Thema 4.5 geleedpotige en gewervelde

Welkom
1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 3

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Lesverloop
  1. 5 min lezen
  2. Terugkoppelingsvragen
  3. Uitleg
  4. Kennisvragen
  5. Zelfstandig werken 

Slide 2 - Tekstslide

Lesverloop
  1. 5 min lezen
  2. Terugkoppelingsvragen
  3. Uitleg
  4. Kennisvragen
  5. Zelfstandig werken 
timer
5:00

Slide 3 - Tekstslide

Kennisvragen

Slide 4 - Tekstslide

Stap 1
Bekijk de cel en kijk bij welk rijk het hoort

Slide 5 - Tekstslide

Relatieve grootte
De cellen van organismen verschillen in grootte.
Een bacteriecel is veel kleiner dan de meeste cellen van eukaryoten. 
Relatieve grootte = de grootte in verhouding tot andere organismen

Slide 6 - Tekstslide

Plantencel
A
B
C
D

Slide 7 - Quizvraag

Schimmelcel
A
B
C
D

Slide 8 - Quizvraag

Bacteriecel
A
B
C
D

Slide 9 - Quizvraag

Dierencel
A
B
C
D

Slide 10 - Quizvraag

Stap 2 
Kijk naar de kenmerken van het organisme

Slide 11 - Tekstslide

Heeft dit dier een skelet? Zo ja; wat voor soort skelet?
A
Nee, geen skelet
B
Ja, een inwendig skelet
C
Ja, een uitwendig skelet
D
Ja, zowel inwendig als uitwendig skelet.

Slide 12 - Quizvraag

Is het dier niet-symmetrisch, tweezijdig symmetrisch of veelzijdig symmetrisch?
A
Niet-symmetrisch.
B
Tweezijdig symmetrisch.
C
Veelzijdig symmetrisch.

Slide 13 - Quizvraag

Het skelet is...
A
Inwendig
B
Uitwendig

Slide 14 - Quizvraag


Een zaadplant heeft een kenmerk dat sporenplanten niet hebben:
A
wortels
B
stengels
C
bladeren
D
bloemen

Slide 15 - Quizvraag

wieren hebben:
A
Stengels en bladeren
B
Wortels en bladeren
C
Alleen een stengel
D
geen van allen

Slide 16 - Quizvraag

Op de afbeelding zie je een plant. de plant heeft geen bloemen. wat voor een soort plant is dit?
A
zaadplant
B
sporenplant

Slide 17 - Quizvraag

Stam van de gewervelde

Slide 18 - Tekstslide

Is dit dier symmetrisch?
Zo ja, is het dan 2-zijdig of veelzijdig symmetrisch?
A
niet symmetrisch
B
2-zijdig symmetrisch
C
veelzijdig symmetrisch

Slide 19 - Quizvraag

Doel van vandaag:
- De stappen van ordening herhalen;
- Kenmerken van de stam van de geleedpotige herkennen.
- Kenmerken van de stam van de gewervelde herkennen.

Slide 20 - Tekstslide

Ordening

Slide 21 - Tekstslide

Ordening
Indelen van organisme in:
- Domeinen
- Rijken
- Stammen
- Groepen

Slide 22 - Tekstslide

Ordening
Indelen van organisme in:
- Domeinen
- Rijken
- Stammen
- Groepen/klasse

Slide 23 - Tekstslide

Symmetrie 3 vormen
Niet- symmetrisch

Tweezijdig symmetrisch

Veelzijdig symmetrisch


Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Skelet
Skelet geeft een dier stevigheid en bescherming.
1. Geen skelet
- Leven vaak in het water

2. Inwendig skelet
- Skelet zit in de binnenkant 

3. Uitwendig skelet
- Skelet zit aan de buitenkant 

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Stam van de geleedpotige 

Slide 30 - Tekstslide

Stam van de geleedpotige 

Slide 31 - Tekstslide

Indeling geleedpotigen: 
Afdeling geleedpotigen verdeeld in 4 klassen:

A.d.h.v. aantal poten!
 - duizendpoten (veel poten)
 - kreeftachtigen (10-14 poten)
 - spinachtigen (8 poten)
 - insecten ( 6 poten)
  • Gelede poten: bestaan uit leden (stukjes)
  • Gesegmenteerd lichaam: lichaam bestaat uit segmenten (stukjes).




Slide 32 - Tekstslide

Pissenbed 
Kreeftachtige 
7 paar poten (14)
7 segmenten
Uitwendig skelet (rolt zich op)
Verlaat zijn skelet (weinig bescherming)

Slide 33 - Tekstslide

InSECten
Six=6

Slide 34 - Tekstslide

SpinACHTige
8

Slide 35 - Tekstslide

VEEL potige
ieder segment een poten 

Slide 36 - Tekstslide

Aant. 4.2 Stam van de geleedpotigen
De stam van de geleedpotigen hebben de volgende kenmerken:
- Tweezijdig symmetrisch, uitwendig skelet van een pantser, een lichaam dat uit segmenten bestaat en poten die uit leden bestaan

De 4 groepen binnen de stam van de geleedpotigen met hun kenmerken:

I
Insecten
-kop borststuk achterlijf
-6 poten
Kreeftachtigen
-Achterlijf met segmenten
-10 tot 14 poten
Spinachtigen
-8 poten
Veelpotigen
-Lichaam bestaat volledig uit segmenten
-Per segment één paar poten

Slide 37 - Tekstslide

4 klasse/groepen geleedpotigen

Slide 38 - Tekstslide

Geleedpotigen

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Stam van de gewervelde

Slide 41 - Tekstslide

Stam van de gewervelde

Slide 42 - Tekstslide

Kenmerken van de gewervelde
  • De huid
- Schubben, slijm, veren, haren
  • De lichaamstemperatuur
- Warmbloedig --> een interne productie en regulatie van warmte.
- Koudbloedig --> afhankelijk zijn van externe warmtebronnen voor de regulatie van hun lichaamstemperatuur.


Slide 43 - Tekstslide

Kenmerken
  • Ademhalingsorganen
- Kieuwen, longen, huid
  • Manier van voortplanten
- Eieren, zonder of met schaal, leerachtig schaal
- Levendbarend --> drinken (zogen) bij de moeder
  • Milieu
- Waar zij leven --> water, land, van water naar land

Slide 44 - Tekstslide

Welke vragen stel je nu?
1.  Hoe is de lichaamstemperatuur?
 - constant warmbloedig, niet constant koudbloedig

2 Waarmee is de huid bedekt?
-  Schubben, slijm, veren, haren

3 In welk milieu leeft het dier voornamelijk?
- Land, water, lucht

4 Waarmee haalt het dier adem?
- Longen, huid, kieuwen, eerst kieuwen huid dan longen,

5 Hoe plant het dier zich voort?
- eieren met of zonder schaal, eieren leerachtig, levendbarend

Slide 45 - Tekstslide

5 Groepen

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide

Alle gewervelden zijn/hebben
A
Uitwendig skelet en tweezijdig symmetrisch
B
Inwendig skelet en tweezijdig symmetrisch
C
Uitwendig skelet en veelzijdig symmetrisch
D
Inwendig skelet en veelzijdig symmetrisch

Slide 49 - Quizvraag

Waar zit het uitwendig skelet
A
Binnen in het lichaam
B
Buiten het lichaam

Slide 50 - Quizvraag

(Koudbloedig) lichaamstemperatuur wordt geregeld door:
A
Lichaam
B
Omgeving

Slide 51 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Thema ordening
- Opdrachten maken
- Basisstof 5

Klaar?
- Test jezelf
- Blooket spelen
Zelfstandig werken in stilte
Zelfstandig werken en fluisteren
Zelfstandig werken en overleggen

Slide 52 - Tekstslide