In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
4.2 Leren
Slide 1 - Tekstslide
Doelen van de les
Jij kan benoemen welke soorten leren er zijn.
Jij weet wat reflexen zijn.
Jij kan uitleggen hoe je dieren kunt trainen.
Jij kunt het verschil tussen 'aangeboren' en 'aangeleerd' uitleggen
Slide 2 - Tekstslide
Programma van de les
-Herhaling paragraaf 4.1: Prikkels en gedrag d.m.v. quizvragen
-Uitleg paragraaf 4.2 Leren
-Zelfstandig aan de slag (digitaal of anders aangeven indien je uit het werkboek wilt werken)
Slide 3 - Tekstslide
Wat is gedrag?
A
Alles wat een mens doet
B
Alles wat een dier doet
C
Alles wat een mens of dieren doet
D
Het observeren van dieren
Slide 4 - Quizvraag
Welke twee type prikkels onderscheiden we?
A
Binnen en buiten prikkels
B
Hoge en lage prikkels
C
Ronde en vierkante prikkels
D
Inwendige en uitwendige prikkels
Slide 5 - Quizvraag
Een lijst met beschrijvingen van de verschillende handelingen van dieren of mensen, noem je een....
A
Ethogram
B
Protocol
C
Etholoog
D
Bioloog
Slide 6 - Quizvraag
Aangeboren gedrag
Aangeboren gedrag is gedrag dat een dier of mens niet hoeft te leren, maar al vanaf de geboorte heeft.
Aangeboren gedrag en leren door spelen, vergroten de kans om te overleven.
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Reflexen
Reflexen zijn snelle reacties die onbewust gebeuren.
Sommige reflexen houd je je hele leven (bijvoorbeeld pupilreflex), andere alleen gedurende een bepaalde periode (bijvoorbeeld zuigreflex).
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Manieren om te leren
Je kunt dieren trainen door het juiste gedrag te belonen en het verkeerde gedrag te bestraffen.
Dieren en mensen leren door:
- imiteren
- straffen en belonen
- oefenen
- inzicht
- inprenting
- gewenning
Slide 11 - Tekstslide
Imiteren
Gedrag wat je ziet na doen
Slide 12 - Tekstslide
Straffen en belonen
goed gedrag belonen en verkeerd gedrag straffen
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Oefenen
Gedrag herhalen; Dingen gewoon proberen en kijken of het werkt
Slide 15 - Tekstslide
Inzicht
Inzien hoe iets werkt; nieuw gedrag bedenken
Slide 16 - Tekstslide
Inprenting
Leren in een korte, gevoelige periode
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Video
Gewenning
Afleren om op prikkels te reageren
Slide 19 - Tekstslide
0
Slide 20 - Video
Aan het werk
Hoofdstuk 4. Gedrag
Paragraaf 4.2 Leren
in je werkboek of digitaal maken
BEN JE KLAAR? Samenvatten/begrippenlijst maken paragraaf 4.2
timer
30:00
Slide 21 - Tekstslide
Noem drie manieren van leren die je vandaag hebt geleerd
Slide 22 - Open vraag
Welke van deze gedragingen is leren door oefenen?
A
Een jong eendje volgt zijn moeder
B
Een welp (jonge leeuw) leert door nadoen jagen
C
Door rijlessen auto leren rijden
D
Een zalm gaat ieder jaar terug naar dezelfde broedgrond
Slide 23 - Quizvraag
Een zuigreflex bij een jong varkentje is een voorbeeld van...?
A
Aangeleerd gedrag
B
Oefenen
C
Inprenting
D
Aangeboren gedrag
Slide 24 - Quizvraag
Wat is GEEN voorbeeld van een inwendige prikkel
A
Motivatie om iets te doen
B
Enthousiasme voor de toets morgen
C
Reageren op een luchtalarm
D
Hormonen die zorgen voor puberaal gedrag
Slide 25 - Quizvraag
Als op een prikkel altijd meteen dezelfde reactie volgt dan heet die REACTIE een ....
A
Inwendige prikkel
B
Reflex
C
Aangeboren
D
Beloning
Slide 26 - Quizvraag
Als je aan een drukke straat woont hoor je op een bepaald moment niet meer de auto's. Dit is een voorbeeld van ...?
A
Leren
B
Gewenning
C
Imiteren
D
Lichaamstaal
Slide 27 - Quizvraag
Wat is de FUNCTIE van aangeboren gedrag meestal bij dieren?
A
Het volgen van de moeder
B
Het vergroten van de overlevingskans
C
Zorgen voor voedsel
D
Het bemachtigen van een territorium
Slide 28 - Quizvraag
Maxime en Zolikha kiezen één bepaalde chinchilla uit en noteren vijf minuten lang, elke vijf seconden, welk gedrag dit dier vertoont. Hun resultaten staan in tabel 2.
Hoe wordt tabel 2 genoemd?
A
ethogram
B
practicum
C
protocol
Slide 29 - Quizvraag
Wat is inprenting
A
leren door straffen en belonen
B
leren in een gevoelige periode
C
leren van soortgenoten
D
leren door trial and error
Slide 30 - Quizvraag
door gewenning (meerdere antwoorden mogelijk)
A
ga je minder reageren op prikkels
B
leer je door fouten te maken
C
leer je in een gevoelige periode
D
schrik je niet meer van je docent
Slide 31 - Quizvraag
proefondervindelijk leren heet ook wel
A
gewenning
B
imitatie
C
trial and error
Slide 32 - Quizvraag
Spreeuwenjongen die pas uit het ei gekomen zijn, hebben hun ogen nog dicht. Wanneer een ouder op het nest landt, sperren ze onmiddellijk hun bek open.
Wat is de uitwendige prikkel voor dit gedrag van de spreeuwenjongen?
A
honger
B
het bewegen van het nest
C
het ruiken van de worm
D
het zien van de ouder
Slide 33 - Quizvraag
Als een jong kind spontaan begint te schelden zodra hij iemand hoort schreeuwen, heeft dit het waarschijnlijk geleerd door...
A
gewenning
B
imiteren
C
oefenen
D
inzicht
Slide 34 - Quizvraag
Hoe heeft de kraai dit geleerd?
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Video
Hoe heeft de kraai dit geleerd?
A
imiteren
B
oefenen
C
inzicht
D
belonen en straffen
Slide 37 - Quizvraag
Wanneer een muis plotseling een hard geluid hoort, vertoont hij een schrikreactie. Hoe vaker je dit herhaalt, hoe minder sterk de schrikreactie. Dit noem je ....
A
Gewenning
B
Trial and error
C
Conditionering
D
Inprenting
Slide 38 - Quizvraag
Wanneer een hond wordt aangeleerd om bijvoorbeeld drugs op te sporen, krijgt hij een beloning wanneer hij het goed heeft gedaan. Dit is leren door middel van...