In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Een goede stelling
aan welke eisen voldoet deze?
Slide 1 - Tekstslide
een goede stelling:
gaat over een beleidsverandering
Is niet te ruim of te vaag
Is voor slechts één lezing vatbaar
roept verschil van mening op
is te verwezenlijken
Slide 2 - Tekstslide
Een perfecte stelling is niet altijd haalbaar.
Slide 3 - Tekstslide
Wat is er mis met de volgende stelling: Er moet nu eindelijk eens vrede komen, overal ter wereld
Slide 4 - Open vraag
Wat is er mis met de volgende stelling:
Alle drugsverslaafden moeten verplicht afkicken
Slide 5 - Open vraag
Wat is er mis met de volgende stelling: Jongeren drinken tegenwoordig veel meer alcohol dan vroeger.
Slide 6 - Open vraag
Wat is er mis met de volgende stelling:
Het mbo is aan een grondige verbouwing toe
Slide 7 - Open vraag
Tip voor het maken van een stelling:
Begin met een vraag, en maak van het antwoord je stelling.
Hoe ingewikkeld het onderwerp ook is, bijna elke stelling kan gevormd worden door het beantwoorden van een vraag.
Slide 8 - Tekstslide
De lockdown doet meer kwaad dan goed
Vraag: Heeft de lockdown zin?
Het (uitgebreide) antwoord is je stelling.
Bv. De lockdown doet meer kwaad dan goed
Slide 9 - Tekstslide
Hoeveel mogen directieleden eigenlijk verdienen?
Directieleden mogen maximaal tien keer het salaris van hun laagst betaalde medewerker verdienen
Slide 10 - Tekstslide
Is coronabeleid iets voor de EU?
Alle landen in Europa moeten dezelfde coronamaatregelen instellen
Slide 11 - Tekstslide
Vraag: "Wat zijn de voordelen van het gebruiken van computers in groep zes ?"
Stelling: "Computers komen het technologische en wetenschappelijke onderwijs van zesdegroepers ten goede"
Slide 12 - Tekstslide
Tip voor het maken van een stelling:
Neem een standpunt in dat je nooit eerder gezien hebt. De beste stellingen benaderen het onderwerp op een nieuwe, verrassende manier. Ze zijn fris en dynamisch