Hfd 2 par 1&2 Tijd van burgers en stoommachines De 19e eeuw

REGELS
  • Bij binnenkomst ga je zitten en pak je je spullen.
  • Je laptop laat je dicht op tafel liggen.
  • Als je wat wilt vragen steek jij je vinger op
  • Als de docent praat zijn de leerlingen stil 
  • Je behandelt een ander zoals je zelf behandeld wilt worden. Dat betekent met fatsoen en respect. 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

REGELS
  • Bij binnenkomst ga je zitten en pak je je spullen.
  • Je laptop laat je dicht op tafel liggen.
  • Als je wat wilt vragen steek jij je vinger op
  • Als de docent praat zijn de leerlingen stil 
  • Je behandelt een ander zoals je zelf behandeld wilt worden. Dat betekent met fatsoen en respect. 

Slide 1 - Tekstslide



De tijd van burgers en stoommachines





De 19e eeuw

Slide 2 - Tekstslide


Leerdoelen

  • Tijd van burgers en stoommachines 1800-1900
  • Industriële revolutie
  • Welk land begon met industrie
  • Waarom Nederland pas later
  • Ontstaan industriële samenleving

Slide 3 - Tekstslide


Begrippen 
  • industriële revolutie
  • moderne tijd
  • stoommachines
  • fabrieken
  • industriële samenleving

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video


Industriële Revolutie
  • Handarbeid wordt vervangen door werken met machines in fabrieken
  • Rond 1750 begonnen in Engeland (als gevolg van de bevolkingsgroei)
  • Belangrijkste verandering sinds de landbouwrevolutie
  • industriële samenleving: er wonen meer mensen in de steden dan op het platteland
  • Begin van nieuwe periode: moderne tijd

Slide 6 - Tekstslide

van kleinschalige handmatige productie...
... naar grootschalige machinale productie

Slide 7 - Tekstslide

Nederland industrialiseert later dan andere landen:
  • Pas vanaf 1870

  • Handel blijft voor veel investeerders belangrijk: weinig vertrouwen in de industrie

  • Geen geschikte grondstoffen voor industrie

  • Op de afbeelding: papier maken rond 1800 en rond 1870

Slide 8 - Tekstslide

In welke eeuw was de Tijd van Burgers en Stoommachines?
A
17e eeuw
B
18e eeuw
C
19e eeuw
D
20e eeuw

Slide 9 - Quizvraag

Welk samenlevingstype ontstaat in de tijd van burgers en stoommachines?
A
De autarkische samenleving
B
De industriële samenleving
C
De landbouwstedelijke samenleving
D
Samenleving van jagers en verzamelaars

Slide 10 - Quizvraag

In welk land begon de industriële revolutie?
A
Belgie
B
Nederland
C
Engeland
D
Amerika

Slide 11 - Quizvraag

Wat betekent "Industriële Revolutie"?
A
verandering in de manier van denken
B
verandering van manier om met werknemers om te gaan
C
verandering van de manier van produceren
D
grote verandering in korte tijd

Slide 12 - Quizvraag

Rond 1800 werkten de meeste mensen in Nederland in de:
A
landbouw
B
handel
C
industrie
D
diensten

Slide 13 - Quizvraag

Wanneer kwam de industrie in Nederland op gang?
A
eerste helft 18e eeuw
B
tweede helft 18e eeuw
C
eerste helft 19e eeuw
D
tweede helft 19e eeuw

Slide 14 - Quizvraag

Wat is een van de belangrijkste uitvindingen in de industriële revolutie?
A
stoommachine
B
ploeg
C
straatverlichting
D
dienstensector

Slide 15 - Quizvraag

Bekijk de afbeelding ->

Welk begrip past het beste
bij deze afbeelding?
A
industrialisatie
B
huisnijverheid
C
beleggers
D
dienstensector

Slide 16 - Quizvraag

Vul in: oorzaak of gevolg?

Tussen 1850 en 1900 groeide de Nederlandse bevolking van drie miljoen naar vijf miljoen inwoners.
Dit was een ........... van de sterke groei van de industrie.

A
oorzaak
B
gevolg

Slide 17 - Quizvraag


Leerdoelen

  • Tijd van burgers en stoommachines 1800-1900
  • Industriële revolutie
  • Welk land begon met industrie
  • Waarom Nederland pas later
  • Ontstaan industriële samenleving

Slide 18 - Tekstslide



Begrippen 



  • industriële revolutie
  • moderne tijd
  • stoommachines
  • fabrieken
  • industriële samenleving

Slide 19 - Tekstslide

En nu?
  • maken vragen 1 t/m 18 op blz 33 t/m 36
  • niet af? Huiswerk voor de volgende les

Slide 20 - Tekstslide