In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Thema 1
Hoofdstuk 5:
Schrijven
Deel 1
Teksten beoordelen
Slide 1 - Tekstslide
Afspraken
Iedereen doet actief mee in de les
Je bent verantwoordelijk voor je eigen gedrag
Als iemand anders praat ben je stil (TIP: steek je vinger op!)
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoelen
Ik begrijp waar ik op moet letten
bij het schrijven van een bericht op mijn telefoon.
Ik kijk kritisch naar teksten en geef aan
waarom de tekst (minder) goed te begrijpen is.
Slide 3 - Tekstslide
Planning
Casus (voorkennis)
Introductie (schrijven)
Theorie lezen (blz. 52)
Aan het werk!
Slide 4 - Tekstslide
Casus Layla
Layla heeft volgende week stage.
Haar oma is overleden en hierdoor heeft ze een begrafenis tijdens haar stagedag.
Ze wil haar stagebegeleider laten weten dat ze niet kan komen met een mail. Layla schrijft 2 mails.
Welke mail kan Layla het beste kiezen, denk je? Waarom juist die mail? -->
Slide 5 - Tekstslide
Mail 1
Mail 2
Slide 6 - Tekstslide
Wat deed Layla goed in de eerste mail?
Noem 3 dingen.
Slide 7 - Open vraag
Wat kon Layla anders doen in de tweede mail?
Noem 3 dingen.
Slide 8 - Open vraag
Wanneer/waarom is schrijven zo belangrijk?
Slide 9 - Woordweb
Samen lezen
Bladzijde 52
Slide 10 - Tekstslide
Je schrijft vaker dan je denkt,
zoals antwoorden in je werkboek op school
berichten naar vrienden of reacties op social media.
uitleg 1 | een begrijpelijke tekst schrijven
Slide 11 - Tekstslide
Vaak schrijf je iets wat anderen gaan lezen.
Denk aan je oma, mentor, stagebegeleider of sportcoach.
Daarom is het belangrijk dat jouw teksten
goed te begrijpen zijn. Hiervoor moet je letten op:
uitleg 1 | een begrijpelijke tekst schrijven
Slide 12 - Tekstslide
inhoud handschrift taalgebruik taalverzorging
uitleg 1 | een begrijpelijke tekst schrijven
.
?
!
H
Slide 13 - Tekstslide
inhoud handschrift taalgebruik taalverzorging
uitleg 1 | een begrijpelijke tekst schrijven
.
?
!
H
zorg ervoor dat wat je wilt zeggen of vragen duidelijk in de tekst staat.
schrijf zo netjes mogelijk als je met de hand schrijft.
gebruik nette taal en woorden die de ander begrijpt.
houd je zo goed mogelijk aan de regels voor het foutloos schrijven van woorden en zinnen.
Slide 14 - Tekstslide
Berichten aan vrienden
Als je een bericht aan vrienden schrijft, zijn de regels minder streng. Het is niet zo erg als je een foutje maakt of straattaal en afkortingen gebruikt. Zorg bij het maken van afspraken met je vrienden wel dat je duidelijk zegt of vraagt wat je wilt.
uitleg 1 | een begrijpelijke tekst schrijven
Slide 15 - Tekstslide
Welke straattaal of afkortingen gebruik/ken jij?
Slide 16 - Woordweb
Maken opdracht 1 en 2
Bladzijde 53 tot en met 56
Slide 17 - Tekstslide
H
.
?
!
inhoud
handschrift
taalgebruik
taalverzorging
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Aan de slag!
Maak:
- opdracht 1 en 2 (blz. 53 t/m 56)
- taken via JE.
Klaar:
- werk in zelfstandige map.
timer
20:00
Slide 21 - Tekstslide
Exit ticket
Heb jij de doelen van vandaag behaald?
Slide 22 - Tekstslide
Lesdoelen
Ik begrijp waar ik op moet letten
bij het schrijven van een bericht op mijn telefoon.
Ik kijk kritisch naar teksten en geef aan
waarom de tekst (minder) goed te begrijpen is.
Slide 23 - Tekstslide
Thema 1
Hoofdstuk 5:
Schrijven
Deel 2
Schrijven voorbereiden
Slide 24 - Tekstslide
Lesdoelen
Ik bereid het schrijven van een bericht voor
aan de hand van vragen.
Ik schrijf een eenvoudige en begrijpelijk tekst.
Slide 25 - Tekstslide
Planning
Herhalen / bespreken
Samen lezen (uitleg)
Aan de slag
Afsluiten
Slide 26 - Tekstslide
Herhalen / Bespreken
Bladzijde 53 t/m 56
Slide 27 - Tekstslide
inhoud handschrift taalgebruik taalverzorging
uitleg 1 | een begrijpelijke tekst schrijven
.
?
!
H
Slide 28 - Tekstslide
inhoud handschrift taalgebruik taalverzorging
uitleg 1 | een begrijpelijke tekst schrijven
.
?
!
H
zorg ervoor dat wat je wilt zeggen of vragen duidelijk in de tekst staat.
schrijf zo netjes mogelijk als je met de hand schrijft.
gebruik nette taal en woorden die de ander begrijpt.
houd je zo goed mogelijk aan de regels voor het foutloos schrijven van woorden en zinnen.
Slide 29 - Tekstslide
H
.
?
!
inhoud
handschrift
taalgebruik
taalverzorging
Waarom is de tekst misschien niet goed te begrijpen?
Slide 30 - Tekstslide
H
.
?
!
inhoud
handschrift
taalgebruik
taalverzorging
Waarom is de tekst misschien niet goed te begrijpen?
Hoi oom Gerald,
Ik heb je e-mailadres van mam gekregen. Wil je wat over de brandweer vertellen? Dat vroeg mijn mentor. Zie ik je dan!
Groetjes Anisa
versturen
Slide 31 - Tekstslide
H
.
?
!
inhoud
handschrift
taalgebruik
taalverzorging
Waarom is de tekst misschien niet goed te begrijpen?
hoi meneer buma ik ben wat later op de sportdag ik moet eerst naar de tandarts welke kleren moet ik ook al weer aan groet felix
Slide 32 - Tekstslide
???
???
Voor wie is het bericht?
Slide 33 - Tekstslide
H
.
?
!
inhoud
handschrift
taalgebruik
taalverzorging
Waarom is de tekst misschien niet goed te begrijpen?
Hoi oma mag ik morgen even langskomen na school misschien komt shaila ook mee Groetjes van dwain
Slide 34 - Tekstslide
H
.
?
!
inhoud
handschrift
taalgebruik
taalverzorging
Waarom is de tekst misschien niet goed te begrijpen?
Eeey meneer, geef ff geen huiswerk morgen. Anders word ik gek man. Ajax speelt tegen PSV, wordt knijter spannend! Laterr, Richie
Slide 35 - Tekstslide
Samen lezen
(uitleg)
Bladzijde 57 en 58
Slide 36 - Tekstslide
Een bericht sturen met je telefoon is iets wat je bijna elke dag doet. Naar vrienden of familie, maar soms ook naar mensen van school of werk, zoals je mentor of leidinggevende.
Om ervoor te zorgen dat de ander jouw bericht begrijpt, kun je de inhoud ervan voorbereiden door antwoord te geven op de volgende vragen:
uitleg 2 | De inhoud van een bericht voorbereiden
Slide 37 - Tekstslide
1.Aan wie schrijf ik het bericht?
2.Welk doel heb je met je bericht?
3.Welke informatie moet je opschrijven om dat doel te bereiken?
Stappenplan
als voorbereiding op het schrijven
Slide 38 - Tekstslide
Schrijf aan het begin van de zin een H O O F D L E T T E R .
Aan het einde van de zin een . of ! of ?
Namen en aardrijkskundige namen schrijf je met een H O O F D L E T T E R .
Lees je bericht hardop voor jezelf voor
Stappenplan
voor tijdens het schrijven
Waarom?
Om te controleren of de informatie begrijpelijk is voor de ander.
Slide 39 - Tekstslide
Aan de slag!
Maak: opdracht 3 (A t/m E)
blz. 58 t/m 62
Luister en kijk mee naar de uitleg -->
Slide 40 - Tekstslide
aan wie
welk doel
informatie
schrijf je het bericht?
heb je met het bericht?
Wat schrijf je op
om dit doel te bereiken?
Slide 41 - Tekstslide
aan wie
welk doel
informatie
schrijf je het bericht?
heb je met het bericht?
Wat schrijf je op
om dit doel te bereiken?
Slide 42 - Tekstslide
Slide 43 - Tekstslide
aan wie
welk doel
informatie
schrijf je het bericht?
heb je met het bericht?
Wat schrijf je op
om dit doel te bereiken?
Slide 44 - Tekstslide
Aan de slag!
Maak:
- opdracht 3 (blz. 58 t/m 62) : A t/m E.
- pitstop 2 (blz. 11) in boek taalportfolio.
Klaar:
- werk in zelfstandige map.
timer
20:00
Slide 45 - Tekstslide
Thema 1
Hoofdstuk 5:
Schrijven
Deel 3
Schrijven
Slide 46 - Tekstslide
Afspraken
Iedereen doet actief mee in de les
Je bent verantwoordelijk voor je eigen gedrag
Als iemand anders praat ben je stil (TIP: steek je vinger op!)
Slide 47 - Tekstslide
Lesdoelen
Ik begrijp waar ik op moet letten
bij het schrijven van een bericht op mijn telefoon.
Slide 48 - Tekstslide
Planning
Herhalen
Aan de slag - opdracht 3 - pitstop (vervolg)
Evalueren
Slide 49 - Tekstslide
Aan de slag!
Maak:
- opdracht 3 (blz. 58 t/m 62) : F t/m J.
- vervolg pitstop 2 (blz. 11) in boek taalportfolio.