Samenvatting/aantekening: (bas 8.2 zenuwcellen en zenuwen)
Zenuwcel: heeft een celkern en cellichaam met een of meer uitlopers.
cellichaam: Deel van een zenuwcel waarin zich de kern bevindt.
uitloper: Deel van een zenuwcel voor het doorgeven van impulsen, met rondom een isolerend laagje.
Zenuw: bundel van uitlopers: vaak gemengd