In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Koningen en kruistochten
5.2 Normandiërs veroveren Engeland
Slide 1 - Tekstslide
Tijd van steden en staten
1000-1500
Slide 2 - Tekstslide
Het is 'veiliger' en 'rustiger'.
Er komt meer handel.
Geld komt weer terug.
Bevolking groeit.
Staten en steden ontstaan.
Wantrouwen tussen Oost en West ontstaat
Slide 3 - Tekstslide
Wat weet je al van het onderwerp koningen en kruistochten?
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
Leerdoelen
Aan het eind van deze les kun je uitleggen hoe...
- de Normandiërs Engeland veroverden.
- wat de gevolgen van de verovering van Engeland waren.
- centralisatie ontstond
Slide 6 - Tekstslide
Politieke eenheden
Grote koningkrijken ontwikkelden zich in de gebieden die nu Frankrijk en Engeland heten.
Koningen probeerden hun rijk te vergroten door oorlogen te voeren en andere landen te veroveren.
Ze trokken de macht naar zich toe, ten kosten van de kerk en de adel.
Slide 7 - Tekstslide
Waarom is dit onderwerp belangrijk?
Het ontstaan van Engeland en Frankrijk zoals wij nu kennen = staatsvorming.
De inwoners van een aantal europese landen beginnen zich als een volk te beschouwen.
Burgers meer invloed op het bestuur.
Het begint van veel spanningen en wantrouwen tussen Europa en het Midden-Oosten.
Slide 8 - Tekstslide
Normandiërs veroveren Engeland
1066 is een belangrijk jaar in de Engelse geschiedenis.
De Engelse koning Edward sterft kinderloos. Wie gaat hem opvolgen?
Er ontstaat een troonstrijd tussen Willem van Normandië (Frankrijk) en de Engelse graaf Harold.
Slide 9 - Tekstslide
Uit welk land komt Willem van Normandië?
A
Duitsland
B
Frankrijk
C
Nederland
D
Engeland
Slide 10 - Quizvraag
De belangrijkste graaf van Engeland: Harold.
De normandische hertog Willem, neef van Edward.
Harold had hem eerder een eer van trouw gezworen.
Slide 11 - Tekstslide
Slag bij Hastings 1066
De Franse ruiters waren sterker dan de Engelse voetsoldaten.
De strijd werd in één dag gewonnen: Harold kreeg een pijl in zijn oog en sneuvelde.
Gevolgen:
Willem veroverd heel Engeland en liet zich tot koning van heel Engeland kronen. Willem van Normandië ging de geschiedenis in als Willem de Veroveraar!
Normandische adel en geestelijken worden beloond met stukken land en worden leenmannen van de Engelse koning
Slide 12 - Tekstslide
Wat zijn de oorzaak, het verloop en het gevolg van de slag bij Hastings? Oorzaak: Verloop: Gevolg:
Slide 13 - Open vraag
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Volgens de schrijver van bron 5 voelde Willem zich vrolijk en zelfverzekerd voor de slag bij Hastings. Welke zin uit bron 5 wijst hier op?
Slide 16 - Open vraag
Is het tapijt van Bayeux een betrouwbare bron over de slag bij Hastings?
Slide 17 - Open vraag
Willem en zijn leenmannen
Feodaal Engeland: Willem voert het feodale stelsel in in Engeland om machtig te blijven.
Leenmannen krijgen niet één stuk land, maar kleine stukjes waarop kastelen werden gebouwd.
Willem houdt zelf de beste gebieden.
Engeland kwam in handen van een kleine, Frans sprekende elite.
Slide 18 - Tekstslide
Op welke manier beloonde Willem zijn Normandische strijders?
Welke beloning kreeg Robert de Beaumont?
Waarom liet WIllem de Normandiers in Engeland een eed zweren?
Hij nam land af van de Engelse adel en gaf dat aan zijn strijders
Hij werd graaf van Leicester en kreeg 91 stukken land
Omdat hij wilde dat ze zijn leenmannen werden en dus trouw aan hem bleven
Slide 19 - Sleepvraag
Het Domesday Book
Hierin werd precies bijgehouden wat alle bezittingen en eigenaren waren in Engeland voor en na 1066.
Dit boek gebruikte Willem om belasting te kunnen heffen!
Slide 20 - Tekstslide
Welk doel had de invoering van het Domesday Book?
A
Willem wilde kloosters belasting laten betalen
B
Willem wilde precies weten wat hij had veroverd
C
Willem wilde de macht als koning herstellen
D
Willem wilde een Frans-sprekende elite in Engeland
Slide 21 - Quizvraag
Gevolg: Centralisatie
Normandische koningen heersten over Frankrijk en Engeland = veel reizen! Hoe zit het dan met het bestuur?
Regeren vanuit één plek = centralisatie
Voorbeelden:
- Centrale rekenkamer, waar alle koninklijke inkomsten (belastingen) en uitgaven werden bijgehouden.
-Adel vind dat koning te veel macht heeft, Magna Carta: Document waarin bepaald word dat de koning zich ook aan de wet moet houden
Slide 22 - Tekstslide
Lees: centraal bestuur. "Aan het einde van de 12 eeuw was Engeland een staat met een centrale regering" Welk voorbeeld uit de tekst ondersteund deze uitspraak?
Slide 23 - Open vraag
Centraal bestuur
Slide 24 - Woordweb
Magna Carta
Koning Jan Zonder Land krijgt ruzie met de adel.
Jan was zoon van koning Hendrik II van Engeland máár hij had geen recht op gebieden op het vasteland. Er ontstond ruzie over de rechten en plichten van de adel en de koning.
Hierdoor werd de Magna Carta opgesteld, hierin stond onder andere dat ook de koning zich aan de wet moest houden.
Slide 25 - Tekstslide
In 5.1 gaat het over centralisering en staatsvorming
We zagen dat Willem de Veroveraar een machtige koning wilde zijn. Hoe kan een koning echt de baas worden over zijn eigen grondgebied (=staat)?
Slide 26 - Tekstslide
Staatsvorming
Bekijk via de volgende video hoe Europa er politiek uitzag in de jaren 300, 500, 800 en 1066 en 1500. Wat valt je op?
Slide 27 - Tekstslide
Wat viel je op aan de staatsvorming in Europa?
Slide 28 - Open vraag
Wat was GEEN gevolg van de slag bij Hastings?
A
Koning Edward sterft kinderloos
B
De Franse edelen krijgen grond in Engeland
C
Graaf Harold kreeg een pijl in zijn oog en stierf
D
Willem de Veroveraar wordt koning van Engeland
Slide 29 - Quizvraag
Wie stonden er tegenover elkaar tijdens de slag bij Hastings?