Spelling blok 3-1

Welkom 2hva
Pak je leesboek. We beginnen met 10 minuten stil lezen. Is de tijd om? Je legt je boek weg, blijft stil en draait je naar mij en het bord.
timer
10:00
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom 2hva
Pak je leesboek. We beginnen met 10 minuten stil lezen. Is de tijd om? Je legt je boek weg, blijft stil en draait je naar mij en het bord.
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Afspraken
  • Tijdens stil werken is het stil. Ik geef aan wanneer dit is en hoe lang dit is.
  • Tijdens uitleg is het stil. Als je iets wilt zegen of vragen, steek je eerst je vinger op. De docent bepaalt wie de beurt krijgt. Ook als een leerling de beurt heeft, praat je niet.
  • Als ik aangeef dat ik weer de aandacht wil van de hele klas (gebaren), dan is het binnen een paar tellen stil. Help en corrigeer elkaar!
  • Als ik je naam noem omdat je praat, reageer je niet, ook anderen reageren niet.
  • Als ik je vraag na de les even te blijven, blijf je en loop je niet weg.

Slide 2 - Tekstslide

Les 2 week 48
1. Nakijken spelling
2. Nabespreken/laatste vragen
3. Dictee
4. Nakijken en verbeteren huiswerk lezen, nabespreken

Slide 3 - Tekstslide

Nakijken spelling
Kijk de opdrachten van spelling blok 3 (classroom) na en verbeter je antwoorden. Noteer vragen!

Slide 4 - Tekstslide

Spelling: welke regels?
Regels spelling:
meervoud bij zelfstandig naamwoorden: baby's, secondes/seconden, knieën-bacteriën, museum-musea enz.
meervouds-n bij verwijzingen: het verschil tussen beide en beiden

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg beide/beiden
  • Geen -n als je verwijst naar dingen of dieren: ik koop beide boeken. Ik kan niet kiezen tussen deze twee boeken. Ik koop beide.
  • Wel een -n als verwijst naar mensen en er geen zelfstandig nw achter staat: Beide jongens hebben honger. Max en Teun gaan eten. Ze hebben beiden honger.

Slide 6 - Tekstslide

Uitleg trema
verschil bacteriën - knieën
Bij bacteriën klemtoom op 2e lettergreep en niet op laatste, dan geen exra -e maar trema op laatste e
voorbeelden: koloniën, poriën
Bij knieën ligt klemtoon op -ie, dan altijd extra e toevoegen waar trema op komt
voorbeelden: machinerieën, zeeën, kopieën

Slide 7 - Tekstslide

Dictee
Boek dicht. Je krijgt een blaadje.
Ik lees zinnen voor en je schrijft alleen het woord op dat ik zeg dat je moet opschrijven. Dat zijn er twee per zin. Je krijgt 10 zinnen, dus je schrijft 20 woorden op. Luister ook goed naar de zin, want soms heb je die nodig!
Als je klaar bent, lees ik het dictee nog een keer helemaal voor. Kijk je woorden nog een keer goed na, lever in.

Slide 8 - Tekstslide

Leesvaardigheid
Ga nu de opdrachten leesvaardigheid nakijken van blok 3. Zie classroom. Verbeter je antwoorden. Heb je het fout? Kijk altijd terug in de tekst waarom jouw antwoord fout was en het andere goed! Noteer vragen die je niet begrijpt. Zachtjes praten mag (binnen je groepje).
Klaar? Lees in je leesboek verder of schrijf een Sinterklaasverhaal of gedicht.

Slide 9 - Tekstslide

Nabespreking leesvaardigheid
Welke vragen waren moeilijk? Welke antwoorden begreep je niet? Waarmee wil je extra oefenen? Hoe beoordeel je jouw leesvaardigheid van zakelijke teksten?
Vul het formulier in (classroom)

Slide 10 - Tekstslide