Taalbeschouwing - De lus


Taalbeschouwing

Nadenken over taal
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

Onderdelen in deze les


Taalbeschouwing

Nadenken over taal

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk geluid maakt dit dier?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de eerste woorden uit het lied Per Spoor van Guus Meeuwis en Vagant?
A
Vanochtend vroeg vertrokken in de luwte na de nacht
B
Kilometers spoor vliegen onder mij door
C
De trein raast alsmaar verder van station naar station
D
Kedeng kedeng kedeng kedeng kedeng kedeng

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet dit instrument?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen?

  • Ik kan uitleggen waarom taalbeschouwing belangrijk is (theorie).
  • Ik ken het model 'De lus' en kan het toepassen (didactiek).
  • Ik weet hoe ik een taalverschijnsel aan kan bieden in mijn klas. (concrete lesideeën)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is taalbeschouwing? 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Portaal (2018): Taalbeschouwing is reflectie op alle aspecten van taal. Onder reflectie wordt actief onderzoek van taalverschijnselen verstaan. Alle aspecten van het taalsysteem, taalgebruik, taalnormen, taalvariatie en taalverandering kunnen het onderwerp van een dergelijk onderzoek vormen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom taalbeschouwing? 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Taalbeschouwing
1. Ondersteunend voor het ontwikkelen en bewust hanteren van taal: Leerlingen gaan d.m.v. de reflectie zelf bewuster spreken, luisteren, lezen en schrijven.
2. Taal bestuderen als een belangrijk aspect van onze culturele omgeving: taal is een fascinerend fenomeen en rijk cultuurelement dat het beschouwen waard is. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Kerndoelen taalbeschouwing

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kun je taalbeschouwing aanbieden? 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Signaleren

Wat hebben de woorden didgeridoo, kukeleku en kedeng kedeng met elkaar te maken? 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Een woord dat fonetisch het woord dat het beschrijft nabootst of suggereert. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Voorbeelden verzamelen

Welke voorbeelden van deze klanknabootsingen kun je nog meer bedenken? 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Anthony Kok (1921)

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onomatopee

Slide 33 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

3. Voorbeelden ordenen

Zijn de onomatopeeën in categorieën te verdelen?

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Voorbeelden ordenen

  • voertuigen
  • strips
  • dierengeluiden
  • instrumenten
  • dierennamen
  • werkwoorden 

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Regel formuleren

Kunnen we één of meer regels over dit taalverschijnsel formuleren? 

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Onomatopeeën
Klanknabootsingen;
Ze komen vooral voor in stripverhalen en in het dierenrijk;
Sommige werkwoorden zijn van een onomatopee afgeleid (piepen, miauwen, blaffen, grommen);
Vaker dan andere woorden bestaan ze alleen uit medeklinkers (brrrr, pffff, zzzzz).

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe komt het dat ieder mens een haan hetzelfde geluid hoort maken, maar dat je het in iedere taal anders schrijft?

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel letters heeft het alfabet van een taal gemiddeld?
-1100

Slide 43 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel klanken kun je met die 20 letters ongeveer maken?
6100

Slide 44 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

5. Check

Passen de gevonden regels inderdaad bij de allereerste vondst? 

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Passen de regels bij de woorden 'kukeleku', 'didgeridoo' en 'kedeng kedeng'?
😒🙁😐🙂😃

Slide 46 - Poll

Deze slide heeft geen instructies



Bedankt

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies