In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
3 KADER
8.4 Samen werken aan ontwikkeling?
Slide 1 - Tekstslide
Ontwikkelingsland
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Slide 5 - Video
Nationaal inkomen
De optelsom van alle inkomens uit arbeid en bezit (zoals loon, rente, huur, pacht).
Wat zegt dit? Je kunt pas vergelijken met andere landen als je het inkomen per hoofd van de bevolking weet.
nationaal inkomen : aantal inwoners = inkomen per inwoner
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Manieren van hulp
Structurele hulp
Noodhulp
Hulp om mensen te laten overleven (vaak bij natuurrampen)
Hulp voor de lange termijn, met als doel dat ontwikkelingslanden economisch zelfstandig worden.
Gebonden hulp
Wanneer een land dat hulp biedt aan een ontwikkelingsland, voorwaarden stelt aan die hulp.
Slide 9 - Tekstslide
Wat vind jij?
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Herhaling lesdoelen 8.3
- Hoe kan een land met andere landen concurreren?
- Waarom is er niet overal vrijhandel?
- Welke gevolgen zijn er doordat er niet overal vrijhandel is?
Slide 13 - Tekstslide
Lesdoelen 8.4
- Wat zijn de kenmerken van een ontwikkelingsland? - Welke oorzaken zijn er voor de economische achterstand van ontwikkelingslanden?
- Hoe kunnen ontwikkelingslanden zich ontwikkelen?
Slide 14 - Tekstslide
Hoe kun je een ontwikkelingsland herkennen?
monocultuur;
veel schulden;
slechte gezondheidszorg;
lage levensverwachting;
analfabeten;
hoge bevolkingsgroei en hoog sterftecijfer.
Slide 15 - Tekstslide
De vicieuze cirkel van armoede
Slide 16 - Tekstslide
Structurele hulp
Doel
Het doel is om het ontwikkelingsland economisch zelfstandig te maken.
Voorbeelden:
- het geven van geld voor het bouwen van scholen.
- het geven van microkredieten.
- het ondersteunen met materialen en kennis.
Slide 17 - Tekstslide
Noodhulp
Doel
Het helpen bij het overleven van een noodsituatie.
Voorbeelden:
- het geven van voedsel, kleding en medicijnen.
- het sturen van artsen (Artsen Zonder Grenzen)
Slide 18 - Tekstslide
Incidenteel of Structureel?
Na de tsunami in Zuid-Oost Azië werd er in Nederland geld opgehaald voor de slachtoffers van de ramp. Het geld werd onder andere gebruikt om ervoor te zorgen dat mensen die hun huis kwijt waren geraakt, in tenten opgevangen konden worden.
Incidenteel of Structureel?
In de Filippijnen wonen ruim 100 miljoen mensen. Als de bevolking zo blijft groeien als de laatste jaren, wonen er in 2025 meer dan 150 miljoen mensen in de Filippijnen. Nederland heeft in de Filippijnen projecten financieel ondersteund die geboortebeperking tot doel hebben.
Slide 19 - Tekstslide
Hulporganisaties
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Video
Hebben we in Nederland een hoge of lage welvaart en WAAROM?
Slide 22 - Open vraag
Ontwikkelingslanden zijn:
A
landen die goed ontwikkeld zijn
B
landen waar de productie en inkomens hoog zijn
C
landen waar de productie en inkomens laag zijn
Slide 23 - Quizvraag
inkomensverdeling betekent:
A
de manier waarop personen hun geld verdelen
B
dat geld eerlijk wordt verdeeld
C
de manier waarop het totale inkomen van een groep personen is verdeeld over deze personen
Slide 24 - Quizvraag
nationaal inkomen per hoofd van de bevolking:
A
gemiddeld inkomen per persoon
B
gemiddeld jaarinkomen per persoon
C
gemiddeld jaarinkomen per persoon in een land
Slide 25 - Quizvraag
nationaal inkomen:
A
het inkomen van de koning
B
de som van alle inkomens in de wereld
C
de som van alle inkomens
D
de som van alle inkomens in een land
Slide 26 - Quizvraag
Hulp om de ergste gevolgen van een natuurramp of oorlog op te vangen heet:
A
goede hulp
B
noodhulp
C
structurele hulp
D
gebonden hulp
Slide 27 - Quizvraag
Hulp om de ergste gevolgen van een natuurramp of oorlog op te vangen heet ...
A
goede hulp
B
noodhulp
C
structurele hulp
D
gebonden hulp
Slide 28 - Quizvraag
Hulp die een blijvende oplossing biedt voor een ontwikkelingsland heet
A
gebonden hulp
B
structurele hulp
C
noodhulp
D
noodzaak
Slide 29 - Quizvraag
Steun aan een ontwikkelingsland in de vorm van producten (dus geen geld) die van het hulpverlenende land komen heet:
A
noodhulp
B
gebonden hulp
C
structurele hulp
D
producthulp
Slide 30 - Quizvraag
Hulp om de ergste gevolgen van een natuurramp of oorlog op te vangen heet ...
A
goede hulp
B
noodhulp
C
structurele hulp
D
gebonden hulp
Slide 31 - Quizvraag
Wat is GEEN kenmerk van een ontwikkelingsland
A
Slechte infrastructuur
B
Veel landbouwgrond
C
Snelle bevolkingsgroei
D
Veel analfabetisme
Slide 32 - Quizvraag
Dit is de berekening van het inkomen per hoofd van de bevolking
A
nationaal.inkomenje.salaris
B
nationaal.inkomenaantal.inwoners
C
aantal.inwonersnationaal.inkomen
D
je.salarisnationaal.inkomen
Slide 33 - Quizvraag
Geef een voorbeeld van noodhulp (kort antwoord!)
Slide 34 - Open vraag
Als een Nederlandse stichting helpt bij het bouwen van scholen in een ontwikkelingsland, dan noem je dit
A
Noodhulp
B
Gebonden hulp
C
Structurele hulp
Slide 35 - Quizvraag
Deze hulp wordt geboden na een tsunami
A
Structurele hulp
B
Noodhulp
Slide 36 - Quizvraag
Wat heb je geleerd?
Slide 37 - Tekstslide
Wat zijn de kenmerken van een ontwikkelingsland?
Slide 38 - Open vraag
Welke oorzaken zijn er voor de economische achterstand van ontwikkelingslanden?