H2.3 en H2.4 Kader en TL (rekenen met dichtheid)

H2.3 en H2.4 Kader en TL (oefentoets_ rekenen met dichtheid)
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

H2.3 en H2.4 Kader en TL (oefentoets_ rekenen met dichtheid)

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Tabel 1

Slide 4 - Tekstslide


Welke uitspraken zijn juist over dichtheid "d"?
kijk naar tabel 1

A
d is geen stofeigenschap.
B
De eenheid van d is cm³/g.
C
De d van aluminium is afhankelijk van de massa
D
De d van goud > een van hout.

Slide 5 - Quizvraag

De dichtheid van een stof is …….  van 1 cm³ van die stof.
A
de massa
B
het volume
C
1 g
D
1 kg

Slide 6 - Quizvraag

Welke uitspraken zijn juist? kijk naar tabel 1
A
De d van koper is > dan die van kwik
B
d is geen stofeigenschap.
C
De eenheid van d is cm³/g.
D
De d van een stof verandert niet.

Slide 7 - Quizvraag

Welke uitspraak is juist over dichtheid d? kijk naar tabel 1








A
d is een eenheid Een blokje goud van 1 cm3 weegt soms meer en minder afhankelijk van de dichtheid.
B
d is geen stofeigenschap.
C
De eenheid van d is cm³/g
D
De d van goud is > dan die van aluminium.

Slide 8 - Quizvraag

dichtheid d is een stofeigenschap omdat de massa per eenheid van volume(de massa delen door het volume) altijd hetzelfde is
A
juiste
B
onjuiste

Slide 9 - Quizvraag

Een blokje goud weegt 57,9 g. Een blokje staal weegt 23,4 g. Een blokje koper weegt 26,9 g. Een blokje messing weegt 25,5 g. De vier blokjes zijn even groot.
Welke stof heeft de grootste dichtheid?
(hint: dichtheid =massa/volume)
A
goud
B
Koper
C
messing
D
staal

Slide 10 - Quizvraag

Tommie laat een steen in een maatcilinder met water glijden. Tommie heeft de steen gewogen en de massa is 55 g.

Hoe groot is de dichtheid van deze steensoort
A
2,5 g/cm³
B
0,4 g/cm³
C
2,75 g/cm³
D
alle antwoorden zijn onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Een blokje van 5,0 cm lang, 3,0 cm breed, en 6,0 cm hoog heeft een massa van 801 gram. Ga met een berekening na van welk materiaal uit de tabel 1 dit blokje gemaakt kan zijn.  
A
kurk
B
messing
C
lood
D
koper

Slide 12 - Quizvraag

Een blokje ebbenhout heeft een massa van 50 g en een volume van 40 cm³.
Wat gebeurt er met het blokje ebbenhout als het in een bak met water gelegd wordt?
A
drijft
B
zweeft
C
zinkt
D
alle antwoorden zijn onjuist

Slide 13 - Quizvraag