Thema 3 B6: Bacteriën

3 Bacterien en Archaea
Voortplanting
Nuttig en schadelijk
Levensmiddelen

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, tLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

3 Bacterien en Archaea
Voortplanting
Nuttig en schadelijk
Levensmiddelen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik weet kenmerken van bacteriën en archea
  • Ik kan uitleggen dat bacteriën zowel nuttig als schadelijk kunnen zijn, en hiervan voorbeelden noemen.

Slide 2 - Tekstslide

Tijdpad
  • Lessonup volgen ( 10 minuten)  Sluit niet af
  • Maken opdrachten en Test jezelf ( 15 minuten )
  • Huiswerk noteren en Test je zelf afmaken (5 minuten)

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Tijdpad
  • Lessonup volgen ( 10 minuten)  Sluit niet af
  • Lezen tekst 3.6  ( 5 minuten )
  • Maken opdrachten en Test jezelf ( 15 minuten )
  • Lessonup : de vragen beantwoorden
  • Huiswerk noteren en Test je zelf afmaken (5 minuten)

Slide 16 - Tekstslide

Hoe plant een bacterie of archea zich voort?

Slide 17 - Open vraag

Waarom zijn bacterien nuttig?

Slide 18 - Open vraag

Wanneer zijn bacterien schadelijk?

Slide 19 - Open vraag

Eén bacterie deelt zich elk half uur,
hoeveel zijn er naar 6 uur.
A
64
B
12
C
4096
D
24

Slide 20 - Quizvraag

Welke Archea zijn schadelijk
A
geen enkele
B
allemaal
C
alleen diegene die in zure hete meren leven
D
alleen diegene die in ons lichaam leven

Slide 21 - Quizvraag

Welke prokaryoten zijn de vermoedelijke voorouders van de eukaryoten
A
De bacteriën
B
de archea
C
De protisten
D
eencellige schimmels

Slide 22 - Quizvraag

Noem een paar plekken waar archea leven

Slide 23 - Open vraag

Wat doen die archea in het spijsverteringskanaal?
A
Ze maken zuren
B
Ze maken poep
C
Ze helpen bij de vertering
D
Ze maken bloed

Slide 24 - Quizvraag