In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Een oplossing kleurt blauw met rood lakmoespapier en blauw met blauw lakmoespapier. Wat weet je nu van de pH van deze oplossing?
A
pH = 7
B
pH > 7
C
pH < 7
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Welke kleur krijgt de indicator thymolftaleïen bij pH = 12?
A
geel
B
groen
C
blauw
D
kleurloos
Slide 15 - Quizvraag
Welke kleur krijgt de indicator broomkresolgroen bij pH = 5?
A
geel
B
groen
C
blauw
D
kleurloos
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Als je aan bronwater met pH = 6,5 enkele druppels broomthymolblauw toevoegt kleurt de oplossing groen. Na verloop van tijd krijgt de oplossing een blauwe kleur. Is de pH gestegen of gedaald?
A
gestegen
B
gedaald
Slide 18 - Quizvraag
Een oplossing kleurt blauw met de indicator broomkresolgroen. Met de indicator broomthymolblauw kleurt de oplossing geel. Tussen welke waarden ligt de pH van deze oplossing?
Slide 19 - Open vraag
Antwoord
Broomkresolgroen wordt blauw bij pH > 5,4.
Broomthymolblauw wordt geel bij pH < 6,0.
Dus de pH van deze oplossing ligt tussen 5,4 en 6,0.