3.4 De late oudheid

De late Oudheid 3.4
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

De late Oudheid 3.4

Slide 1 - Tekstslide

Hoe waren de Romeinen in staat om een groot gebied te besturen? (Kies de juiste antwoorden)
A
Door het stichten van steden.
B
Door het aanleggen van wegen.
C
Door Romanisering
D
Door de bevolking te onderdrukken.

Slide 2 - Quizvraag

Wat was de Limes?
A
Reeks forten om het rijk te beschermen
B
Een rang in het Romeinse leger
C
Een soort van tweede kamer van de Romeinen

Slide 3 - Quizvraag

De limes in Nederland was de Rijn
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Kenmerkend aspect
De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur van Noordwest-Europa
Leerdoelen:
* Waardoor ontstond er chaos in het Romeinse Rijk? 
* Welke keizer stelde orde op zaken?
  * Wat deed de keizer om orde op zaken te stellen?  *

Slide 5 - Tekstslide

3e eeuw na Christus

Slide 6 - Tekstslide

3.4 De late oudheid  
284-476 n. Chr.
  • Tot 180 n. Chr. was er rust -> welvaart en voorspoed, daarna onrust -> grote groepen Germanen kwamen de grenzen over. Sterke Romeinse keizers konden dit nog wel aan.
  • vanaf 3e eeuw Romeinse generaals vaker ruzie over keizerstitel 
  • Meer dan 50 keizers in 50 jaar
  • Keizers betaalden de soldaten steeds meer
  • Germanen kregen geld als ze niet aanvallen of betaald om andere groepen aan te vallen (economische crisis)

Slide 7 - Tekstslide

Vernieuwingen
  • Om besturen makkelijker te maken wordt het rijk in tweeën gesplitst
  • 1 keizer in het westen + hulpkeizer
  • Hoofdstad in het westen is Rome
  • 1 keizer in het oosten + hulpkeizer
  • Hoofdstad in het Oosten is Constantinopel

Slide 8 - Tekstslide

Keizer Diocletianus
284-305
  • Strenge maatregelen -> boer hoorde bij zijn grond (mocht dus niet zonder toestemming verhuizen) -> zoon moest zelfde beroep als zijn vader gaan doen
  • Diocletianus bracht zo een bepaalde orde aan in de maatschappij -> ambtenaren om alles te controleren

Slide 9 - Tekstslide

Nu:
* Waardoor ontstond er chaos in het Romeinse Rijk?  
  * Welke keizer stelde orde op zaken?  
  * Wat deed de keizer om orde op zaken te stellen?  

Nabespreken SO

Maken opdrachten van 3.4

Slide 10 - Tekstslide