2AH - Oefentoets chapitre 1 - ed.6

Bienvenue
Assieds-toi
(ga zitten)

Prends tes affaires
(pak je spullen)

Ton iPad est éteint
(je iPad is uit)


1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Bienvenue
Assieds-toi
(ga zitten)

Prends tes affaires
(pak je spullen)

Ton iPad est éteint
(je iPad is uit)


Slide 1 - Tekstslide

Aujourd'hui
  • Phrases clés
  • herhaling grammatica
  • oefentoets


Leerdoel: Ik weet wat ik moet leren voor de toets.


Slide 2 - Tekstslide

Phrases clés
Vertaal het volgende briefje in het Nederlands.

Slide 3 - Tekstslide

Bonjour!
Tu as passé de bonnes vacances?
J'ai été à Barcelone, c'est en Espagne. C'était super!
Il a fait beau. Il a fait 32 dégres. 
J'ai fait du camping avec met parents et ma soeur. C'était génial. On a été à la plage et on a fait du natation. 
J'ai parlé espagnol et un peu anglais. 


Slide 4 - Tekstslide

OEFENTOETS

Slide 5 - Tekstslide

la dispute =

Slide 6 - Open vraag

hoe zeg je 'in Engeland'?
A
à Angleterre
B
en Angleterre
C
aux Angleterre
D
au Angleterre

Slide 7 - Quizvraag

Hij is in Frankrijk geweest.
A
Il a été en France
B
Il a eu en France
C
Ils ont été en France
D
elle a été en France

Slide 8 - Quizvraag

in Frankrijk
A
en France
B
au France
C
à France

Slide 9 - Quizvraag

in Nederland =
A
au Pays-Bas
B
aux Pays-Bas
C
à Pays-Bas
D
dans les Pays-Bas

Slide 10 - Quizvraag

Ben je Nederlands?
A
Je suis hollandais?
B
Tu es anglais?
C
Tu es hollandais?
D
tu as hollandais?

Slide 11 - Quizvraag

Nederland
A
la Hollande
B
les Pays-Bas
C
le Hollande
D
le Pays-Bas

Slide 12 - Quizvraag

arriver =

Slide 13 - Open vraag

il fait chaud =

Slide 14 - Open vraag

faire les magasins =

Slide 15 - Open vraag

Vertaal de zinnen naar het Frans: Ik heb Nice Bezocht.
(denk aan hoofdletter en punt)

Slide 16 - Open vraag

Wat is de passé composé?
A
De tegenwoordige tijd (ik dans)
B
De verleden tijd (ik danste)
C
De voltooide tegenwoordige tijd (ik heb gedanst)
D
De voltooide verleden tijd (ik had gedanst)

Slide 17 - Quizvraag

Sleep de vervoegingen naar het juiste vakje
Passé composé
Geen passé composé
Je regarde
Il parle
Ils ont parlé
Nous avons regardé
J'ai sauté
Nous sautons
Vous fermez
Vous avez fermé

Slide 18 - Sleepvraag

Koppel de voltooid deelwoorden aan het juiste werkwoord.
avoir
acheter
habiter
faire
être
oublier
été
habité
fait
oublié
eu
acheté

Slide 19 - Sleepvraag

Il ... mangé une pomme.
A
as
B
avons
C
a
D
ai

Slide 20 - Quizvraag

J'... eu une bonne note.
A
ont
B
a
C
as
D
ai

Slide 21 - Quizvraag

Nous ... été à Paris.
A
avons
B
avez
C
ont
D
as

Slide 22 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van het hulpwerkwoord.
Tu ... habité à Zwaag.
A
ai
B
as
C
a
D
ont

Slide 23 - Quizvraag

Vous (parler)
........... ................
A
avons parlé
B
êtes parlé
C
avez parlé
D
avez parler

Slide 24 - Quizvraag

Ils (avoir)
A
sont eu
B
a eu
C
ont eu
D
ai eu

Slide 25 - Quizvraag

rencontrer (elle)
A
ai rencontré
B
a rencontré
C
as rencontrée
D
a rencontrée

Slide 26 - Quizvraag

Ma mère a ... des fleurs. (avoir)

Slide 27 - Open vraag

Vous avez ... du tennis. (faire)

Slide 28 - Open vraag

Tu as ... en vacances. (être)

Slide 29 - Open vraag

Vul het voltooid deelwoord van het werkwoord tussen haakjes in.
Nous avons ... un film. (regarder)

Slide 30 - Open vraag

Vous ... .... aux Pays-Bas. (être)

Slide 31 - Open vraag

Il ... ... un cadeau. (donner)

Slide 32 - Open vraag

Tu ... ... des bonnes vacances. (avoir)

Slide 33 - Open vraag

Nous ... ... nos devoirs. (faire)

Slide 34 - Open vraag

Klopt de passé composé in de zin?
Vous avez eu des cadeaux.
A
B

Slide 35 - Quizvraag

Slide 36 - Tekstslide

Let op! 
Als het woord begint met klinker op stomme h
Altijd mannelijke vorm pakken

Mon hôtel
Ton aventure
Son arbre 

Slide 37 - Tekstslide

(mijn) ....... garçon
A
mon
B
ton
C
ma
D
ta

Slide 38 - Quizvraag

(jullie) .......... fille
A
notre
B
nos
C
votre
D
vos

Slide 39 - Quizvraag

(hun) ........ gares
A
votre
B
vos
C
leurs
D
leur

Slide 40 - Quizvraag

(jouw) ......... voyage

Slide 41 - Open vraag

(zijn) .......... frère

Slide 42 - Open vraag

(onze)......... liberté

Slide 43 - Open vraag

Continuez votre travail! 
 Blijf oefenen met behulp van je boek of Slim Stampen

Heb je nog vragen over de stof stel ze dan vooral!


Slide 44 - Tekstslide

Oefenen met Verbuga
Ga naar:
www.verbuga.eu

werkwoorden: (zie hiernaast)
tijd: passé composé
avoir
être
faire
aimer
chercher
donner
essayer
parler
regarder

timer
10:00

Slide 45 - Tekstslide

Maandag 31/10
Eindtoets chapitre 1



Bonne chance!

Slide 46 - Tekstslide