In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Tag der Tropenwälder
Slide 1 - Tekstslide
www.zdf.de
Slide 2 - Link
opdracht Tage der Regenwälder
Slide 3 - Tekstslide
Krimi terugkoppeling
Studieplanner ter voorbereiding op PTA 1 op 10 nov.
moeite met huiswerkopdrachten/leerstof? melden- tunken
Slide 4 - Tekstslide
Studieplanner
PTA Grammatik:
- je kent de regels vh geslacht van zelfstandige nw.
- je kent de woorden van de der-groep en ein-groep
- je kent deze woorden in de 1e, 3e en 4e naamval
- je kent de bezittelijke voornaamwoorden
- je kent/herkent de voorzetsels vd 3e en 4e nv
- je kunt het onderwerp/lijdend voorwerp en meew.vw. vinden in de zin
je kunt regelmatige werkwoorden vervoegen + haben/sein
Slide 5 - Tekstslide
regels geslacht zelfstandige nw
Slide 6 - Tekstslide
www.duits.de
Slide 7 - Link
Naast woorden uit de Lernliste kunnen er ook woorden in je PTA Grammatik zitten die niet in je Lernliste staan. Bijvoorbeeld de volgende woorden :
Slide 8 - Tekstslide
d....... Fußballspieler
A
der
B
die
C
das
Slide 9 - Quizvraag
D........Haus
A
der
B
die
C
das
Slide 10 - Quizvraag
d.......Winter
A
der
B
die
C
das
Slide 11 - Quizvraag
D.......Möglichkeit
A
der
B
die
C
das
Slide 12 - Quizvraag
d........Ärztin
A
der
B
die
C
das
Slide 13 - Quizvraag
de bezittelijke vnw 1e naamval
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
De Ein-woorden in de 1e naamval
mannelijk ein
vrouwelijk eine
onzijdig ein
meervoud keine
Slide 16 - Tekstslide
Bezittelijke vnw horen bij de ein-groep wat is de regel die je moet weten?
Slide 17 - Woordweb
in de schema's staat er achter het bezittelijk vnw een streepje. Bijv. mein- dein- sein- etc. waar staat het streepje voor
Slide 18 - Woordweb
mijn Schule
A
mein
B
meine
Slide 19 - Quizvraag
jullie Wohnung
A
euer
B
eure
Slide 20 - Quizvraag
vertaal: uw Mutter
Slide 21 - Open vraag
vertaal mijn Mutter
Slide 22 - Open vraag
vertaal: haar Buch
Slide 23 - Open vraag
vertaal : onze Freunde
Slide 24 - Open vraag
De regel:
In de 3e naamval en 4e naamval veranderen de uitgangen van de Ein-woorden. Dat betekent dus automatisch dat ook de uitgang v h bezittelijk voornaamwoord veranderd!
voorbeeld: 4e naamval mannelijk is EINEN . Het bezittelijk vnw in de 4e naamval wordt dus MEINEN
Slide 25 - Tekstslide
Staat het Ein-woord Frau in de 3e naamval : einer Frau dan wordt het bezittelijk vnw (Jouw) .........Frau
Slide 26 - Open vraag
Ken je de bezittelijke voornaamwoorden uit je hoofd?
Ja? prima
Nee? leer deze goed uit je hoofd
ken je uitgangen van de ein-woorden in de 1e naamval uit je hoofd?
ja? prima
Nee? leer deze uit je hoofd
in de komende lessen leer je ook de uitgangen van de 3e en 4e naamval.
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Was ist hier eingepackt?
Slide 30 - Tekstslide
Olivia Rodrigo hat bei MTV Award 3 Preise gewonnen
Slide 31 - Tekstslide
Sensation bei der US Open. Eine 18 jährige aus England gewinnt das Turnier
Slide 32 - Tekstslide
Little Amal heißt diese Puppe und sie reist durch Europa. Sie fragt Aufmerksamkeit für Kindern die geflüchtet sind
Slide 33 - Tekstslide
Party Stimmung in Singapur: Panda Kai Kai wird 14 Jahre alt
Slide 34 - Tekstslide
Eine Kunstaustellung in Leeds
Slide 35 - Tekstslide
Das sind keine Hundeknochen sondern .Asteroiden (Steinbrocken) aus dem All
Slide 36 - Tekstslide
das sind die Jungs von der Südkoreanischen K-Pop Band BTS
Slide 37 - Tekstslide
Hausaufgaben gemacht ?
BS (Brückenschlag) 1 Wortschatz + Grammatik
TT opdracht 1 (Sehen) + Wortschatz
Fragen? Probleme?
Slide 38 - Tekstslide
zelfstandig werken
zie planner
BS 2 Wortschatz + Grammatik
link uitlegfilmpje Grammatik BS 2 in studieplanner en Magister