Poëzie les 2

Gedicht
Poëzie en kunst
Thema: Vrijheid
Les 2


3VWO
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Gedicht
Poëzie en kunst
Thema: Vrijheid
Les 2


3VWO

Slide 1 - Tekstslide

Kenmerken van gedichten
Uiterlijke vorm:
- regels zijn kort
- veel wit om de regels heen

Kenmerken die je vaak tegenkomt:
- sommige woorden hebben meerdere betekenissen
- sommige worden herhaald
- opbouw in strofen

Slide 2 - Tekstslide

kenmerken die je soms tegekomt
- woorden aan het einde van de regels rijmen. 
- de klank is belangrijk. 

Slide 3 - Tekstslide

Strofebouw
Strofe = 

Een gedicht bestaat uit versregels. De versregels die in groepjes bij elkaar staan noem je een strofe. 

In andere woorden: alinea's van een gedicht. 

Slide 4 - Tekstslide

binnenrijm


Binnenrijm: Als woorden die in dezelfde regel staan op elkaar rijmen.


vb. Het is fijn om in de trein te zijn met Annemijn

Slide 5 - Tekstslide

eindrijm


Eindrijm: Als woorden die in aan het eind van een regel staan op elkaar rijmen.


vb. Het is leuk in de trein

 met mijn vriendin Annemijn

Slide 6 - Tekstslide

Rijmschema
Van het eindrijm kun je een rijmschema maken.

  • Je geeft elke rijmklank een nieuwe letter. De klank in de eerste regel a, de volgende klank b, etc.

Slide 7 - Tekstslide

Rijmschema AAAA
(slagrijm)


Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

strofevormen
Distichon is een strofe van twee versregels
Terzet is een strofe van drie versregels
Kwatrijn is een strofe van vier versregels

Slide 14 - Tekstslide




Het afbreken van een zin op een
niet-logische plek noemen we:

ENJAMBEMENT

Slide 15 - Tekstslide

Enjambement
Soms wordt een versregel op een opvallend punt afgebroken: op een
plaats waar in de zin juist geen pauze valt. De zin gaat dan door op de volgende regel. Dit noem je enjambement. 

Ik denk dat er ooit wel tijden
aanbreken waarin we vrienden
kunnen zijn.

Een dichter gebruikt enjambement om: 
• het laatste woord van de versregel – en soms ook het eerste woord
van de nieuwe versregel – meer nadruk te geven; 
• versregels van ongeveer gelijke lengte te schrijven;
• minder nadruk te leggen op eindrijm.

Slide 16 - Tekstslide

Waarom rijmen gedichten tegenwoordig niet?
Er zit vaak wel rijm in een gedicht, maar geen eindrijm.

Slide 17 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak een gedicht tussen de 8 à 12 zinnen

Slide 18 - Tekstslide