijk is

Slide 12 - Quizvraag