Deze celorganellen slaan energie uit zonlicht op in glucose:
A
mitochondrien
B
celbatterijen
C
bladgoenkorrels
D
celkernen
Slide 4 - Quizvraag
Dit orgaan is GEEN onderdeel van het ademhalingsstelsel
A
neusholte
B
slokdarm
C
luchtpijp
D
strottenhoofd
Slide 5 - Quizvraag
Hoe verschilt uitgeademde lucht van de lucht die je had ingeademd?
A
ze bevat minder zuurstof
B
ze bevat meer koolstofdioxide
C
ze is warmer
D
ze bevat meer waterdamp
Slide 6 - Quizvraag
Bij buikademhaling
A
bewegen je ribben en borstbeen
B
bewegen het middenrif en de buikwand
C
bewegen alleen je ribben
D
beweegt alleen je middenrif
Slide 7 - Quizvraag
Welke vraag hoort bij dit antwoord: 'hooikoorts'
Slide 8 - Open vraag
Welke longziekte is soms het gevolg van roken?
A
hooikoorts
B
COPD
C
astma
D
darmontstekingen
Slide 9 - Quizvraag
Wat is 'meeroken' ?
A
ook gaan roken als anderen dat doen
B
roken voor de gezelligheid
C
rook van anderen inademen
D
roken zonder verslaafd te zijn
Slide 10 - Quizvraag
Hoe halen deze dieren adem?
Sleep de woorden
diffusie
tracheeen
inwendige kieuwen
longen met luchtzakken
uitwendige kieuwen
Slide 11 - Sleepvraag
Met welk orgaan haalt de mens (zoogdier) adem?
Slide 12 - Open vraag
Welk gas ademen wij in?
Slide 13 - Open vraag
Welk gas ademen wij uit?
Slide 14 - Open vraag
Waarvoor hebben wij O2 (zuurstof) nodig?
Slide 15 - Open vraag
Hoe halen vissen adem?
Slide 16 - Open vraag
Beoordeling verslag:
Onderzoeksvraag: 1
Hypothese: 1
Werkplan + Benodigdheden: 1
Resultaten: 1
Conclusie: 2
Discussie: 2
Samenhang & taalgebruik: 1
Werkverzorging: 1
Totaal: 10
Slide 17 - Tekstslide
Onderzoeksverslag
0.1. Titel
= heel kort zinnetje dat duidelijk maakt waar verslag over gaat
0.2. Inleiding
= korte beschrijving van de theorie achter het onderzoek en hoe die tot de onderzoeksvraag & hypothese heeft geleid
Slide 18 - Tekstslide
1. Onderzoeksvraag (max 1p)
= waarom dit onderzoek, meestal als vraag:
'Is er een verband tussen de vitale (adem)capaciteit en de lichaamslengte?' (zie boek p. 81)
Slide 19 - Tekstslide
2. Hypothese (max 1p)
= voorspelling van de uitkomst van het onderzoek:
'Als... [de hypothese waar is] dan... [zullen de resultaten van het experiment 'x' zijn] ...'
N.B. Dus NIET : ' Ik denk dat ... '
Slide 20 - Tekstslide
3. Werkplan (max 1 p)
Beschrijft nauwkeurig hoe je de proef hebt uitgevoerd
en welke materialen je daarbij hebt gebruikt
Doel: iemand anders moet aan de hand van jouw verslag de proef precies kunnen herhalen
Slide 21 - Tekstslide
Werkplan (2)
N.B. In dit deel nooit (al) resultaten vermelden
Geschreven in 1e persoon (ev/mv):
'Eerst heb ik/hebben wij...'
Of liever nog: 'lijdende vorm' :
'Eerst werd er...'
Slide 22 - Tekstslide
4. Resultaten (max 1. pt)
Hier vermeldt je alles wat je hebt gezien en gemeten.
Waarnemingen dus. Nog GEEN uitleg/oordeel daarbij.
Metingen overzichtelijk verwerken in tabel of GRAFIEK.
Bij deze proef was grafiek het mooiste.
Slide 23 - Tekstslide
Resultaten (2)
De grafiek:
Op de x-as komt te staan wat je zelf gevarieerd hebt (de 'onafhankelijke variabele' )
Op de y-as komt wat je gemeten hebt (de 'afhankelijke' variabele)
Slide 24 - Tekstslide
5. Conclusie (max 2. punten)
Wat ben je te weten gekomen? Wat is het antwoord op de onderzoeksvraag?
Op welk bewijsmateriaal (resultaten) baseer je dat?
Slide 25 - Tekstslide
6. Discussie (max 2p.)
Vergelijk de conclusie met de hypothese.
Komt deze overeen? Dan bevestigt conclusie de hypothese
Niet? Probeer daar een verklaring voor te beschrijven.
Ook: kritisch kijken naar werkplan en uitvoering. Hoe betrouwbaar zullen je resultaten zijn?
Slide 26 - Tekstslide
Discussie (2):
Hierin beschrijf je ook of de proef goed en nauwkeurig werd uitgevoerd. Je maakt inschatting van hoe groot evt. meetfouten kunnen zijn. En evt. problemen bij de uitvoering.
Op basis hiervan: suggesties voor verbeterd of vervolgonderzoek. ZIE Boek blz. 62
Slide 27 - Tekstslide
Beoordeling verslag:
Onderzoeksvraag: 1
Hypothese: 1
Werkplan + Benodigdheden: 1
Resultaten: 1
Conclusie: 2
Discussie: 2
Samenhang & taalgebruik: 1
Werkverzorging: 1
Totaal: 10
Slide 28 - Tekstslide
SO verslag
Voorpagina met titel, subtitel
Inleiding (wat is vitale capaciteit)
Onderzoeksvraag (vitale capaciteit en een invloed)
Hypothese
Werkwijze
Onderzoeksresultaten
Conclusie (terugkoppeling onderzoeksvraag en hypothese)
Discussie
Slide 29 - Tekstslide
Samenstelling lucht
Slide 30 - Tekstslide
Samenstelling van lucht
Ingeademde lucht
Uitgeademde lucht
Stikstof
78%
78%
Zuurstof
21%
17%
Edelgassen
1%
1%
Koolstofdioxide
0,04%
4%
Waterdamp
Weinig
Veel
Temperatuur
Lager dan 32 °C
32 °C
Slide 31 - Tekstslide
Spirometer
Vitale capaciteit wordt gemeten met spirometer
1. Diep inademen
2. In 1 keer alle lucht die je hebt uitblazen
3. De vitale capaciteit is leesbaar
Slide 32 - Tekstslide
Ademvolume
De hoeveelheid lucht die in rust in en uit geademd wordt
Gemiddeld 1.5 L
(een deel van het ademvolume bereikt de dode ruimte)
Slide 33 - Tekstslide
De restvolume is de hoeveelheid lucht die achterblijft na het uitademen
De vitale capaciteit is de hoeveelheid lucht die maximaal in 1 ademhaling kan worden verplaatst
De longcapaciteit is de vitale capaciteit + het restvolume