lesson 7

Unit 5 - lesson 7
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Unit 5 - lesson 7

Slide 1 - Tekstslide

Plan of today
  • What did we learn last time?
  • Learning goal of today 
  • Instruction 
  • Get to work  
  • Evaluation

Slide 2 - Tekstslide

Use this or these:
They want .... hotdogs over there.
A
those
B
these

Slide 3 - Quizvraag

Use Have... got or Has... got:
... they ... a new phone?
A
Have... got
B
Has... got

Slide 4 - Quizvraag

Use much or many:
There isn't ... time left.
A
much
B
many

Slide 5 - Quizvraag

Use the present continuous (you are doing it right now):

(walk) I ............. to school.


Slide 6 - Open vraag

Translate to English:
bestellen

Slide 7 - Open vraag

Translate to Dutch:
Kun je me de ketchup even aangeven?

Slide 8 - Open vraag

Translate to English:
Ik weet niet precies wat dat betekent.

Slide 9 - Open vraag

Learning Goal
What is the learning goal of today?
  • I can use short answers to answer a question in English.
  • Ik kan op vragen een kort antwoord geven in het Engels.

What do you know about the learning goal? 
Is there too much work to do?  = 

How are we going to reach the learning goal? 
  • You will follow an instruction (5 minutes)
  • You will work on the workbook exercises (20 min.)

Slide 10 - Tekstslide

Short answers
Soms krijg je op een vraag een heel kort antwoord.

Is he looking for us?   (Zoekt hij ons?)
Yes, he is.                         

Haven't you got pizzas?    (Heb jij geen pizza's?)
No, we haven't.


Slide 11 - Tekstslide

Short answers
Neem de volgende stappen door om een vraag te beantwoorden met een kort antwoord:

  1. Kies of je met 'yes' of 'no' antwoord.
  2. Herhaal de persoon om wie het gaat of aan wie de vraag wordt gesteld.
  3. Herhaal het hulpwerkwoord (zorg ervoor dat het past bij de persoon om wie het gaat in je antwoord)
  4. Als je met NO antwoord, eindig de zin met 'not' aan het eind.

Aren't you sick?
Yes, I am.
Is he at school?
No, he is not/isn't.


Slide 12 - Tekstslide

Use the right short answer:
Are there any cups left?
A
Yes, there are.
B
Yes, there have.

Slide 13 - Quizvraag

Use the right short answer:
Isn't he going to be unhappy?
A
No, he hasn't.
B
No, he isn't.
C
No, he is.
D
No, he aren't.

Slide 14 - Quizvraag

Get to work!
  • Maak alle opdrachten t/m 25 af.

  • Bij vragen steek je je hand op in stilte. De docent komt je helpen. 

  • Je kijkt de gemaakte opdrachten na met het antwoordenboek. 

  • Als je helemaal klaar bent, doe je wat voor jezelf (lezen, tekenen, niet op mobiel...)

Slide 15 - Tekstslide

EVALUATION
  • What went well?

  • What can go better?

  • Did we reach the learning goal?

Slide 16 - Tekstslide