V3 - unit 5 - genitive

GENITIVE
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

GENITIVE

Slide 1 - Tekstslide

genitive

wordt gebruikt, meestal om een bezit aan te duiden:


Nederlands:  Moeders boormachine, vaders auto, Jets tas, etc.
Engels:           Patrick’s family, their client’s wishes, my boss's  
   meeting, etc.

 

Slide 2 - Tekstslide

zelfst nw en namen in enkelvoud:


's komt na het woord : 

Adam's bike,   Sarah's child, The company's profits

Slide 3 - Tekstslide

single noun

Her dress is nice.
My sister's dress is nice.


Slide 4 - Tekstslide

His bike is new.
My brother's bike is new.

Slide 5 - Tekstslide

woord (e.v.) dat eindigt op -s

Bij namen in het enkelvoud die eindigen op -s  zet je ook een 's erachter.   



 Chris's
car       Thomas's girlfriend

Slide 6 - Tekstslide

plural nouns
Bij zelfstandige naamwoorden en namen in het meervoud komt de apostrof na de meervoudsvorm. Engelse meervouden eindigen meestal op een -s.


a lovers’  quarrel 
my sisters  chlothes
the EU countries’ economies

Slide 7 - Tekstslide

plural nouns
Their dresses are nice.
My sisters' dresses are nice.

Slide 8 - Tekstslide

Their bikes are new.
My brothers'  bikes are new.

Slide 9 - Tekstslide

plural nouns without 's'


Deze woorden krijgen 's


Their class is nice.
The children's class is nice.

Slide 10 - Tekstslide

dingen / plaatsen

Our car is blue.
The colour of our car is blue

Slide 11 - Tekstslide

Are the following Right or wrong?

Slide 12 - Tekstslide

Childrens' shoes.
A
right
B
wrong

Slide 13 - Quizvraag

This is John's book.
A
right
B
wrong

Slide 14 - Quizvraag

My sister's cat's name is Pinky.
A
right
B
wrong

Slide 15 - Quizvraag

The children's teacher is very good.
A
right
B
wrong

Slide 16 - Quizvraag

A lovers' quarrel.
A
right
B
wrong

Slide 17 - Quizvraag

My two brothers' bicycles are blue.
A
right
B
wrong

Slide 18 - Quizvraag

The car's tyre is flat.
A
right
B
wrong

Slide 19 - Quizvraag

Women's rights are important.
A
right
B
wrong

Slide 20 - Quizvraag

Jane's friend is moving to France.
A
right
B
wrong

Slide 21 - Quizvraag

Thomas's jumper is red.
A
right
B
wrong

Slide 22 - Quizvraag

The school's canteen sells healthy food.
A
right
B
wrong

Slide 23 - Quizvraag

dus:
e.v. :   altijd 's (Peter's rabbit)
mv: bij -s:  '  (the boys' room)
bij geen -s:   's  (the children's room)

bij plaatsen:  The back of the car

Slide 24 - Tekstslide

Practice
Hierna volgen oefeningen. Maak een genitive van de woorden tussen haakjes. Als antwoord geef je alleen de genitive, niet de hele zin.

Slide 25 - Tekstslide

They visited the (palace/queen) ____.

Slide 26 - Open vraag

Excuse me, can you tell me where the (department/children) ____ is?

Slide 27 - Open vraag

The (bikes/boys) ____ looked pretty new.

Slide 28 - Open vraag

(parents/my friend) ____ are both teachers.

Slide 29 - Open vraag

The colour of (bike/my daughter) ____ is pink.

Slide 30 - Open vraag

(friend/Jess) ____ is also a teacher.

Slide 31 - Open vraag

Let’s go to (John) ____ .

Slide 32 - Open vraag

'Joy' is the (name/the school)______.

Slide 33 - Open vraag

These are the (pencils/boys)____.

Slide 34 - Open vraag

(Sisters/Peter)____ are twelve years old.

Slide 35 - Open vraag

I need some bread, could you get one at the (baker)___.

Slide 36 - Open vraag

Her office is at the (top/the building)_____

Slide 37 - Open vraag

Speaking assignment
Deadline: May 29, 15.00

How hand it in?

Slide 38 - Tekstslide