De Rijn: de slagader van West-Europa

De Rijn: de slagader van West-Europa
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

De Rijn: de slagader van West-Europa

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van de les kun je...
  • De geografische oorsprong en het verloop van de Rijn beschrijven.
  • De kenmerken van de bovenloop, middenloop en benedenloop van de Rijn uitleggen.
  • Het concept van een waterscheiding definiëren en het belang ervan voor de Rijn illustreren.
  • Het belang van de Rijn als transportader voor West-Europa verklaren.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over de Rijn?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De geografische oorsprong en het verloop van de Rijn
De Rijn ontspringt als gletsjerrivier in de Zwitserse Alpen.
De Rijn ontwikkelt zich tot een gemengde rivier, waarvan twee derde in Duitsland ligt.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken van de bovenloop, middenloop en benedenloop
Bovenloop: groot verval en hoge stroomsnelheid.
Middenloop: ondoorlatende gesteenten en versmallingen.
Benedenloop: gering verhang en toenemende sedimentatie.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het concept van een waterscheiding en relevantie voor de Rijn
Waterscheiding: de grens tussen twee stroomgebieden.
Belang voor de Rijn: beïnvloedt waterafvoer en scheepvaart.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het belang van de Rijn als transportader
De Rijn is een belangrijke transportader voor West-Europa.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Definitielijst
Waterscheiding: de grens tussen twee stroomgebieden.
Bovenloop: het deel van de rivier dichtst bij de bron, gekenmerkt door een groot verval en hoge stroomsnelheid.
Middenloop: het middelste deel van de rivier met ondoorlatende gesteenten en versmallingen die de waterafvoer en scheepvaart beïnvloeden.
Benedenloop: het deel van de rivier dat dicht bij de monding ligt, waar het verhang gering is en sedimentatie toeneemt.
Slenk: een langgerekte laagte of verzakking in het landschap, vaak tussen hoge gebieden.
Verhang: het hoogteverschil tussen twee punten langs een rivier.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 9 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 10 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.