Writing Skills 1.

Writing Skills - 1
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 3,4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Writing Skills - 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Writing Skills
For your A2 English Writing exam you will get some writing assignments: a selection of filling in a form, writing an email, and/or writing a summary. These classes will deal with various areas involving writing skills. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk jij aan bij het onderwerp Writing Skills?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies


Today we will focus on SPELLING:

1. Capitalization (hoofdletters)
2. Plural endings (meervoudsvormen)
3. Suffixes (achtervoegsels)

See also your preparation to this class in Studiewijzer wk 02 - To Learn/Study in Spellingwijzer



Learning Objectives:
At the end of this class you will be able to correctly apply English capitalization rules, plural endings, and suffixes.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Capitalization
Capitalization is when we use capital letters (hoofdletters) at the beginning of some words.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Capitalization rules 
Words that start with a capital letter (1 of 2)
First word of a sentence. 

Proper names of people and places (cities, countries, streets, rivers, oceans).  (Charles, London, United Kingdom, 10 Downing Street, Thames, North Sea)

The names of languages. (Dutch, Spanish, French, German)

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Capitalization rules
Words that start with a capital letter (2 of 2)
Days of the week, months of the year, and special holidays. (New Year's Day)

The letter I when talking about yourself.  (I am a teacher)

Titles of songs, books, and magazines. (Yes, And? - The Hobbit - The Times)

Acronyms (ASAP, FAQ), abbreviations (BBC, FBI),  and initials (J.K. Rowling)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

my aunt lucy, who lives in madrid, spain, speaks spanish.

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

j j r tolkien is the author of the hobbit.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. Plural endings (meervoudsvormen

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plurals (= meervoud):
What is the plural of
watch?
A
watchs
B
watches
C
watch's
D
watchis

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Plural (=meervoud):
What is the plural of:
A
heroes
B
hero's
C
heros
D
held

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Plurals (= meervoud):
What is the plural of:
A
child's
B
childs
C
kinderen
D
children

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Plurals (= meervoud):
What is the plural of:
A
knife's
B
knifes
C
knives
D
kniven

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Plurals (= meervoud):
What is the plural of:
A
puppies
B
puppy's
C
puppys
D
puppen

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik weet nu hoe ik hoofdletters, meervoudsvormen en suffixes moet toepassen
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

Vraag over of:
  • begrip
  • moeilijkheidsgraad
  • participatie in de les