Economisch bekeken - H1.5. De markt (B)

1.5. De markt (B)
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.5. De markt (B)

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik

Slide 2 - Tekstslide

Gatentekst
Wanneer je een winkel begint, is het belangrijk om te weten wat 1) _______ is. Een deel van marketing is het kiezen van je
2) _______. Dit zijn de mensen die je als klanten wilt hebben.
Een handig hulpmiddel hierbij is de 3) _______, die bestaat uit zes P's: Product, Prijs, Plaats, Promotie, Personeel en Presentatie. Bij de promotie van je winkel kun je verschillende soorten reclame gebruiken. 4) _______ is gericht op het verkopen van producten, terwijl 5) _______ vaak wordt gebruikt om een merk bekender te maken. Daarnaast heb je 6) _______, die mensen informeert over producten. Tot slot heb je
7) _______
. Deze reclames proberen mensen te waarschuwen of overtuigen. Met 8) _______ kun je ook online verkopen en klanten bereiken.
Vul in in de tekst!
  • Merkreclame
  • Marketing
  • Informatieve
     reclame
  • E-commerce
  • Doelgroep
  • Commerciële
     reclame
  • Ideële reclame
  • Marketingmix

Slide 3 - Tekstslide

Gatentekst
Wanneer je een winkel begint, is het belangrijk om te weten wat MARKETING is. Een deel van marketing is het kiezen van je
DOELGROEP. Dit zijn de mensen die je als klanten wilt hebben.
Een handig hulpmiddel hierbij is de MARKETINGMIX, die bestaat uit zes P's: Product, Prijs, Plaats, Promotie, Personeel en Presentatie. Bij de promotie van je winkel kun je verschillende soorten reclame gebruiken. COMMERCIËLE RECLAME is gericht op het verkopen van producten, terwijl MERKRECLAME vaak wordt gebruikt om een merk bekender te maken. Daarnaast heb je INFORMATIEVE RECLAME, die mensen informeert over producten. Tot slot heb je IDEËLE RECLAME. Deze reclames proberen mensen te waarschuwen of overtuigen. Met E-COMMERCE kun je ook online verkopen en klanten bereiken.

Slide 4 - Tekstslide

1.5. De markt (B)

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Aan het eind van deze paragraaf kun je:
  • uitleggen wat de begrippen markt, vraag en aanbod betekenen.
  • uitleggen wat er gebeurd als de prijs van een product hoger wordt.
  • uitleggen wat er gebeurd met de prijs als de vraag groter is dan het
     aanbod.
  • uitleggen wat er gebeurd met de prijs als de vraag lager is dan het
     aanbod.
Wat gaan we leren?

Slide 7 - Tekstslide

De markt is het geheel van vraag naar en aanbod van een product bij elkaar.

Voorbeeld
Alle mensen die aardbeien willen kopen en alle bedrijven die aardbeien verkopen noemen we bij elkaar de markt van aardbeien.

Wat verstaan we onder de Markt?

Slide 8 - Tekstslide

  • Het aanbod is de hoeveelheid die
      verkopers willen verkopen bij
      verschillende prijzen.

Aanbod

Slide 9 - Tekstslide

  • De vraag is de hoeveelheid die
      kopers willen kopen bij
      verschillende prijzen.
Vraag

Slide 10 - Tekstslide

SIMULATIE: VRAAG, AANBOD EN MARKT

Slide 11 - Tekstslide

VRAGEN?

Slide 12 - Tekstslide

OPDRACHTEN
  • Maak de opgaven 1 t/m 15 op bladzijde 24 en 25 van
     werkboek 3A!
  • Klaar? Ga dan aan de slag met het huiswerk. Dat zijn
     opgave 16 t/m 31 op bladzijde 24 en 26.
  • Klaar? Dan kun je nakijken en heb je geen huiswerk.






timer
10:00
Rood = Zelfstandig en stil werken. 
Geel = Fluisteren en overleggen toegestaan
Groen = Praten

Slide 13 - Tekstslide

  • Als de vraag naar producten daalt en het
     aanbod verandert niet, dan stijgt / daalt de
     prijs.
  • Als de vraag naar producten stijgt en het
     aanbod veranderd niet dan stijgt / daalt de
     prijs.
  • Als het aanbod van producten daalt en de
     vraag blijft gelijk dan stijgt / daalt de prijs.
  • Als het aanbod van producten stijgt en de
     vraag blijft hetzelfde, dan stijgt / daalt de
     prijs.
Stijgen of dalen?

Slide 14 - Tekstslide

Keuzes maken
Dilemma 1: Weekenduitje of Schoolspullen
Je hebt 20 euro. Je vrienden willen naar de bioscoop en pizza eten (20 euro), maar je hebt ook nieuwe schriften en pennen nodig (20 euro).
  • Wat kies je en waarom?
  • Hoe beïnvloedt het dat je de komende maand geen extra geld krijgt?
Dilemma 2: Tijd voor Sport of Huiswerk
Je hebt veel huiswerk en je voetbalt twee keer per week. Je hebt niet genoeg tijd voor beide.
  • Wat kies je en waarom?
  • Wat zijn de gevolgen voor school en sport?
Dilemma 3: Nieuwe Kleding of Spelcomputer
Je hebt 100 euro. Je hebt een nieuwe jas nodig (100 euro) en er is een spelcomputer in de aanbieding (100 euro).
  • Wat kies je en waarom?
  • Wat als je de komende maand geen andere jas hebt?
Dilemma 4: Tijd voor Familie of Hobby's
Je ouders willen dat je meer tijd thuis doorbrengt, maar je hebt een hobby die veel tijd kost.
  • Wat kies je en waarom?
  • Hoe vind je een balans?
Dilemma 5: Vakantie of Bijbaantje
Je vrienden gaan naar het strand, maar je kunt ook een bijbaantje nemen om geld te verdienen.
  • Wat kies je en waarom?
  • Wat zijn de voor- en nadelen van elke keuze?

Slide 15 - Tekstslide

GOED OF DIENST?
BASISBEHOEFTE OF OVERIG?
  • Brood
  • Kapper
  • Fiets
  • Busrit
  • Kleding
  • Schoonmaakdienst
  • Laptop
  • Restaurantbezoek
  • Speelgoed
  • Advies van een advocaat
  • Boek
  • Reparatie van een auto
  • Meubels
  • Les van een docent
  • Smartphone
  • Bezorgservice
  • Auto
  • Massage
  • Televisie
  • Tandarts

Slide 16 - Tekstslide

Collectief: Ja of Nee?

Slide 17 - Tekstslide

  • De marketingmix laat zien welke
     keuzes een bedrijf moet maken
     om zo goed mogelijk aan de
     wensen van de klanten te voldoen.
  • Deze zijn samen te vatten in de
      6 P's: Prijsbeleid, Plaatsbeleid,
      Productbeleid, Promotiebeleid,
      Presentatiebeleid en
      Personeelsbeleid.

Marketingmix

Slide 18 - Tekstslide

Gatentekst
Wanneer je een winkel begint, is het belangrijk om te weten wat 1) _______ is. Een deel van marketing is het kiezen van je
2) _______. Dit zijn de mensen die je als klanten wilt hebben.
Een handig hulpmiddel hierbij is de 3) _______, die bestaat uit zes P's: Product, Prijs, Plaats, Promotie, Personeel en Presentatie. Bij de promotie van je winkel kun je verschillende soorten reclame gebruiken. 4) _______ is gericht op het verkopen van producten, terwijl 5) _______ vaak wordt gebruikt om een merk bekender te maken. Daarnaast heb je 6) _______, die mensen informeert over producten. Tot slot heb je
7) _______
. Deze reclames proberen mensen te waarschuwen of overtuigen. Met 8) _______ kun je ook online verkopen en klanten bereiken.
Vul in in de tekst!
  • Merkreclame
  • Marketing
  • Informatieve
     reclame
  • E-commerce
  • Doelgroep
  • Commerciële
     reclame
  • Ideële reclame
  • Marketingmix

Slide 19 - Tekstslide

Gatentekst
Wanneer je een winkel begint, is het belangrijk om te weten wat MARKETING is. Een deel van marketing is het kiezen van je
DOELGROEP. Dit zijn de mensen die je als klanten wilt hebben.
Een handig hulpmiddel hierbij is de MARKETINGMIX, die bestaat uit zes P's: Product, Prijs, Plaats, Promotie, Personeel en Presentatie. Bij de promotie van je winkel kun je verschillende soorten reclame gebruiken. COMMERCIËLE RECLAME is gericht op het verkopen van producten, terwijl MERKRECLAME vaak wordt gebruikt om een merk bekender te maken. Daarnaast heb je INFORMATIEVE RECLAME, die mensen informeert over producten. Tot slot heb je IDEËLE RECLAME. Deze reclames proberen mensen te waarschuwen of overtuigen. Met E-COMMERCE kun je ook online verkopen en klanten bereiken.

Slide 20 - Tekstslide

Huiswerk voor de volgende les:
  • Maken opgaven 1 t/m 31 van hoofdstuk 1.5
      de markt op bladzijde 24 t/m 26.

Huiswerk

Slide 21 - Tekstslide

Bedankt en fijne dag!

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video