Wat heb je nodig? Pen, potlood geodriehoek, schrift, leerboek, telefoon.
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3
In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
4-3 Wetenschappelijke
notatie (blz. 132)
SPOORBOEKJE
1 min - hw controle
5 min - Opfrissen vorige les
5 min - Lesdoel uitleggen
10 min - Uitleg: Grote getallen in de
wetenschappelijke notatie
5 min - Oefenopdracht
(18, 19, 20, 22, 25, 26)
5 min - Wat heb je geleerd?
Zelfstandig werken
Opgave – 18 t/m 26
Wat heb je nodig? Pen, potlood geodriehoek, schrift, leerboek, telefoon.
Slide 1 - Tekstslide
Wat is de groeifactor?
Slide 2 - Open vraag
Wat is de groeifactor?
Slide 3 - Open vraag
Wat is het % dat er bij komt als de factor is:
Slide 4 - Open vraag
Een Facebookpagina heeft 2500 likes. Het streven is om het komende jaar het aantal likes per maand 4% te laten stijgen. Welke factor hoort bij deze toename?
Slide 5 - Open vraag
Het gaat niet altijd over geld dus nu wordt de formule:
Begingetal x factor = Eindgetal
Kort: B x f t= E
tijd
Leer dit uit je hoofd!
Slide 6 - Tekstslide
Bereken hoeveel likes na vier maanden worden verwacht. (2500 likes, 4% stijging per maand)
Slide 7 - Open vraag
Lesdoel
- Ik kan grote getallen in de wetenschappelijke notatie schrijven
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Is dit in de wetenschappelijke notatie?
A
Ja
B
Nee
Slide 13 - Quizvraag
Is dit in de wetenschappelijke notatie?
A
Ja
B
Nee
Slide 14 - Quizvraag
Is dit in de wetenschappelijke notatie?
A
Ja
B
Nee
Slide 15 - Quizvraag
Is dit in de wetenschappelijke notatie?
A
Ja
B
Nee
Slide 16 - Quizvraag
Wat is het ontbrekende cijfer?
Slide 17 - Open vraag
Wat is het ontbrekende cijfer?
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Video
ZELFSTANDIG WERKEN
Huiswerk:
maken Opgaven §4.3
EXTRA:
klaar? verder met blz. 135
Huiswerk afspraken: Maken, nakijken en dan laten checken door de docent. Deze vragen MOET je kunnen doen.