Thema 6. Quiz

Quiz Ecologie
thema 6 Ecologie 


1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Quiz Ecologie
thema 6 Ecologie 


Slide 1 - Tekstslide


Ecologie is:
"De leer van..
A
de relaties in de natuur
B
De levende organismen in de natuur
C
verscheidenheid in de natuur
D
de manier van voortbewegen van de organismen

Slide 2 - Quizvraag


Een biotische factor is...
A
Een levende factor uit het milieu
B
Een niet levende factor uit het milieu

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een biotische factor?
A
Kleigrond
B
Ziekteverwekkers
C
Regen
D
Soortgenoten

Slide 4 - Quizvraag

Wat is geen abiotische factor?
A
Licht
B
Warmte
C
Bodem
D
Voedsel

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een populatie.
A
Een groep soorten.
B
Een groep individuen.
C
Een aantal dieren van dezelfde soort.
D
Een aantal organismen van dezelfde soort.

Slide 6 - Quizvraag

vossen en konijnen die in het zelfde bos leven vormen samen een leefgemeenschap.
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Voedselweb of voedselketen?
A
Voedselweb
B
Voedselketen

Slide 8 - Quizvraag

In de voedselketen is aangegeven wie door wie opgegeten wordt. Wie staat er aan het eind van de voedselketen?
A
algen
B
kikker
C
vis
D
reiger

Slide 9 - Quizvraag

Wat zijn Consumenten?
A
Planten
B
Dieren
C
Schimmels
D
Bacteriën

Slide 10 - Quizvraag

Welk organisme in de afbeelding is producent?
A
Buizerd
B
Rubs
C
Lijster
D
Hazelaar

Slide 11 - Quizvraag

Wat is een biologisch evenwicht?
A
Er zijn evenveel van twee soorten dieren.
B
Geboorte, sterfte en migratie van soorten zorgen voor een biologisch evenwicht.
C
Beide groepen wegen het zelfde.

Slide 12 - Quizvraag

Welke optimumkromme hoort bij zonplanten en welke bij schaduwplanten
A
rood: schaduwplanten, blauw: zonplanten
B
rood: zonplanten, blauw: schaduwplanten

Slide 13 - Quizvraag

Gaan optimumkrommes zoals hiernaast afgebeeld over een soort en/of een populatie en/of over 1 organisme.
A
een soort
B
een soort en/of een populatie
C
een populatie
D
1 organisme

Slide 14 - Quizvraag

De stekels van de cactus is een aanpassing....
A
Aan de droogte
B
Als bescherming tegen vraat
C
Om spinnenwebben in te maken
D
Bij toeval zo ontstaan

Slide 15 - Quizvraag



Er zijn verschillende manieren waarop dieren warmte kwijt raken.

Welke aanpassing heeft de olifant om af te koelen?
A
Grote oren
B
Zomervacht
C
Luchtstroom
D
Dikke vetlaag

Slide 16 - Quizvraag

In de afbeelding is de poot van een vogel getekend.
Van wat voor vogel kan de poot zijn?
A
Van een loopvogel
B
Van een roofvogel
C
Van een zangvogel

Slide 17 - Quizvraag

Is een geit een hoefganger, teenganger of een topganger?
A
Hoefganger
B
Teenganger
C
zoolganger

Slide 18 - Quizvraag

Welke stof maakt geen deel uit van de koolstofkringloop?
A
CO2
B
glucose
C
water
D
eiwitten

Slide 19 - Quizvraag

Een leerling maakt een schema om een aantal processen in de koolstofkringloop weer te geven (zie de afbeelding).In de koolstofkringloop spelen reducenten een belangrijke rol.

Welke letter geeft de omzetting aan die door reducenten wordt uitgevoerd?
A
Q
B
R
C
S
D
T

Slide 20 - Quizvraag